Posts tonen met het label Iran. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Iran. Alle posts tonen

woensdag 12 maart 2008

Admiraal Fallon, opgestapt als vredesvriend?

Admiraal Fallon, commandant van de Amerikaanse troepen in het Midden-Oosten, neemt ontslag. Berichtgeving in De Volkskrant doet het voorkomen alsof de man een tegenstander was van het Iran-beleid van Bush, en dat dit reden was voor zijn vertrek. Met Fallon zou een tegenstander van een aanval op Iran het veld ruimen, zo is de indruk die achterblijft. Maar die indruk is maar zeer gedeeltelijk juist.

De indruk dat Fallon geen zin had in een aanval op Iran bestond al langer. In mei 2007 schreef Gareth Porter al dat de admiraal het sturen van een derde vliegdekschip richting Iran had geblokkeerd. Een oorlog tegen Iran zou onder zijn commando niet gebeuren. "Not on my watch" zouden zijn woorden zijn geweest.

Maar er is een andere kant aan dit verhaal, of beter gezegd: twee. Allereerst was zijn benoeming destijds opvallend. John Abigaid, zijn voorganger als commandant van CENTCOM – het Amerikaanse commando waaronder de troepen in Irak en Afghanistan vallen – kwam uit het leger. Gezien de oorlogen in Afghanistan en Irak – niet vanaf zee, maar vooral met grondtroepen en luchtsteun – was dat niet vreemd.
Maar wat heb je aan een admiraal uit de marine, met expertise in amfibische landingen en het rondsturen van oorlogsvloten? Voor Afghanistan en Irak: weinig tot niets. Voor een eventuele aanval op Iran – met een lange kust, en olie-installaties in dat kustgebied – een stuk meer. Michael T. Klare, defensiecorrespndent voor het blad The Nation, wees hier in januari 2007 op. De benoeming van Fallon was dan ook goed te plaatsen als deel van de oorlogsvoorbereiding tegen Iran.
Dat klinkt helemaal niet onredelijk – maar staat op gespannen voet met het beeld van Fallon als iemand die de oorlogsvoorbereidingen tegen dat land dwarsboomt. Bovendien is het niet zeer logisch dat een president een commandant benoemt die iets anders beoogt dan de uitvoering van het – al jarenlang vrij duidelijke – agressieve beleid tegen Iran.

Maar er is nog iets. Chris Floyd wijst daarop in een stuk op het mooie weblog Empire Burlesque. Hij heeft het artikel in Esquire doorgevlooid. Dit was het artikel waarin de wrijving tussen het Witte Huis en Fallon zodanig werd uitvergroot dat Fallon opstapte. Maar in dat artikel beantwoordt Fallon de vraag van interviewer Thomas Barnett "wat als het tot een oorlog komt?" met: "wees toch serieus. Deze lui zijn mieren. Wanneer de tijd daar is, verpletter je ze." We nemen maar beter ook kennis van de racistische mentaliteit die tegenstanders tot mieren degradeert, goed genoeg om geplet te worden. Ik wijs er maar op dat er staat "wanneer de tijd daar is", en niet "áls de tijd daar is." When, en niet If. De waarde admiraal is niet zeker van het moment waarop de mieren plat moeten, maar dát het gaat gebeuren, staat blijkbaar ook voor hem vast.

Als er dus al een verband is tussen het vertrek van de admiraal en de politiek van Cheney en Bush tegen Iran, dan gaat het niet om het strategische doel: het breken van de Iraanse zelfstandige macht. Slechts timing en tactiek zorgden mogelijk voor wrijving. Dat echter zelfs de meest beperkte afstand tussen een admiraal als militaire uitvoerder, en de besluitvormers in het Witte Huis al reden lijkt te zijn voor het vertrek van de admiraal, duidt erop dat de greep van de meest oorlogszuchtige tak van het Amerikaanse establishment nog steeds griezelig stevig is. Iran is niet uit de gevarenzone – verre van dat.

dinsdag 11 september 2007

VS tegen Iran: grote oorlog dreigt (deel 2)

De Verenigde Staten gaan oorlog voeren tegen Iran, als niemand dat tegenhoudt. Dat ligt besloten in de strategie die sinds 2001 wordt doorgezet. Het valt af te leiden uit de impasse waarin de VS in Irak en Afghanistan is beland, en die een vlucht vooruit tot verleidelijke gok maakt voor machthebbers. Op beide dingen ging ik in een eerder artikel in.
Tekenen voor de naderende oorlog zijn er, en elke week komen er nieuwe voorboden bij. Nu ligt er een aankondiging dat de VS een speciale basis gaat aanleggen in Irak, dicht bij de Iraanse grens. Die zou bedoeld zijn om wapentransporten vanuit Iran naar Iraakse groepen tegen te gaan.
Maar daarvoor lijken de 200 soldaten die er gestationeerd gaan worden toch wel weinig, zoals Chris Floyd aangeeft op zijn sombere maar erg goede weblog Empire Burlesque. Hij oppert dat de basis eerder een soort bewust geschapen kwetsbare plek wordt, lokaas voor gewapende groepen die terug zullen slaan bijvoorbeeld na Amerikaanse luchtaanvallen op Iran. Daar kan de VS dan weer met verdere escalatie op reageren. Maar sowieso is zo'n basis - alleen al de aankondiging van de aanleg ervan - een manier om de oorlogsdruk op te voeren.
Die oorlogsdruk wordt duidelijk uit allerlei andere berichten. Zo is er het pan voor drie dagen luchtaanvallen op 1200 locaties. Vice-president Cheney dreigde in augustus met luchtaanvallen op bases in Irak waar een eenheid van de Iraanse Revolutionaire Garde zou zitten. Al in januari dreigden Cheney, minister Rice en veiligheidsadvisuer Hadley dat de VS tegen Iran op zou treden tegen Iraanse activiteiten in Irak; luchtaanvallen werden toen al niet uitgesloten. In die tijd pakten Amerikaanse militairen vijf Iraanse functionarissen op; die zitten nog steeds vast. En in die tijd duidde Bush de verhoogde Amerikaanse militaire activiteit voor de Iraanse kust al aan als een antwoord op het "zeer negatieve" gedrag van Iran. En in januari vertrok er al een tweede vliegdekschip met 80 vliegtuigen richting Perzische Golf.
In het voorjaar verschenen er berichten dat de VS geheime steun verleende aan gewapende groepen die aanslagen pleegden binnen Iran. Eén daarvan, Jundullah, opereerde volgens een artikel van ABC News in Baluchistan, dicht bij Pakistan, en heeft Iraanse militairen gedood en ook ontvoerd. In mei meldde dezelfde website dat Bush toestemming voor geheime acties op Iraans grondgebied had gegeven. Een sluipende oorlog is daarmee feitelijk al gaande. En volgens berichtgeving heeft slechts fel verzet van de admiraal die het commando over de Amerikaanse troepen in die regio zelf een besluit tot grootschalige aanval op Iran eerder in dit jaar geblokkeerd. Daarmee kregen enkele maanden lang diplomatieke stappen wat meer ruimte. Maar inmiddels heeft de harde aanvalskoers weer de overhand gekregen.
Kort voor het drie-dagen/ 1200 plekken- aanvalsplan bekend werd, kwam ook een rapport naar buiten van Dan Plesch, Brits wapendeskundige, samen met Martin Butcher, onder meer voormalig adviseur van de Buitenlandcommissie van het Europese Parlement. Ook daarin is sprake van een grootschalige aanval in voorbereiding, een aanval die verder gaat dan alleen de kernfaciliteiten en allerlei militaire, maar ook economische doelwitten moet treffen. Uit het feit dat de VS deze plannen niet van de daken schreeuwt, leiden de schrijvers af dat het hier niet gaat om publicitaire druk op Iran, maar wel degelijk om daadwerkelijke oorlogsplanning.
Wel past daar een kanttekening bij. Het bestaan van oorlogsplannen en oorlogsvoorbereiding is op zich geen bewijs voor daadwerkelijk besluit tot oorlog. Zowel de Sovjetunie als de VS hadden tijdens de Koude Oorlog grootschalige plannen om respectievelijk West- en Oost-Europa aan te vallen. dat bewees dat beiden zich op oorlog voorbereidden, maar niet dat ze daadwerkelijk tot aanval hadden besloten. En soms maakt het lekken van oorlogsplannen deel uit van een interne machtsstrijd die een aanvalsoorlog juist moeten dwarsbomen. Zo oppert Paul Woodward op de website War in Context dat het Pentagon het drie-dagen/ 1200 locaties-aanvalsplan juist heeft opgesteld om aan Cheney te laten zien dat zoiets de kracht van het Amerikaanse leger te boven zou gaan.
Niet de aanvalsplannen op zichzelf, maar de hele oorlogsretoriek eromheen doet vermoeden dat de VS wel degelijk op een agressieoorlog tegen Iran aanstuurt. Die propaganda zou wel eens drastisch verder opgevoerd kunnen worden. Barnet Rubin haalt op het weblog Informed Comment Global Affairs een correspondent in de New York Times aan die op basis van bronnen in het Witte Huis spreekt van een komend propaganda-offensief om de komende oorlog aan een zo groot mogelijk deel van de bevolking te slijten.
Intussen groeit de spanning - precies het soort spanning waarin een incident snel tot oorlog kan escaleren. Het oppakken van Iraanse delegatieleden in irak kan zo'n incident zijn. Zo arresteerden Amerikaanse soldaten een aantal leden van een Iraanse delegatie van het ministerie van Energiezaken. Kort erna lieten de soldaten de Iraniërs weer vrij en maakten excuses. Maar de soldaten wisten dat de Iraniërs in Irak waren op uitnodiging van de Iraakse regering - die regering waarvan de VS doet alsof ze er zo graag mee samenwerken. Zoals Robert Naimann op Znet zegt: "Hier hangt een sterke lucht van provocatie en treiteren omheen."
Als ik de berichtgeving overzie, dan blijf ik erbij dat het veilig is om uit te gaan van een grootschalige Amerikaanse aanval op Iran tussen nu en het einde van het presidentschap van Bush in januari 2009. Een vaststaand feit is het echter niet. En we moeten alles op alles zetten om te voorkomen dat het ook geen vaststaand feit wordt. De gevolgen van een aanval op Iran zouden zich hoogstwaarschijnlijk helemaal niet beperken tot de toch al grote aantallen doden, gewonden en schade die een driedaagse reeks luchtaanvallen op Iran zal opleveren.
Wat zal de VS bijvoorbeeld doen als Iran na drie dagen luchtaanvallen niet instort maar zich schrap zet voor een langere oorlog? Iran 's bondgenoten zullen reageren - bijvoorbeeld met op aanvallen door pro-Iraanse milities op Amerikaanse soldaten in Iran, maar ook Hezbollah-aanvallen op Israël dat zich een groot fan van een aanval op Iran betoont. Daar zullen Israël en vooral de VS dan weer op reageren. Iran aanvallen betekent een grote regionale oorlog helpen ontketenen. Dat dienen we met alle mogelijke middelen te helpen voorkomen nu het wellicht nog kan.

zaterdag 8 september 2007

Griezelige zaken

Terroristen opgelet! De Amerikaanse luchtmacht houdt op 14 september al haar toestellen aan de grond. Een raar verhaal, gevonden dankzij een tip van goede vriend Jermain, via Digg.com dat doorlinkt naar een bericht op Godlike Productions, een wat curieuze website die echter keurig haar bron vermeldt: een stuk op CNN.

Als je daarin een eind naar onder scrollt zie je twee keer een stukje met als titel "Military admits bomber mistakenly flew nukes across country" Het tweede van die stukjes onder die titel sluit af met de zin: "De Luchtmacht kondigde aan dat alle vluchten van bommenwerpers en gevechtsvliegtuigen in de Verenigde Staten zullen worden stopgezet op 14 september om een controle van procedures mogelijk te maken".

Nu zit momenteel de E in de maand, de E van Elf September. We zitten in de aanloop naar de jaarlijkse herdenking van de aanslagen van 11 september 2001. In deze tijd van het jaar gonst het nogal eens van de speculaties, klinkt de roep om hernieuwd onderzoek naar de ware toedracht van die gebeurtenissen extra luid, en willen er ook nogal eens wilde geruchten over nieuwe aanslagen de wereld in komen. Websites die beweren dat de aanslagen destijds door de CIA of andere Amerikaanse geheime netwerken zelf zouden zijn uitgevoerd, zijn ongetwijfeld in deze weken extra actief en trekken extra veel bezoekers. Opwindende verhalen over een luchtmacht die een dag uit de lucht gaat, passen in dit beeld.

Maar CNN is géén website van de lui die achter Elf September nog steeds een groot Amerikaans complot menen waar te nemen; integendeel, CNN is een zender die tamelijk braaf een pro-regeringsversie van 'het nieuws' doorgeeft. Als zo'n zender dit bericht geeft is het nog niet perse waar - de Amerikaanse Luchtmacht kan best liegen. Maar het bericht is niet af te doen als paranoïde verzinsel van lui die zich, zeer ten onrechte overigens, de 9/11 Truth Movement noemen.

De aanleiding voor de controle waarvoor de luchtmacht aan de grond wordt gehouden op 14 september is trouwens ook tamelijk griezelig. Afgelopen week werd bekend dat er een vliegtuig, voorzien van zes met kernkoppen geladen kruisraketten, had rondgevlogen boven de VS. Zoiets is sinds 1968, toen vluchten met kernwapens na een serie ongelukken werd stopgezet, niet meer gebeurd - voorzover bekend.

Vraag is wie voor zoiets opdracht kan geven. Het idee dat een willekeurige commandant van een luchtmachtbasis gewoon kan besluiten om een vliegtuig met instant-massamoord de lucht in te sturen is weinig geruststellend. Toch is dat precies wat is gebeurd zou kunnen zijn - als we de woorden van het Pentagon dat het hier slechts om een vergissing gaat, moeten geloven.

De andere mogelijkheid is dat een veel hogere functionaris tot deze vlucht heeft besloten. Maar wie dan? En waarom? Is er misschien - zoals het artikel op de World Socialist Website, waar ik de gegevens over deze griezelvlucht aan ontleen, oppert - sprak van voorbereidingen van een kernaanval op Iran?

Alles bij elkaar trek ik twee conclusies. Om te beginnen zou ik, als ik naar de VS zou reizen, geen vlucht boeken voor 14 september. En verder wordt opnieuw duidelijk hoe onverantwoord het is om kernwapens in handen te zien van wie dan ook, maar vooral van de grootste schurkenstaat ter wereld.

donderdag 6 september 2007

VS tegen Iran: grote oorlog dreigt


Een grote Amerikaanse aanvalsoorlog tegen Iran staat voor de deur. Alles is er klaar voor: de excuses, de plannen, de wettelijke afdekking. De lancering van de aanval is een kwestie van tijd - als niemand een stokje voor deze nieuwe misdaad steekt.

Oorlogspropaganda

De argumentatie van het Witte Huis is bekend, en is opgebouwd uit onbewezen beschuldigingen, om het eens netjes te zeggen. Iran maakt kernwapens, steunt gewapende strijd tegen de VS in Irak en in Afghanistan. Voor het eerste ontbreekt, ook volgens het Internationaal Atoomagentschap IAEA, bewijs; er is volgens rapportage van het IAEA van serieuze vertraging van net Iraanse kernprogramma sprake, en ook van enige samenwerking met inspectie. Voor het tweede en derde geldt hetzelfde, en bovendien heeft de VS, die in beide landen tienduizenden militairen als bezettingsmacht heeft neergezet of via de NAVO neer heeft laten zetten na illegale aanvalsoorlogen, geen enkel recht van spreken als een buurland van die beide landen enige steun zou geven aan gewapende groepen die zich daartegen keren

De wettelijke onderbouwing is ongeveer rond. De Senaat heeft in juli een amendement op wetgeving voor de oorlogsbegroting aangenomen waarin Iran beschuldigd wordt van moorden op Amerikaanse militairen in Irak; de toevoeging dat dit amendement niet gebruikt mag worden als grondslag voor militair optreden tegen Irak is nauwelijks geruststellend. Het Huis van Afgevaardigden heeft in juni een resolutie aangenomen waarin de VN-Veiligheidsraad gemaand wordt tegen Iran op te treden. Daarin lezen we: "aangezien Iran op agressieve wijze een clandestiene inspanning verricht om kernwapens te ontwikkelen..." De beschuldiging van de VS dat Iran naar zulke wapens streeft, wordt hier doodleuk als feit gebracht. De VS wil de Iraanse Revolutionaire Garde op de lijst van terroristische organisaties zetten. Dat zou betekenen dat instanties die daar steun aan geven volgens de 'logica' van de Amerikaanse 'oorlog tegen terrosisme' een legitiem oorlogsdoelwit zijn: staten die terroristen huisveststen mogen immers worden aangevallen volgens dat beginsel. En president Bush waarschuwde eind augustus dat Irans streven naar kernwapens de regio "onder de schaduw van een nucleaire holocaust" plaatst.

De golf van oorlogspropaganda vanuit het Witte Huis draait dus op volle toeren. Plannen voor een grootschalige bommencampagne maken duidelijk wat voor geweldsexplosie de Amerikaanse heersers bereid zijn te ontketenen. Zo berichtte de Sunday Times op 2 september over een aanvalsplan waarin het militaire apparaat van Iran in drie dagen uitgeschakeld zou worden met luchtaanvallen op 1200 locaties.

Niet òf, maar wanneer

De vraag is niet langer óf de VS tot oorlog overgaat, maar wanneer. Dat de slinkende maar wanhopig-vastbesloten groep machthebbers rond Bush en vooral sterke man Cheney de klus achter de rug willen hebben voordat de ambtstermijn van de president afloopt lijkt mij onmiskenbaar. De gevolgen die dreigen zijn catastrofaal, en niet alleen voor de mensen in Iran die met massamoord vanuit de lucht worden bedreigd. Een minstens regionale uitbreiding van de oorlog, een onbeheersbare escalatie, is bepaald niet onwaarschijnlijk. Als de catastrofe zich eenmaal ontrolt, dan zullen zelfs mensen in het al zo geteisterde Midden-Oosten snel terug verlangen naar de relatief nog zo vreedzame zomer van 2007.

Dat is de dreiging. Ik weet het, de afgelopen jaren leek het vaker die kant op te gaan. Ik kwam zelfs berichten tegen, afgelopen voorjaar, dat militaire bronnen in Rusland zo ongeveer als zekerheid wisten te melden dat Amerikaanse luchtaanvallen zouden beginnen op 6 april. De operatie had zelfs al een codenaam gekregen: 'Operation Bite'. Zoals we weten heeft de aanval niet plaatsgevonden.

In 2006 zagen we ook al hoe de oorlogsretoriek op gang kwam. De sfeer werd dreigender, een grote aanval leek op handen. Die grote aanloop in oorlogsrichting werd krachtdadig onderbroken door de oorlog die Israël op Libanon losliet. Die was klaarblijkelijk mede bedoeld om te voorkomen dat Hezbollah terug kon slaan in het geval van een Amerikaanse of Israëlische aanval op Iran.

Zoals we weten pakte het anders uit. Het Israëlische leger kreeg een welverdiend pak slaag, en de opbouw richting een aanvalsoorlog tegen Irak raakte ernstig ontregeld. Dankzij het verzet van gewapende en ongewapende Libanezen, onder aanvoering van Hezbollah meer breed daarbuiten gedragen, tegen de Israëlische en van grootschalige Amerikaanse steun voorziene agressie zijn Iraanse steden nog niet in rokende puinhopen veranderd.

Maar nu is de aanloop in die richting weer hervat. Ja, het is verkeerd om te doen alsof die aanval binnen enkele weken of maanden zeker plaatsvindt: te vaak alarm slaan in die zin leidt ertoe dat niemand je straks meer gelooft. En er is nog steeds een kans dat het allemaal niet doorgaat. Maar wie die kans tot zekerheid of waarschijnlijkheid uitroept, wie zoiets zegt als 'het zal wel , niet, dat durft de VS niet, zo gek zijn zelfs Bush en Cheney niet' - en het daar verder bij laat, ziet daarmee af van druk uitoefenen tegen de oorlogsdreiging.

Hoe minder druk de gangmakers van deze aanvalsoorlog ervaren, hoe lager de politieke prijs die zij vrezen te moeten betalen voor hun oorlog. Naarmate die ingeschatte prijs daalt, neemt ook de terughoudendheid in oorlogsrichting verder af, en slaat de afweging van de oorlogsmakers in Washington eerder door in de richting van daadwerkelijk aanvallen, het er op wagen. Dus: wie deze oorlog wil vermijden en bestrijden, kan maar beter de waarschijnlijkheid van de aanval als uitgangspunt nemen, om op die basis de oorlog uit alle macht te dwarsbomen.

Hoe gaan we die oorlog dan bestrijden? We moeten daarvoor allereerst drie wezenlijke obstakels onder ogen zien, drie factoren die een breed maar tevens radicaal en drukverhogend verzet tegen een aanval op Iran ernstig hinderen. Het eerste probleem is ongeloof: dit kan niet waar zijn. Het tweede probleem is verlamming: het gevoel dat de dreiging te enorm is en het noodlot onafwendbaar. En het derde probleem is het gevoel dat eerdere pogingen om oorlogen tegen te houden ook geen succes hadden: waarom zou nu lukken wat in de aanloop van de Irak-oorlog niet lukte? Alle drie zijn het serieuze belemmeringen voor een effectief en tijdig verzet. We zullen de geldigheid ervan moeten bekijken en er iets serieus tegenover moeten stellen. dat is niet alleen nodig, dat is gelukkig ook mogelijk.

Laten we met het ongeloof beginnen. Het idee is dat een aanval op Iran - terwijl de VS plus bondgenoten op een mislukking in Irak aankoersen en ook steeds meer vastlopen in Afghanistan - onbegonnen werk is voor de VS. Een nieuw debacle, terwijl de wereldwijde weerstand tegen de VS-oppermacht toch al zo is gegroeid, - gaan ze dat er echt op wagen? Zo stom zullen ze toch niet zijn? Dat is de, ogenschijnlijk geruststellende maar zoals ik al aangaf erg riskante, redenering achter dit ongeloof.

Vlucht vooruit
Maar de redenering miskent een paar dingen. In de eerste plaats is zoiets eerder vertoond. Toen de Amerikaanse oorlog in Vietnam vastliep in de late jaren zestig, groeide de twijfel. Wat deden president Nixon, zijn adviseur Kissinger en de machthebbers om hem heen? Ze escaleerden de oorlog naar buurlanden, eerst met bommen op Cambodja, vervolgens met een invasie in dat land. Een soortgelijke agressie voerden ze tegen buurland Laos.

Ja, uiteindelijk mislukte dat allemaal. Maar voordat de VS dat erkende , de troepen helemaal terugtrok en de bombardementen stopzette was de regio wel vijf jaar en vele honderdduizenden doden verder. Slechts de enorme kracht van de vredesbeweging rond die tijd dwong een snel einde aan de invasie van Cambodja af en weerhield Nixon er waarschijnlijk van om het Noorden van Vietnam met kernwapens te bestoken. Maar in die beweging had het inzicht dat de machthebbers in het nauw in het Witte Huis tot alles bereid waren om de Amerikaanse overheersing overeind te houden, kennelijk de overhand.

We kunnen er maar beter voor zorgen dat hetzelfde nu weer geldt, we kunnen maar beter de ernst onder ogen zien. Het is precies een vlucht vooruit die Bush en Cheney met hun dreigende oorlog willen. Irak en Afghanistan niet onder controle? Laten we de aandacht ervan afleiden en tevens trachten het probleem op te lossen door Iran aan te wijzen als bron van chaos en vervolgens als zodanig uit te schakelen. Dat is de 'logica'. De hachelijke positie waarin de VS zich in het Midden-Oosten heeft gewerkt is, zo beschouwd, juist een factor die het risico van verdere escalatie eerder vergroot dan verkleint.

Escalatie vloeit voort uit strategie

Geen vlucht vooruit betekent: doormodderen in een steeds verder vastlopende oorlog op de twee fronten Afghanistan en Irak. Dat is uiteindelijk voor de VS, meteen vrijwel overspannen en verregaand gedemoraliseerd leger, ook niet echt een optie. Terugtrekken is dat in het perspectief van de machthebbers rond Cheney evenmin: het zou betekenen dat de sterkste macht ter wereld een enorme nederlaag te incasseren kreeg. het zou het mislukken betekenen van de strategie die onder president Bush , vooral na 11 september 2001, is doorgezet. Voor achtergronden: John Bellamy Foster schetst de wortels van die nieuwe, openlijker agressieve koers in "Naked Imperialism", in de Monthly Review van september 2005; een gro9ndige analyse van het noeconservatieve programma geeft Alex Callinicos in "The grand strategy of the American Empire", in International Socialism Journal 97, winter 2002.

Die strategie - verwoord in neoconservatieve denktanks waaronder vooral het Project for a New American Century - komt op het volgende neer. De VS - zo betoogden de ideologen achter de strategie - was uit de Koude Oorlog als overwinnaar gekomen, als machtigste militaire mogendheid. Nu was de kans om die overmacht langdurig in wereldwijde oppermacht om te zetten, om staten die op langere termijn grote rivalen konden worden - China vooral - op afstand te houden en voor te blijven.

Daartoe moest de VS greep houden en waar nodig verwerven op de belangrijkste strategische grondstoffen, vooral olie, en op de gebieden waar die olie gewonnen werd en waardoor de olie vervoerd moest worden. Het ging daarbij vooral om het Midden-Oosten en Centraal-Azië. Staten in die regio dienden te accepteren dat de olie daar op voorwaarden van de Amerikaanse heersers gewonnen, verhandeld en vervoerd diende te worden. Staten die dat niet accepteerden, konden 'regime change' tegemoet zien, door middel van bommen en desnoods invasie en bezetting.

De hele strategie werd ingekleed als kruistocht voor vrijheid en democratie. Maar de kern ervan was het idee dat als de VS de macht had over de olie, de VS daarmee een enorme extra macht in de hele wereld verwierf. Elf september 2001 was deels een wereldwijd zichtvbare aantasting van die oppermacht, een dreun die gewroken moest worden om de Amerikaanse oppermacht te herstellen en te onderstrepen. Maar 11 september 2001 was vooral ook het vrijwel ideale voorwendsel om de hele neoconservatieve strategie op volle toeren te laten draaien, onder het voorwendsel van een 'oorlog tegen terrorisme'. Ruhul Mahajan prikte al in maart 2002 - na de oorlog in Afghanistan, maar ruim vóór de aanval op Irak - veel sprookjes rond die oorlog door in "New Crusade: The U.S.War on Terror" in de Monthly Review van februari 2002.

Vanuit die strategie pakte de VS eerst Afghanistan aan - deels als vergelding voor 11 september, deels om proef te draaien voor de oorlog tegen Irak, deels om militaire invloed te versterken precies tussen het Midden-oostenm Centraal-Azië en de komende vijand China in. Daarna was Irak - boordevol olie - aan de beurt. En nu is het doelwit Iran - die andere grote oliestaat in het gebied, en de laatste grotere macht die zich tot nu toe weigert te onderwerpen aan de oppermacht van de Verenigde Staten.

Het is één grootschalig ambitieus project dat de machthebbers aldaar nastreven. Opgeven is in hun ogen vrijwel ondenkbaar, halfslachtig doormodderen onwerkbaar. Dan rest slechts escalatie - in de vorm van de 'surge' van 30.000 extra militairen naar Irak begin dit jaar, maar ook richting Iran. Ja, dat is gekkenwerk, naar de maatstaven van verstandige en niet geheel afgestompte mensen. Maar het heeft zijn eigen brute rationele logica - die van de winst en die van de heerschappij. Die brute logica brengt binnenkort bommenwerpers en raketten richting Iran - tenzij we ze tegenhouden.

Het feit dat de strategie tot nu toe niet tot de geplande succesvolle pro-Westerse staten in Afghanistan en Irak heeft geleid is ook al geen reden om te verwachten dat de VS geen oorlog tegen Iran zullen beginnen. Allereerst vanwege het al geschetste vlucht-vooruit-verhaal. Maar er is meer. Ja, de VS had graag gezien dat de 'regime change'- operatie in die landen tot zulke stabiele, werk- en plooiibare staten hadden geleid. Maar als dat niet lukt, blijft er een tweede prioriteit recht overeind staan: voorkomen dat zulke landen stabiele werkbare maar niet-plooibare machten vormen.

Als Irak dan geen pro-westerse liberale staat kan worden, dan is vervolgens alles beter dan dat het een anti-westerse stabiele sterke macht wordt. Dat is de achterliggende logica. Liever rokende puinhopen in Bagdad, Basra en Fallujah dan een zelfstandige wederopbouw van een staat die zich aan de Amerikaanse hegemonie onttrekt.

En als de VS niet profiteert van de Iraakse olie en de Afghaanse pijpleidingstrajecten - dan de rivalen China en Rusland zeer zeker ook niet. Voortgezette chaos en oorlog in de regio zijn de tweede keus voor de VS, minder optimaal dan stabiele pro-Westerse staten daar. Maar zelfs die tweede keus is voor de Amerikaanse machthebbers veruit te verkiezen boven zelfstandige ontwikkeling, al dan niet gecombineerd met groeiende invloed voor de rivalen van Amerika in zulke landen.

Aan een permanente chaotische oorlogstoestand valt ook nog grof te 'verdienen' - door wapenindustrie, huurlingenbusiness en allerlei andere ondernemers zoals Haloiburton. Als in die chaos ook Iran gestort zou worden, dan zouden ook daar weer vrienden van het Witte Huis een slaatje uit slaan. Belangrijker: het vooruitzicht van zulke chaos zal degenen die op oorlog aansturen, op zichzelf bepaald niet weerhouden.

Als het bovenstaande hout snijdt, dan stuurt het Witte Huis aan op een oorlog die, in hun termen, rationele en zeer zwaarwegende doelen dient. Het gaat feitelijk om de strijd om hegemonie, om wereldmacht. Van die strijd maakt het onder Westerse overheersing brengen van Iran een wezenlijk deel uit. Het lijkt mij daarom voor tegenstanders van oorlog, en van Amerikaanse overheersing sowieso, rationeel om ervan uit te gaan dat die aanval op Iran er, wat betreft de Amerikaanse machthebbers, inderdaad gaat komen.
(wordt vervolgd)

vrijdag 30 maart 2007

Her en der wat zaken

Nieuw referendum gevraagd
1 juni 2005 was een prachtige dag. Toen stemden we in forse meerderheid de EU-grondwet de prullenbak in. Dat verdiende die grondwet ruimschoots; het was een document waarin het vrijemarkt-beginsel als het ware in de statuten van Europa werd vastgelegd, waarin militarisme en het bondgenootschap met de Verenigde Staten werd beklonken, om maar eens iets te noemen.

Maar nu willen de Euro-leiders het opnieuw proberen. En daar mogen ze niet mee weg te komen zonder dat ze ons als kiezers weer ontmoeten. Dat vindt het Samenwerkingsverband Een Ander Europa. In dat initiatief werken onder meer samen het Comite Grondwet Nee, de andersglobalistische groepering ATTAC en de het collectief Eurodusnie.

Het samenwerkingsverband schrijft (niet schrikken van het Euro-house-deuntje trouwens): "Nu werken de lidstaten van de Europese Unie aan een 'oplossing' voor het Nederlandse en Franse NEE tegen de Europese grondwet. Wat daar uit zal komen is nog onzeker, maar waarschijnlijk wordt het een nieuw EU-verdrag." En op deze woorden volgt een oproep om de volgende eis te ondersteunen: "Wij verzoeken de Tweede Kamer over dit nieuwe verdrag opnieuw een referendum te organiseren, zodat wij als kiezers ons erover uit kunnen spreken. Wij willen referendum." Ik ben het daarmee eens. Tekenen doe je op de website .

Mooi weblog
Jelle Schuurman heeft onlangs een mooi nieuw weblog het leven doen zien. Daarom geeft hij, in vastberaden en heldere woorden, zijn ervaringen en meningen, vooral over de strijd tegen fascisme waar hij ook zelf bij betrokken is. Zo verhaalt hij levendig van een demonstratie in Doetinchem op 21 maart, Internationale Dag tegen Racisme. Een bezoekje meer dan waard, en het ziet er mooi uit ook. Je vindt het op www.jelleschuurman.nl

Mooie website
Max van Lingen heeft al veel langer een website die ik onlangs echter pas voor het eerst ontdekte. Het is een sobere, maar juist daardoor juist wel prettig ogende, website. je vindt er een handvol gedichten van zijn hand, en een handvol beknopte. helder geschreven artikelen. Het meest recente stuk gaat over de oorlog die de VS tegen Iran dreigt te beginnen. Kern van zijn conclusie: "Islamitisch of niet, elk land dat zich tegen het imperialisme verzet, verdient steun. In dit geval kan het echter alleen om zeer kritische steun gaan." De website is te vinden op www.marxisme.tk .

Nogmaals Lucebert
Onlangs berichtte ik op over mijn bezoek aan de Lucebert-tentoonstelling die in het gemeentemuseum Schiedam wordt gehouden. Mijn artikel daarover in De Socialist is inmiddels verschenen, maar staat nog niet online. Natuurlijk kun je sowieso beter de papieren versie van De Socialist aanschaffen. Niet alleen leest papieren tekst makkelijker voor de meeste mensen, niet alleen krijg je er dan ook mooie plaatjes bij (zonder dat je moet hannesen met dat vervelende PDF...), niet alleen kun je de krant dan ook lezen als je eens niet achter een PC zit - je steunt er De Socialist, en de organisatie die het maakt, ook mee. Het gerucht gaat dat die steun zeer welkom is, en ik zou als lid van die organisatie wel de allerlaatste zijn om dat gerucht tegen te willen spreken...