Posts tonen met het label Irak. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Irak. Alle posts tonen

zondag 24 februari 2008

Respect voor Irak in meerdere versies

Sommige dingen zijn zo weerzinwekkiend hilarisch absurd dat ik er eventjes door uit mijn weblog-winterslaap wordt gewekt en wat begin te tikken. Zo keek ik na het opstaan even op de website van Aljazeera en zag daar de kop: "Respect Iraq’, US urges Turkey". De Verenigde Staten bindt Turkije op het hart om, jawel, Irak te respecteren.

Is het niet wonderbaarlijk prachtig? Turkije valt Iraaks-Koerdistan binnen, om dara de Koerdische verzetsbeweging PKK aan te vallen. Een kwalijke zaak: Turkse soldaten hebben wat mij betreft al niets te zoeken in het door Turkije bezette stuk van Koerdistan. De poging om Koerdisch verzet daar te breken door de Iraakse grens over te gaan en daar het Koerdische verzet proberen te breken voegt aan die bezettingspolitiek nog een extra element van gewapende agressie toe. De Turkse invasie vraagt de scherpst mogelijke afwijzing, en het neerhalen van een Turkse gevechtshelicopter door Koerdische PKK-strijders waar het bericht op Aljazeera van spreekt juich ik toe. Tegen agressie en bezetting is gewapend verzet legitiem.

Maar ‘respecteer Irak’ – uit de mond van de Verenigde Staten? Een pleidooi van de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Robert Gates om "het belang van de soevereiniteit van Irak in gedachten te houden"? Is het niet ziek?

Waar was het 'respect' voor Irak toen de Verenigde Staten in februari en maart van 1991 de infrastructuur van dat land platbombardeerden? Hoezo, respect voor Irak toen die bombardementen ook waterleiding en riolering platgooiden, en de sancties die daarop volgden welbewust een herstel daarvan bemoeilijkten – zodat duizenden mensen de maanden daarop aan ziekten overleden? Hoe was het met dat respect voor Irak gesteld toen de VS en haar bondgenoten, via de VN, jaar na jaar sancties oplegden die honderdduizenden weerloze mensen de dood in joegen? En welk respect voor Irak betoonde de VS toen die supermacht in maart 2003 op nieuw een grote oorlog tegen Irak begon? Met waarschijnlijk minstens een miljoen doden als gevolg? En waar was in dit alles de soevereiniteit van Irak gebleven?

Nee, als de VS praat over respect voor Irak en over de soevereiniteit van dat land, dan hebben de VS een geloofwaardigheidsprobleem. Voor soevereiniteit voor Irak wordt keihard gevochten – door gewapende Irakezen, tegen de Amerikaanse bezettingsmacht.

Wat gewapende Iraakse strijders drijft is te zien in een documentaire: "Meeting Resistance". Een kort stukje erover vond ik op de website MRzine, waar ik ook onderstaande trailer van de film vond.

Respect voor Irak, voor de mensen van Irak om precies te zijn, betuigen betekent: naast dat verzet gaan staan en eisen dat de bezetting van dat land oinmiddellijk en on voorwaardelijk wordt stopgezet. Respect vor Irak betekent initiatieven vanuit vredesbewegingen steunen om onze afkeer van die bezetting van de daken te blijven schreeuwen en de bijbehorende argumenten nara voren te blijven sluiten.

Eén zo’n initiatief dat ik graag onder de aandacht breng is 'Sick Of It Day', gevonden op Counterpunch. Ik vertaal de openingszinnen van de bijbehorende website: "Sick Of It Day is een dag voor iedereen die ziek is van de leugens, ziek van de corruptie, ziek van de oorlog – op een statement te maken op een manier die echt telt: Meld je ziek op 19 maart, de vijfde verjaardag van de invasie van Irak!"

Volgens mij verdient deze oproep navolging, ook in Nederland. Om onze afkeer van de voortdurende bezetting van Irak te laten voelen, én om te blijven eisen dat de Nederlandse regering eindelijk openheid van zaken geeft rond het kwalijke besluit om destijds politieke steun aan de aanval op Irak te verlenen. Als we ons die negentiende maart ook in Nederland nu eens allemaal ziekmelden – en voor die tijd de oproep daartoe zo wijd mogelijk verspreiden…?

Zo, terug naar mijn winterslaap – wellicht tot de volgende imperiale oprisping van machtswellustige winstwaanzinnigheid mij weer tot weblogwerkzaamheid prikkelt…

zondag 4 november 2007

Hoop in Midden-Oosten en daaromtrent: 2. Irak

Voor Irak valt een vergelijkbare uiteenzetting te geven als voor Afghanistan: al zijn de hoofdstromingen binnen het Iraakse verzet niet zo naargeestig als de Taliban. De Amerikaanse bezetting mislukt zienderogen. De krachten die deze bezetting dwarsbomen slagen er ook in om tot een zekere eenheid te komen, en dat is hoopgevend.

Zo vormden zes guerrillagroeperingen vorige maand een gezamenlijke politieke organisatie. Ze pleiten voor voortdurende strijd tegen de bezetters en noemen alle wetgeving van de met de bezetting samenwerkende regering niet legitiem en niet van kracht. Ook spreken ze zich uit tegen de overheersing van Irak door een op religieuze basis gebouwd "enkel element". De stap naar eenheid die blijkt uit de vorming van deze koepel van groeperingen die tegelijk afstand nemen van Al Qaeda-in-Irak en van het streven naar sektarische overheersing vanuit één godsdienstige groepering, is positief.

Minder positief is dat een belangrijke guerrillagroep, de 1920 Brigades, buiten de koepel bleef, evenals trouwens de beweging van de nationalistische Sjiitische aanvoerder Moqtada al-Sadr. Een werkelijk brede eenheid tegenover de Amerikaanse bezetting is er nog lang niet. En juist het gebrek aan eenheid geeft de VS ruimte om eindeloos bondgenootschappen te smeden met de ene stroming of groepering tegen de andere. In combinatie met gericht grof geweld in previncies waar het verzet het sterkste is, geeft dit de bezetting extra speelruimte. Dat het de VS uiteindelijk niet zal lukken om Irak te overheersen, verandert daarmee overigens niet.

Wel kan de VS haar oorlog zo onnodig langer rekken. Er zijn tekenen dat de 'surge', het offensief van de extra 30.000 troepen die de VS eerder dit jaar naar Irak stuurde, enig effect heeft. Het aantal doden aan Amerikaanse kant was in oktober veel lager dan eerder dit jaar, 39 in oktober. Dat aantal daalt al sinds juni. Er zijn nu soms zelfs een paar dagen achtereen dat er geen enkele Amerikaanse soldaat sneuvelt, en dat is anders geweest. Het aantal burgerslachtoffers onder de Irakezen is ook gedaald.: 800 in oktober. In januari was het nog 2800.

Maar hoe diepgaand deze trend is, is onduidelijk. De 800 in oktober waren er alweer meer dan in september. Voor de daling van het geweld worden ook meerdere oorzaken aangedragen. De ectra soldaten zullen iets uitmaken – maar die extra 30.000 gaan waarschijnlijk binnen afzienbare tijd weer weg. Alle kans dat de positie van de bezettingsmacht dan weer verslechtert.

Intussen lijken Amerikaanse militairen er wel in geslaagd enige rust aan de opstandige provincie Anbar op te leggen. Maar dat komt vooral door de gelegenheidscoalitie die Amerikaanse commandanten wisten te sluiten met gewapende groepen in die provincie. De VS wilde Al Qaeda-in-Irak uitschakelen. Veel stammen en groeperingen willen dat ook, ze zijn de extreem-gewelddadige methoden die deze groepering tegen Iraakse burgers inzet, meer dan beu.

Dit beperkte parallelle belang leidt tot beperkte samenwerking. Bovendien hopen ze via samenwerking met de VS wellicht meer gewicht in de schaal te leggen, om Soennietisch tegenwicht tegenover de Sjiitische macht in en om de Iraakse regering te geven. Naarmate het lukt Al Qaeda uit te schakelen zou echter de tegenstelling tussen Amerikaanse bezettingsmacht en plaatselijke groeperingen die allereerst hun eigen machtsposities opeisen en ambities hebben die bepaald niet die van simpele collaborateurs zijn, wel eens op kunnen leven. Intussen woedt het geweld dat in Anbar afnam, in andere provincies hevig voort.

Nog een andere reden zou wel eens weinig met de Amerikaanse 'surge' te maken kunnen hebben. In Bagdad is het geweld gedaald, simpelweg omdat Sjjitische machten er in geslaagd zijn grote aantallen Soennieten te verdrijven uit de stad. Dat is althans wat Phillip Carter oppert in Slate. Waar geen Soennieten meer wonen, hoeven Sjiitische doodseskaders ze ook niet meer te terroriseren. En waar geen soennieten meer wonen, kunnen soennieten ook niet meer de netwerken vormen van waaruit veelal Soennietische gewapende groepen opereren.

De daling van het geweld komt – als deze redenering houdt snijdt – dus door het succes van eerdere rondes van geweld. Het bewijst geen succesvolle bezetting, maar succesvolle terreur die zijn voltooiing in Bagdad blijkbaar nadert. Etnische zuiveringen houden op als er niets meer te zuiveren valt, en dat geldt ook voor zuivering langs lijnen van religieuze gemeenschap, zoals in Irak.

Dit type geweld is trouwens door de wijze waarop de Amerikaanse bezettingsmacht opereert in een eerdere fase juist aangejaagd. Het was de VS die dan weer Sjiitische partijen, dan weer Soennietische organisaties als partner voor haar politiek in Irak koos. Dat droeg aan de gewelddadige rivaliteit zeer bij. Maar een bezetter die het van dit soort mechanismes moet hebben, is extra kwetsbaar zodra in het verzet de krqachten tot eenwording groeien, vooral over de grenzen tussen religieuze gemeenschappen heen. Daarvan is helaas in Irak nog veel te weinig sprake.

Maar zowel in Afghanistan als in Irak is de positie voor de Westerse invasiemachten op den duur onhoudbaar. In beide landen is het verzet te sterk om te worden verslagen, en op de lange duur sloopt dat de bezetting. In beide landen wordt het verzet echter ook gedomineerd door krachten die nationale bevrijding in een zeer beperkte zin voorstaan, zonder die te combineren met sociale en democratische bevrijding. In beide landen zien we vormen van islamistische politiek, in Irak naast seculiere nationalisten. Hun komende overwinning, en de nederlaag die ze daarmee de VS en de NAVO-staten toebrengen, is allebei welkom. Maar een verdergaande bevrijding biedt dit op zich nog allerminst.

zaterdag 3 november 2007

NRC onthult wie Irak-oorlog lanceerde

Eindelijk weten we hoe het zit. De NRC vertelt: "Een Amerikaanse nieuwszender zegt de man opgespoord te hebben die met zijn verzonnen verhaal de Amerikaanse regering een belangrijk argument verschafte voor de aanval op Irak in 2003".

De zender is CBS, de man in kwestie heet Rafid Ahmed Alwan, gevlucht uit Irak, een "dief en een slechte student", aldus het bericht, die zich voor chemicus uitgaf die een fabriek van biologische wapens zou hebben geleid. "De Duitse geheime dienst speelde de informatie door aan de Amerikaanse inlichtingendienst CIA, waarna de bal ging rollen", zo sluit de NRC het berichtje af.

Prachtig is de titel die deze krant het bericht meegaf: "'Man achter invasie Irak opgespoord'". Ik dacht dat de man achter de invasie allang opgespoord was als zijnde de illegale hoofdbewoner van het Witte Huis, de heer Bush. Maar via de NRC komt een mens nog eens op originele gezichtspunten. Maar dit terzijde.

Prachtig verder, dit bericht, nietwaar? Vluchteling uit Irak verzint mooi verhaal, Duitse geheime dienst trap erin, vertelt het aan Amerikaanse geheime dienst, en Bush kan zijn oorlog rechtvaardigen. Klopt als een bus, of als een zwerende vinger. Maar, net zoals met die kloppende zweer is het verhaal nogal geïnfecteerd met narigheid.

Laten we aannemen dat de feiten – de naam van de man, het feit dat hij dit verhaal verzon –correct zijn. Dan doet zich meteen al een vraag voor: geloofden de mensen die zijn asielaanvraag deden dit allemaal zomaar? Ik heb de indruk dat mensen van immigratiediensten, niet alleen in Nederland, de dingen die vluchtelingen vertellen eerder op voorhand als leugens bestempelen – juist ook als ze wel kloppen – dan dat ze goedgelovig alles voor zoete koek aannemen. Het doel van onderzoek van de immigratiedienst is immers: redenen vinden om iemand te kunnen weigeren. Daarbij past eerder de aanname dan de vluchteling te kwader trouw is en liegt, dan de aanname dat het verhaal waar een vluchteling mee komt bij wel zal kloppen.

En als de immigratiedienst al geloofde wat Alman zie, heeft de Duitse inlichtingendienst dan niet zelf een onderzoek ingesteld? Het ging toch om nogal gevoelige informatie, waarmee een oorlog kon worden rechtgepraat. Dat check je toch eventjes, of wist de geheime dienst destijds de weg niet naar Google?

Gevoeliger nog is de vraag waarom de geheime dienst deze informatie – of ze die nu zelf geloofwaardig vond of niet – aan de CIA doorgaf. Duitsland had destijds een regering van sociaaldemocraten (SPD) en Groenen, onder leiding van Gerhard Schröder. Die had in 2002 verkiezingen op t nippertje gewonnen, mede door zich vrij stevig tegen eeen Amerikaanse oorlog uit te spreken.. De (des)informatie over de Iraakse vluchteling en nep-chemicus was echter een bijdrage aan die oorlog, een ondersteuning van de argumentatie van het Witte Huis.

Speelde de Duitse inlichtingendienst een spel dat haaks stond op de koers van Schröder – en wat zegt dat over de macht achter de schermen? Of wilde Schröder via zijn spionnenbrigade juist aan de VS duidelijk maken dat zijn oppositie tegen de Irak-oorlog vooral een zaak van PR was, maar dat hij graag goede maatjes met Bush wilde blijven? Misschien met het oog op aardige contracten in het verschiet voor Duitse bedrijven voor nadat de VS Irak kapotgeschoten had? Wis en waarachtig, vragen genoeg voor een Duitse versie van onderzoeksjournalist Seymour Hersh. Een Nederlandse versie mag ook, want het is wel raar dat bij de NRC de simpele vragen die ondergetekende simpele weblogger stelt, blijkbaar niet weet te stellen.

Dubieus is ook de hele onderliggende strekking van het bericht: vanwege informatie over massavernietigingswapens die niet bleek te kloppen, viel de VS Irak aan. Nu weten we waar de foute informatie vandaan komt, nu weten we hoe het zit. Hadden ze maar de juiste informatie gehad, dan was de oorlog Irak en de wereld bespaard gebleven. Het staat er niet, maar dat is wel de ondertoon.

Maar daarmee nemen we de gedachte dat Bush oorlog tegen Irak ontketende vanwege die massavernietigingswapens veel te serieus. Die wapens waren echter slechts voorwendsel voor een oorlog die om redenen van olie en Amerikaanse versterking van militaire aanwezigheid in de regio werd doorgedrukt. Michael Schwartz geeft nog eens een heldere uitleg over vooral de olie-connectie, in "Why Did We Invade Iraq Anyway?" op de onvolprezen website van Tom Engelhardt.

Bush en Cheney waren geen slachtoffer van verkeerde informatie, maar daders in een complot waarin desinformatie een brute roofoverval op een heel land de schijn van zelfverdediging moest geven. En zelfs al zou het zo zijn dat Bush zelf de onzin rond die wapens geloofde, dan nog is het de hele groep om hem heen die de zaak regisseerde, en die bepaald niet van naïviteit verdacht kan worden, en ook niet van domheid.

Het bombardement van Bagdad werd voorafgegaan door een bombardement van leugens waarin verhalen zoals die van de nepchemicus uit Irak explosieve bestanddelen vormden. Over de herkomst van zo’n bestanddeel weten we nu dus iets meer. Maar over de diepere achtergrond van de oorlog zegt het verhaal weinig tot niets.

zondag 21 oktober 2007

Doe iets: enige activistische en artistieke grasduinsels

Doe eens iets! Al dat lezen op internet, je wordt er vast wijzer van – maar de wereld ook automatisch beter? Nou dan! Oh, je weet niet wat je moet doen? Nou, een paar suggesties dan, en daarna een mooi stuk muziek...

Doe eens aangifte tegen de belangrijkste Nederlandse medeplichtigen aan de Irak-oorlog, bijvoorbeeld. Tegen CDA, VVD, GroepWilders, en twee met de laatste groep verbonden organisaties. Wegens

"A. deelname aan een misdadige organisatie/ vereniging./ stichting, art. 140 lid 1-4SR;
B. deelname aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van terroristische misdrijven, artikel 140a , lid 1-3 Sr;
C. Moord, doodslag en dood door schuld, art. 287-295 Sr.;
D. Het opzettelijk in hulpeloze toestand laten of brengen van mensen tot wiens onderhoud, verpleging of verzorging zij krachtens wet, overeenkomst en internationale verdragen verplicht zijn, art. 255-260 Sr."

Aldus een model-aangifte, die vervolgens de zaak toelicht en vaststelt dat genoemde organisatie medeplichtig zijn aan de misdadige Irak-oorlog. Meer over dit initiatief is te vinden via de website 'De Kwestie Balkenende'. Het doen van deze aangifte loopt al sinds 2004 maar heeft via een aardig stuk op de website Argusoog, een verder nogal wazige site met veel New Age, Ufo’s en 9/11-paranoia maar dus kennelijk ook heldere momenten, een zetje gekregen.
Ik kwam de zaak op het spoor via een bericht op nujij.nl, waar mijn oog toevallig op viel toen ik nu.nl eventjes bezocht. Dat laatste is een website vergelijkbaar met het Amerikaanse digg.com: mensen kunnen zelf hun nieuwstips on-line zetten, en via het geven van punten aan die tips hun keuzes pushen. Zo krijg je enerzijds een vergaarbak van lang niet allemaal even serieuze nieuwberichten. Maar het levert ook wel eens vondsten op waar ik zonder dit type site overheen gekeken zou hebben. Zoals in dit aangifte-geval.

Die aangifte vind ik een goed idee. Maar er is veel meer uit te halen dan alleen individuen die naar het politiebureau gaan met een aangifte in de hand. Het bericht van Argusoog legt trouwens keurig uit hoe je dat op zichzelf tot een goed einde kunt brengen. Maar zoiets leent zich voor demonstratieve activiteit: een enorme aangifte maken op een lange papierrol, en die dan met een flinke groep actievoerders en tijdig gewaarschuwde pers op het plaatselijke politiebureau komen brengen.

Ga ook mee naar Noordwijk, komende donderdag, 25 oktober! Daar vergaderen NAVO-ministers, en dat is een prachtige gelegenheid om de excellenties te laten weten wat we vinden van hun oorlogspolitiek. Meet in het bijzonder is het een buitenkans om ons nee te laten klinken tegen verlenging van de Nederlandse oorlogsinzet in Uruzgan, of beter nog: de tussentijdse stopzetting en onmiddellijke terugtocht van de Nederlandse soldaten te eisen. Het en der on-line kun je er iets over lezen, bijvoorbeeld
op het IS-weblog.
Mocht je niet kunnen overdag: in een aantal plaatsen worden de avond van 25 oktober wakes gehouden als protest tegen eventuele verlenging van die oorlogsmissie. Van Breda weet ik dat bijvoorbeeld de SP zoiets opm poten zet. In Eindhoven is zo 'n actie al op 19 oktober gehouden. Maar er gebeurt vast meer.
Gezien de steeds grimmiger oorlog en het trieste vooruitzicht dat Nederland de troepen in Uruzgan wil handhaven, zijn dit soort acties hard nodig ook - als opstapje naar steviger druk. In Noordwijk en/ of in je eigen woonplaats: doe iets, rond dit thema!
Nee, dit zijn allemaal geen bevelen, al gebruik ik de gebiedenderwijs. Dringende suggesties zijn het echter wel, de toestand roept er nu eenmaal om. Oorlogen verdwijnen zelden vanzelf.

Zo, en daarmee loopt de agenda al weer vol. Tussentijds een muziekje kan geen kwaad. Patti Smith, zangeres en dichteres, bekend van songs uit de jaren zeventig als 'Because the Night' en 'Dancing Barefoot', heeft een prachtig nieuw lied. "Without Chains" heet het.
Je kunt ernaar luisteren via het bericht op Left I on the News, waar ik het vond. De tekst vind je op de site van Patti Smith zelf. De MP3 is van daaraf ook rechtstreeks te beluisteren. Het is het verhaal van iemand die jarenlang iin de hel van het Amerikaanse gevangenkamp Guantanamo heeft vast gezeten en de vrijheid weer moet leren:

"Now i'm learning to walk
without chains
to talk without chains
to breathe without chains
to love
without chains
to pray without chains
to hope without chains
without chains
without chains"


zondag 16 september 2007

Demonstratie tegen steeds moorddadiger olie-oorlog

Tienduizenden mensen hebben gisteren in de Amerikaanse hoofdstad Washington gedemonstreerd. De Volkskrant noemde "naar schatting 10.000 mensen" als omvang; de organisatoren van de betoging spraken van 100.000. Uit het CNN-bericht: "Er leken tienduizenden mensen aanwezig te zijn, en de mars strekte zich uit over meerdere blokken over Pennsylvania Avenue."
Groot en radicaal
De actie was niet alleen groot, maar ook vrij fel. Ettelijke duizenden actievoerder trokken op naar het Capitool, waar het Congres zit. Toen demonstranten over een barricade heenklommen, arresteerde de politie hen. Zo werden pakweg 160 mensen opgepakt. De politie spoot twee actievoerders onder met wat het CNN-verslag "chemische spray" noemde. Dat klinkt als traangas of pepperspray, maar zeker weten doe ik dat niet. "Shame on you", reageerden mededemonstranten op het politiegeweld.
Cindy Sheehan, moeder van een in Irak omgekomen soldaat en belangrijk figuur in de Amerikaanse vredesbeweging, onderstreepte op de betoging de noodzaak van radicale actie: "Het is tijd om lijfelijk te laten zien waar we staan en te zeggen dat we er genoeg van hebben. Het is tijd om deze stad stil te leggen." Soldaten die in Irak gevochten hadden, en familieleden van omgekomen militairen, waren nadrukkelijk aanwezig op de demonstratie. De correspondent van Aljazeera in Washington merkte op, kennelijk in een vergelijking mat andere betogingen tegen de oorlog: "Een van de verschillen met deze demonstratie is dat ze geleid wordt door veteranen van de Irak-oorlog." Hoopgewvende ontwikkeling! Als zij die gestuurd worden om de oorlog te moeten uitvechten, zich tegen die oorlog keren, loopt de voortzetting van die oorlog gevaar.
Dat snappen blijkbaar ook voorstanders van de oorlog. Een duizendtal van hen hield volgens het CNN-verslag een tegenbetoging en sprak steun uit aan de oorlog, de soldaten en impliciet vooral ook aan degenen die de soldaten naar Irak stuurden. Kleine groepjes tegendemonstranten die het voor Bush opnemen zijn bij vredesbetogingen geen uitzondering. Maar nu vond ik het aantal relatief hoog, gezien de verdampte steun voor Bush Dat relatief veel rechtse oorlogssupporters de straat kiezen, een buitenparlementair terrein dat ze doorgaans aan links overlaten, tekent de grimmigheid van de tegenstelling die ook de Verenigde Staten verscheurt.
Oliejacht eist 1,2 miljoen mensenlevens
Twee recente berichten laten zien hoe kwalijk de oorlogsredenen zijn, en hoe hoognodig er een eind aan gemaakt moet worden. Alan Greenspan, voormalig baas van de Federal reserve, de centrale bank van de Verenigde Staten, vertelt in zijn memoires de reden voor de enkeling die dat nog niet door had. "Het doet me verdriet dat het politiek niet erg gelegen komt om te erkennen wat iedereen weet: dat de Irak-oorlog grotendeels om olie gaat." Dit is de stem van iemand uit de harde kern van de heersende klasse van de VS. En de man heeft de ruimte om te zeggen wat hij denkt, hij is immers met pensioen en hoeft zich niet meer tactisch in te houden. Als Greenspan de Irak-oorlog aanduidt als oorlog om de olie is dat een gewichtige erkenning, geen detail.
Hoe hoog de prijs is die deze olie-oorlog vergt, is nauwelijks uit te drukken. maar de dodencijfers preken een steeds gruwelijker taal. Een nieuw onderzoek, dat ik voor het eerst tegenkwam via het weblog Lenin's Tomb, spreekt nu al over1,2 miljoen mensen die sinds 2003 -het jaar van de Amerikaans-Britse invasie, het begin van de bezetting - door geweld om het leven zijn gekomen. Systematische met mensen in Irak laten zien dat in 16 procent van elk huishouden wel iemand door geweld om het leven is gekomen, in vijf procent twee mensen, en in één procent zelfs drie.
Of de concrete daders nu Amerikaanse soldaten zijn, milities pro- of juist contra de regering, gewapende verzetstroepen of sektarische moordenaarsbendes, één ding is helder. Het is de invasie die de deur naar dit steeds grovere geweld heeft opengezet. Deze één miljoen en tweehonderdduidend dode mensen zijn daarmee, direct of indirect, slachtoffer van de Amerikaanse oorlog tegen Irak. Grotere en vooral veel drastischer acties zullen nodig zijn om aan deze slachtpartij-om-olie een einde te maken.

woensdag 22 augustus 2007

Bush geeft geschiedeniscollege

De fameuze vredesvriend en vakhistoricus George Bush - tijdelijk werkzaam als Amerikaans president - heeft een toespraak gehouden voor veteranen. Daarin trok hij vergelijkingen tussen de huidige oorlog in Irak en eerdere Amerikaanse oorlogen in Azië. Met name zijn visie op de Vietnam-oorlog was zeer de moeite waard.

De strekking ervan was: de VS moet winnen in Irak, want als de VS vertrekt uit Irak dan komt er een soortgelijk bloedbad als destijds na het Amerikaanse vertrek uit Vietnam en aangrenzende landen. "In Cambodja begon de Rode Khmer een moorddadig bewind waarin honderdduizenden Cambodjanen omkwamen door honger en marteling en executie", zo meldde onze geschiedkundige. "In Vietnam werden voormalige bondgenoten van de Verenigde Staten en regeringsfunctionarissen, intellectuelen en zakenlieden naar gevangenkampen gestuurd, tienduizenden omkwamen. Nog eens honderdduizenden ontvluchtten het land in wrakkige bootjes; veel van hen gingen naar hun graf in de Zuid-Chinese Zee." En even later: "Een onmiskenbare erfenis van Vietnam is dat de prijs van terugtrekking betaald werd door miljoenen onschuldige burgers wiens ellende onze woordenschat heeft aangevuld met termen als 'bootvluchtelingen', 'heropvoedingskampen' en 'killing fields'."

Je moet maar durven. Verdraaiingen, weglatingen en regelrechte onzin vermengen zich hier tot een woordenbrij. Onzin: de 'killing fields' is een woord dat betrekking heeft op de Rode Khmer in Cambodja, en hort dus niet bij de 'erfenis van Vietnam', tenzij dat een codewoord is voor de hele Amerikaanse oorlog in die regio. Onzin: 'heropvoedingskampen' waren er al veel eerder, in Noord-Korea en China. Dat is dus geen Vietnamese 'aanvulling van de woordenschat'.

Verzwegen doden

Maar dat zijn bijzaken. Veel belangrijker is wat hier wordt weggelaten. Laten we aannemen dat de dodencijfers van onze Witte-Huis-historicus correct zijn: tienduizenden in Vietnam na het Amerikaanse vertrek, honderdduizenden in Cambodja, nog eens een onbepaald aantal in de Zuidchinese zee. Waar zijn de doden die door het Amerikaans oorlogsgeweld gebleven? Waar zijn de slachtoffers van de bommenwerpers, de moordende patrouilles in dorpen als My Lai, de beschietingen vanuit helicopters van alles wat beweegt in de zogeheten 'free fire zones', de CIA-moordpartijen in Operatie Phoenix, bedoeld om iedereen die politiek activist was van het Nationaal Bevrijdingsfront waarin het verset in het Zuiden van Vietnam zich had gebundeld uit de weg te ruimen?

Niemand weet het precieze aantal. Maar het zijn er meer dan "enkele tienduizenden", meer dan "honderdduizenden" ook. Maar een redelijk gedocumenteerde reeks cijfers laat onder meer het volgende zien: tussen de 444.000 en de 1.100.000 militairen aan de kant van de verzetslegers ('Noord-Vietnam' en de 'Vietcong' (1)); tussen de 50.000 en de 1.500.000 burgerslachtoffers in het zuiden van Vietnam (bijna alle van de 9 genoemde schattingen lopen in de honderdduizenden,; de 50.000 is dan ook absurd laag); tussen de 181.483 en de 650.000 'Zuidvietnamese' militairen; en alleen al 65.000 burgerslachtoffers in het noorden van Vietnam vanwege Amerikaanse bombardementen. Daar komen de rond de 55.000 Amerikaanse soldaten nog bij, plus de tegende 6000 doden onder Amerikaanse bondgenoten, zoals Zuid-Korea en Australië.

In totaal tussen de één en meer dan drie miljoen doden. Allemaal opgeofferd aan de poging van de machthebbers in de VS om koste wat kost in Vietnam te blijven en te winnen, en allemaal uit het verhaal van Bush zorgvuldig weggelaten. De tienduizenden slachtoffers die Bush meent te zien na het Amerikaans vertrek zijn hiervan slechts een fractie; alleen al het aantal burgerdoden in 'Noord-Vietnam' door Amerikaanse bommen is al van een zelfde orde van grootte.

Fraaie vrienden van de VS

Over de gebeurtenissen die Bush wel noemt valt ook wel meer te zeggen. Hij jammert over de "regeringsfunctionarissen"en de "bondgenoten van de verenigde Staten"die na het Amerikaanse vertrek slachtoffer werden. Enige duidelijkheid over het soort regering, het soort bondgenoot waar de VS op leunde, lijkt me wel nuttig. Het ging om een militair bewind dat folterde, moordde, zich ongehoord verrijkte (de naam van één van de militaire leiders, de infame heer Thieu, was zo ongeveer synoniem met corruptie. Zijn collega, generaal Ky, was een groot fan van die andere vredesvriend en vakhistoricus, Adolf Hitler. Belangrijke economische activiteit van het regime: heroïnehandel. Over de twee heren en hun connectie met heroïne en de in dit soort zaken voor de handliggende CIA-rol vertelt Alfred McCoy meer in een hoofdstuk van zijn boek The Politics of Heroine in South East Asia.

Dat was het soort bondgenoten die door grootschalig Amerikaans militair geweld in het zadel werden gehouden. Erg veel sympathie onder de bevolking zullen ze niet hebben genoten. Maar van de tevoren voorspelde bloedige afrekening, het fameuze 'bloedbad', was na de smadelijke aftocht van Amerikaanse troepen in 1975 - beschreven in een artikel in The Nation - geen sprake. Ja, een fors aantal functionarissen van het corruypte collaborateursregime dat was het - gingen aar die heropvoedingskampen. daar deden ze wat Vietnamese boeren al veel langer deden: heel hard werken, onder zware omstandigheden.

Ja, bewakers pleegden ongetwijfeld mishandelingen, ja mensen bezweken daar aan, ja, het bewind stuurde daar ook grote aantallen mensen heen die weinig of niets hadden misdaan. Maar van systematische moordpartijen was geen sprake, en het waren ook geen foltercentra. Het verschilde niet wezenlijk, qua hardheid en qua doelstelling, van de interneringskampen waar in Nederland echte en vermeende collaborateurs werden gegooid na de nazi-bezetting.

Oplossing voor Irak

Terug naar vandaag, naar de vergelijking met Irak. Net als destijds schermt Bush met de dreigende vergelding dieveel mensen in Irak te wachten zou staan als de VS zouden vertrekken. Net als destijds is er geen reden om de spookverhalen uit het Witte Huis te geloven. Maar twee dingen zijn duidelijk. Allereerst: er vallen nu doden, in enorme aantallen, vanwege de Amerikaanse bezettingsoorlog in Irak. De cijfers kruipen griezelig in de richting van de Vietnamese getallen. Dat moet stoppen, en dat vereist een onmiddellijke Amerikaanse aftocht.

In de tweede plaats: hoe langer de Verenigde Staten proberen hun bloedige verblijf te rekken door middel van nieuw militair geweld, hoe groter en intenser de gevoelens van haat, afkeer en wraakgevoelens onder Irakezen zullen worden. Als de VS een bloedbad tegen hun bondgenoten willen voorkomen, of de schaal ervan zo klein mogelijk willen houden, dan kunnen ze beter vandaag vertrekken dan morgen.

In de derde plaats: als Bush wèrkelijk bezorgd is dat na een Amerikaans vertrek bondgenoten van Amerika, mensen die voor de bezettingsmacht hebben gewerkt, hert slachtoffer worden van vergelding - dan weet ik een hele eenvoudige oplossing. Waarom biedt Bush zijn vrienden geen onderdak aan? Waarom neemt hij zijn handlangers en hun familieleden niet gewoon mee naar de Verenigde Staten? Dat is bepaald goedkoper - in geld en vooral in mensenlevens - dan eindeloos in Irak blijven. Doorgaan met deze allang vrijwel verloren oorlog en zich verschuilen achter wat er eventueel zou kunnen gebeuren na vertrek - dat betekent als medemenselijkheid vermomde massamoord.

Noot: (1): Noord-Vietnam , Zuid-Vietnam en Vietcong staan niet voor niets tussen aanhalingstekens; de woorden zijn gekleurd en verpakken een onwaarachtig beeld. Na de onafhankelijkheidsoorlog die Vietnamese verzetsstrijders tegen Frankrijk voefrden (1946-1954) werd in het Noorden een onafhankelijk Vietnam erkend; het zuiden werd onder Amerikaanse dekking tot een pro-westers, slechts in schijn onafhankelijke, staat omgevormd. 'Noord-Vietnam' is dus in feite gewoon dat deel van Vietnam dat van het koloniale gezag was bevrijd. De deling tussen Noord en Zuid was slechts een tijdelijk iets; van een rechtmatige staat, 'Zuid-Vietnam' was nooit sprake.

'Vietcong' was een afkorting voor Vietnamese communisten, en fungeerde gewoon als scheldwoord. Wat de Vietnamese verzetsstrijders dreef was boven alles een verlangen naar nationale onafhankelijkheid. Dat funtionarissen van de Vietnamese Communistische partij die strijd aanvoerde is juist, maar geen reden om de Amerikaans propagandistische woordkeus te volgen. De juiste aanduiding voor de verzetsorganisatie in het Zuiden van Vietnam is Nationaal Bevrijdingsfront, afgekort NLF.

(Over Cambodja en de 'Killing Fields' hopelijk binnenkort meer, net als over enkele andere door Bush in zijn toespraak aangestipte zaken. Maar ik beloof niks...)

woensdag 18 juli 2007

NOVA, Nation, David Corn

Dat was wel een aardig onderdeel van NOVA, over de stemming in de Senaat van de VS, over een vorm van troepenterugtrekking uit Irak. Een meerderheid was daar wel voor. Maar de meerderheid was niet groot genoeg om de resolutie in die richting aangenomen te krijgen.

Let wel: het voorstel - door Democraten ingediend - betekende geen complete aftocht uit Irak. Binnen 120 dagen moest met terugtrekking worden begonnen, in april 2008 moest die afgerond zijn. Maar de terugtrekking zou onvolledig zijn. "Een niet gespecificeerd aantal troepen zou kunnen achterblijven om een aantal specifieke taken uit te voeren: antiterreuracties, de bescherming van Amerikaans bezit en het trainen van Iraakse troepen", aldus een bericht op de website nieuws.nl.

Dat opent natuurlijk de deur voor eindeloos daar blijven. Bush verkoopt de hele oorlog daar immers als antiterreuractie, en Amerikaanse soldaten behandelen heel Irak zo ongeveer als Amerikaans bezit. Toch was de stemming veelbetekenend: ze liet zien dat het verlangen om zich uit Irak uit de voeten te maken ook een hoog machtsorgaan als de Senaat niet onberoerd laat en senatoren tenminste tot gebaren richting aftocht beweegt. En de meerderheid kwam maar acht stemmen te kort.

Maar dat vond ik niet de interessantste kant van de, tamelijk korte, NOVA-reportage. Veel opmerkelijker vond ik de keus van de man die commentaar mocht leveren op het gebeuren. Geen man van de New York Times of Washington Post, ook niet van CNN en al helemaal niet van Fox News.

Nee, we kregen de inzichten voorgeschoteld van David Corn, columnist van het blad The Nation. Dat blad is een vrij progressief magazine, dat je ergens kunt plaatsen in de linkervleugel van de Democratische partij. Zeer fel tegen Bush, zijn oorlogen en zijn aanvallen op democratische rechten, maar veel te mild tegen de Democratische oppositie.

Toch is de website van het blad ruimschoots de moeite waard om regelmatig te bezoeken. Kort geleden verscheen er bijvoorbeeld een omvangrijk en onthutsend stuk over de Irak-oorlog: "The Other War : Iraq Vets bear Witness". Amerikaanse militairen vertellen wat ze hebben gezien en gedaan in die strijd: de huiszoekingen, de intimidaties, de wreedheden. Het weblog Kritisch Links heeft er aandacht voor en geeft een uitvoerig citaat uit het artikel waaruit je wel een indruk krijgt.

David Corn heeft zelf ook een weblog, waarin hij uitvoerig verslag doet van verwikkelingen in en rond de politieke top in Washington. Beslist ook een plek om af en toe eens te gaan neuzen, vooral als er bijzondere zaken spelen in Senaat, Huis van Afgevaardigden of het Witte Huis. Heel radicaal is het niet, erg informatief echter vaak wel.

zondag 1 juli 2007

Vrolijkheden van het front

Tijd voor weer wat frontberichten uit de Oorlog tegen Terrorisme en het Nederlandse aandeel erin. Het gaat nog steeds goed, het gaat zelfs steeds beter.

Zo bevestigen de Verenigde Naties eindelijk wat zeer velen van ons al vermoedden: er zijn in Irak geen massavernietigingswapens te vinden.
"VN staken speurtocht naar massavernietigingswapens Irak", vertelde De Volkskrant op 29 juni. Voorwaar, een hele opluchting! We worden dus - ik zeg het maar eens duidelijk - dus niet door Saddam Hoessein bedreigd met atoomraketten, gifgas en anthrax. Jammer alleen dat dit inzicht wat laat komt. Te laat, voor de honderdduizenden Irakezen die door de Amerikaans-Britse invasie - met die massavernietigingswapens als voorwendsel - de dood in zijn gejaagd: 655.000 volgens een serieus onderbouwde schatting waarvan zelfs een Britse regeringsfunctionaris toegaf dat die er maar al te gefundeerd uit zag. De schatting dateert overigens van herfst vorig jaar, we zijn al weer negen moorddadige maanden verder.

Maar met die oorlog zelf gaat het uitstekend, dank u vriendelijk. Die conclusie wordt gerechtvaardigd door het volgende bericht, van de website nieuws.nl :
"VS hebben helft Bagdad in handen". Wat een triomf! In maart 2003 begonnen Britse en Amerikaanse militairen hun aanvalsoorlog tegen Irak. Op 1 mei 2003 verklaarde president Bush: "Grote gevechtsoperaties zijn beëindigd. In de slag om Irak hebben de Verenigde Staten en hun bondgenoten gewonnen." Op de achtergrond, op het vliegdekschip waar Bush deze historische woorden sprak, dat fameuze en al snel enigszins omstreden spandoek: "Mission Accomplished".

Inderdaad! Vier jaar en twee maanden later hebben de Verenigde Staten al de helft van de hoofdstad in handen. Alle reden om aan te nemen dat tussen nu en september 2011 de andere helft dit zelfde heuglijke lot beschoren zal zijn. O wacht! Eerder dit jaar, in april was nog slechts 20 procent van de hoofdstad in Amerikaanse handen, volgens het bericht op nieuws.nl. Het gaat toch sneller, die slag om Bagdad. Alleen merkwaardig dat de VS tussen de overwinningsspeech in mei 2003 en het voorjaar van 2007 eerst kans gezien hebben om vier vijfde van de veroverde hoofdstad weer kwijt te raken.

Het meest hoopgevende frontbericht komt echter niet uit het vrije Irak, maar uit het van wederopbouw gonzende Afghanistan.
"Kabinet wil in Uruzgan blijven", meldt De Volkskrant. Wat een mooi nieuws! Wat een opofferingsgezindheid! Ik wist weliswaar niet dat het kabinet in Uruzgan zat. Toch moet het waar zijn, want als het kabinet niet in Uruzgan zat, kon het er immers ook niet blijven, en De Volkskrant schrijft zoiets toch niet zomaar?

En nu blijft het kabinet daar dus ook nog! Zo komen we toch maar sneller van de nieuwe regering af dan we hadden durven dromen. Ik hoop alleen wel dat het kabinet, als het toch in Uruzgan zit, de 1600 Nederlandse soldaten naar huis stuurt. Wederopbouw, mijnheer Balkenende, Koenders, Verhagen, van Middelkoop, dat doen jullie toch zeker veel liever zelf?

dinsdag 19 juni 2007

Nederland in Irak: wel degelijk marteling

"Verhoren Defensie waren geen marteling, wel fouten bij Defensie", zo meldde De Volkskrant. "Geen marteling door Nederlanders in Irak", meldt de NRC. "Marteling was het niet, maar Nederlandse militairen gingen wel te ver", meldt George Marlet in Trouw, in een bericht dat tenminste nog als kop heeft: "geen excuus voor handelswijze MIVD-militairen".

Geen marteling dus, maar Nederlandse militairen gingen wel over een grens, zo vatten kwanten de onderzoeksrapporten van twee commissies samen. Die commissies hadden onderzoek gedaan naar ondervragingsmethoden van Nederlandse militairen in Irak in 2003, toen Nederlandse militairen een Iraakse provincie onder hun controle hadden. Maar de koppen hadden beter kunnen luiden: "Onderzoekscommissies moffelen marteling weg" of "wat elders marteling heet, noemen we in Nederland 'fouten'". De berichtgeving laat wel degelijk zien dat Nederlandse militairen gevangenen een behandeling gaven die de naam 'marteling' verdient.

Dit overkwam bijvoorbeeld een Saoediër: "Deze kreeg niet of nauwelijks nachtrust, werd dag en nacht ondervraagd terwijl jij waarschijnlijk geboeid bleef. 'Ook is enkele malen water gebruikt om hem wakker te houden, maar ook als sanctie', aldus Van den Berg." (de laatste zat één van de onderzoekscommissies voor). Als dagenlange ondervragingen in vastgebonden toestand, waarbij iemand geen oog dicht mag doen, géén marteling zijn, wat is dan wèl marteling? In strijd met het Europese mensenrechtenverdrag was het in ieder geval wel, zoals ook Van den Berg erkent.

Het uit de slaap houden door water op gevangenen te gooien kwam meer voor. "Twee gevangenen zijn besprenkeld met water. Volgens de commissie was dit niet om de gevangene onder druk te zetten, maar om hem wakker te houden." Om soortgelijke reden gebruikten ondervragers ook hard lawaai. Dat mag allemaal echter geen marteling heten.

Maar zo mag Defensie er niet mee wegkomen. Als ik iemand wakker maak, spreek ik zo'n iemand aan, eerst zacht, dan luider. Eventueel pak ik zo'n iemand rustig bij de arm, geef hem een zachte por in de zij. Zo doet ook een conducteur die een slapende reiziger treft in de trein. Als dat niet voldoende is, dan is de persoon blijkbaar heel erg moe. Als er water aan te pas moet komen om iemand wakker te krijgen dan was de slapende persoon blijkbaar totaal uitgeput. Dat water zelf mag dan geen foltering zijn - maar iemand zo lang uit de slaap houden dat die slechts door water wakker te krijgen is, dat begint toch wel degelijk op marteling te lijken.

Hetzelfde geldt voor het zogeheten 'white noise', de herrie om mensen mee wakker te krijgen of te houden, "voorafgaand of tijdens verhoren". Dat valt volgens de commissie Van den berg "niet onder een 'onmenselijke of vernederende behandeling' zoals staat geschreven in het EVRM, het Europese mensenrechtenverdrag". Als het volgens dat verdrag niet onmenselijk en vernederend is om mensen dagenlang uit de slaap te houden, dan hanteert het verdrag onmenselijke en vernederende normen, dan tolereert dit verslag marteling.

En dan is er het hoogst verontrustende bericht over een elektrische wapenstok. Of die is gebruikt of niet kon de commissie niet vaststellen. Maar alleen al het feit dat verhoorders zo'n ding hadden is veelbetekenend. Wat is de functie van een elektrische wapenstok, anders dan als middel te dienen om iemand venijnig pijn te doen? Wat is zo n wapenstok anders dan een martelwerktuig? Of ging het hier ook om een niet-vernederende en best wel menselijke wijze van het wekken van gevangenen zodat ze gezellig aan hun gesprek met hun ondervragers konden beginnen?

Een doofpotcultuur heeft Defensie heeft volgens de commissie-Van den Berg niet. Daarom krijgen we dit natuurlijk ook allemaal te horen, niet in 2003 toen de martelingen plaatsvonden, maar in de voorzomer van 2007. Minister Van Middelkoop ronkt nu zelfvoldaan dat er "niet langer een verdenking is van marteling. Dat brisante woord moet nu van tafel." (NRC, "Geen marteling door Nederlanders in Irak" )En verder gaat de Volkskrant - die in november met berichtgeving over marteling in Irak kwam vernederend door de bocht: "De Volkskrant betreurt gebruik woord 'marteling'". Maar het woord 'marteling' was wel degelijk gerechtvaardigd - tenzij we dat begrip zodanig anders definiëren dat je van nu af aan mensen kunt martelen zonder dat het nog zo mag heten.

woensdag 16 mei 2007

Afghanistan, Irak, Eindhoven: zo daar, zo hier

Hier en daar leeft de illusie dat een staat aan oorlogen van grote mogendheden mee kan doen zonder daarmee medeplichtig te worden aan de misdaden van die grote mogendheden, en zonder dat ook eigen soldaten oorlogsmisdaden begaan.

Zo denkt de Nederlandse regering dat ze in Afghanistan allereerst bijdraagt aan 'wederopbouw', zodat ze niet medeplichtig gehouden kan worden aan de misdaden van Amerikaanse troepen elders in het land. Die misdaden gaan door, in hoog tempo. Vrijwel dagelijks lezen we over bombardementen van dorpen. Die zijn uiteraard louter gericht tegen 'Taliban-strijders' daar: zestig doden bij een NAVO-luchtaanval op drie dorpen, volgens Aljazeera op 15 mei. De Taliban zegt dat de doden louter bezoekers van een bruiloft waren.

Natuurlijk kunnen we die beschuldiging vanuit de Taliban afdoen als leugens. Dat is lekker makkelijk. Het is alleen jammer dat de beweringen over burgerslachtoffers keer op keer wel degelijk op waarheid berusten.

Inmiddels hebben de VS toegegeven bijvoorbeeld dat bij eerdere gevechten wel degelijk burgerslachtoffers waren gevallen: veertig, volgens plaatselijke bewoners. Het bloedvergieten vond plaats in het district Sangin, in de provincie Helmand. (Aljazeera, 11 mei). Zo gaat het keer op keer op keer. Zelfs president Karzai, die geen dag president zou zijn als hij er niet door de VS was neergezet en door VS-troepen werd beschermd, klaagt over de burgerslachtoffers die de Westerse troepen steeds weer maken.

Ook betoogden boze Afghanen tegen de Amerikaanse aanvallen (Aljazeera, 1 mei). Studenten blokkeerden een toegangsweg naar Jalalabad en riepen om het vertrek van zowel de Amerikaanse troepen als van president Karzai, ondanks zijn woorden van protest feitelijk weinig meer dan een Amerikaanse pion.

Uit berichtgeving blijkt geen specifiek Nederlandse rol bij dit alles. Maar elke soldata die Nederland in Uruzgan heeft neergezet, is een Amerikaanse, Britse of Australische soldaat die elders Afghaanse verzetsstrijders kan opjagen, Afghaanse dorpen kan aanvallen en bombarderen. De Nederlandse inzet in Uruzgan ondersteunt zo de gehele militaire operaties, de hele bezettingspolitiek, de hele misdaad die de NAVO onder VS-leiding pleegt tegen de Afghaanse bevolking.

Het lijkt me een kwestie van tijd voor we ook lezen over misdaden begaan door Nederlandse soldaten in Uruzgan zelf. Een blik op hoe dit soort dingen in Irak gingen is wellicht heilzaam. Daar heeft Nederland gedurende 2003 en 2004 ook een militaire eenheid neergezet, in de relatief rustige provincie Muthanna.

Natuurlijk was het doel daar ook: wederopbouw en stabilisatie. Net als nu in Uruzgan. Maar ook daar gold iets dergelijks als nu in Afghanistan. Elke Nederlandse soldaat aldaar maakte een Amerikaanse of Britse soldaat vrij om in andere delen het verzet te verpletteren, een opstandige bevolking te onderdrukken, te schieten, te bombarderen en te folteren. Zo droegen de Nederlandse soldaten, in opdracht van de Nederlandse regering, indirect bij aan de verwoesting van het verzetsbolwerk Fallujah in november 2004. Dat is medeplichtigheid aan oorlogsmisdaden op grote schaal.

Maar Nederlandse troepen zelf begingen eveneens wreedheden. Vandaag lezen we in De Volkskrant over mishandelingen door mensen van de militaire inlichtingendienst MIVD. Arrestanten kregen een hoofdkap op, en volgens één betrokken MIVD-er gebruikte het verhoorteam zelfs een stroomstok. Juridisch adviseur Micha Geeratz mocht van MIVD-ers niet bij het verhoor zijn, terwijl aanwezigheid van zo'n adviseur verplicht is. Aldus berichtgeving uit De Volkskrant, 16 mei. Eerder berichtten kranten al over het onderzoek rond de schietpartij waarbij militair Erik O. een Irakees doodschoot, over een beschuldiging intimidatie van een militair door Erik O., zodat de werkelijke toedracht verborgen bleef, over het zoekraken/ zoekmaken van foto's van de schietpartij, en over het feit dat er meerdere 'schietincidenten' waren geweest, lang niet allemaal volgens de regels gemeld.

Dat was het zuiden van Irak, waar het toen nog vrij rustig was. Gelooft er iemand dat het in Uruzgan - relatief rustig, maar alleen in vergelijking met naburige provincies waarin de oorlog in nog vollere hevigheid woedt - heel erg anders zal gaan? Bereid je maar vast voor op hele nare onthullingen over hele akelige daden van Nederlandse militairen.

En dan nog iets. Oorlog houdt niet op als de soldaten weer naar huis zijn. En oorlog en geweld stopt evenmin bij de grenzen van het land. Als soldaten gewend raken aan het idee dat je vrij weerloze landen mag binnenvallen, mag bezetten, en wie zich verzet met alle beschikbare middelen mag verpletteren - wat voor mentaliteit cultiveert dat bij soldaten elders - bijvoorbeeld bij de thuisblijvers?

Als je van de regering weerloze landen ver weg mag slopen, waarom zou je dan - geholpen door rijkelijk vloeiende drank en ongetwijfeld een stevige dosis verveling - dan niet een weerloze dakloze, dichtbij mogen aftuigen tot hij bewusteloos was, zoals negen militairen klaarblijkelijk in Eindhoven hebben gedaan volgens een bericht in de NRC? Oorlog voer je niet alleen over de grenzen; oorlog vergiftigt de hele maatschappij en slaat vroeg of laat naar binnen terug. Ook de in Eindhoven mishandelde dakloze man is van die oorlogspolitiek het slachtoffer.

dinsdag 17 april 2007

Virginia, vuurwapens en Irak

Een nauwelijks te bevatten verschrikking. Dat is wat er plaatsvond in Blacksburg, Virginia, in de VS, waar een student 32 mensen doodschoot en daarna zichzelf van kant maakte.

Hoe moet dat zijn geweest - als student in een collegezaal zitten terwijl er opeens iemand met twee pistolen verschijnt en begint te schieten - niet eens in het wilde weg, maar heel doelgericht, slachtoffer na slachtoffer na slachtoffer? Het pistool op jou gericht, en dan...? Het pistool op je medestudent gericht terwijl je zelf nog net...? Hoe moet het zijn geweest uiten de gebouwen, als je langsliep en de schoten hoorden, keer op keer op keer? Hoe met het zijn geweest voor ouders, vrienden en bekenden van de studenten - de angst of hun dierbaren nog in leven zouden zijn, of dat zij ook... ? En - hoe met het zijn geweest voor de dader zelf, die laatste moorddadige uren, bevangen door iets onuitsprekelijk akeligs...?

Het is te vroeg om heel veel over de slachtpartij zelf te zeggen. Maar een paar dingen vallen op. Er waren al eerder bommeldingen op dezelfde universiteiten geweest. Het waarschuwen van studenten door de Universiteit, nadat er eerder op de dag al twee dodelijke slachtoffers in de studentenkamers waren gevallen, gebeurde traag. Dat roept vragen op.

Over achtergronden van dit type moordpartijen ontbrandt onvermijdelijk discussie. Ik snap de mensen die zeggen: dat is ongepast, het gaat hier om blind geweld. Meer dan rouwen en de diepst mogelijke afschuw uitspreken kan en mag je eigenlijk niet doen. Discussie betekent het gebruiken van deze verschrikkelijke gebeurtenis om eigen gelijk te halen, en dat is respectloos.

Maar toch mogen we het hier niet bij laten. Als we willen zorgen dat dit soort dingen niet plaatsvinden dan zullen we moeten proberen te duiden, te plaatsen, te begrijpen. Op basis daarvan kunnen we dan kijken wat we eraan kunnen doen. Discussie en analyse nu weigeren 'uit respect voor de doden' komt neer op berusting, aanvaarding dat dit soort moordpartijen nu eenmaal niet te voorkomen zijn. Mij lijkt dat respectloos naar slachtoffers van - te verwachten maar vooral te vermijden - volgende moordpartijen van dit type .

Hieronder een paar standpunten en reacties, met wat commentaar. Een afgeronde analyse is het geenszins. Maar stof tot nadenken bieden ze hopelijk wel - en wrang genoeg, soms ook tot lachen. Maar voor ik verder ga verwijs ik graag even naar het artikel naar aanleiding van dit bloedbad op het weblog Lenin's Tomb. Daarin loopt hij een aantal factoren langs die genoemd worden ter verklaring van deze en vergelijkbare geweldsuitbarstingen, en probeert ze kort te wegen. Ik ga zijn gedachten hier niet samenvatten, ik zou zeggen: lees en oordeel zelf.

Het progressieve weblog Hullabaloo vond een absurde reactie uit de hoek van ultrareligieus rechts. In die reactie wordt de moordpartij geweten aan het feit dat mensen steeds meer atheïstisch zijn geworden en daardoor het respect voor het leven kwijt zijn geraakt. "Hoe meer zo'n filosofie de coltuur doordrenkt, hoe meer we een gevoel van doelloosheid en hopeloosheid zouden verwachten dat het denken van mensen doordrenkt. Hoe meer een cultuur in feite het doden van ongeborenen tolereert, hoe meer we mensen zullen zien die het leven als 'goedkoop' zien." Abortus als stap naar moordpertijen op een campus. Je moet maar durven.

Van een heel andere orde is een andere reactie uit conservatieve hoek, en wel van Paul Craig Roberts op de radicale website Counterpunch. Die man was ooit staatssecretaris onder de republikeinse president Ronald Reagan. Maar hij heeft zich de laatste jaren ontpopt als een fel criticus van de Republikeinse president Bush, de oorlogen die hij voert en de steeds verdergaande versterking van de staatsmacht tegenover de bevolking.

Hij baseert zich op een apart soort van conservatieve politiek. Conservatisme betekent bij hem: streven naar een staat met beperkte bevoegdheden, garanties voor de rechten van burgers, privacybescherming, democratische controle - een ouderwetse democratische republiek. Die republiek moet zich terughoudend opstellen, ook overzee. Laat andere volkeren hun eigen boontjes doppen. Er bestaat een mooie website waar stelselmatig tegen de oorlogen van het Witte Huis wordt geargumenteerd vanuit deze oud-conservatieve filosofie: Antiwar.com .

Verzet tegen staatsrepressie, afkeer van imperialistische avonturen combineert Roberts met een voorkeur voor een vrije markteconomie en een wat nostalgische hang naar traditionele autoriteit van bijvoorbeeld ouders en leraren. Van het neoconservatisme dat nog steeds in het Witte Huis rondwaart moet deze traditionele conservatief dan ook niets hebben. En veel van de pijlen die hij afschiet in die richting zouden door radicale linkse critici evengoed afgeschoten kunnen zijn. Iets wat dit type conservatieven trouwens niet tot partners van links maakt. Maar goeie argumenten haal ik waar ik ze maar kan vinden, dus ook bij rechts als dat zo uitkomt.

Vanuit zijn conservatieve uitgangspunt komt Roberts tot scherpe opmerkingen rond het bloedbad in Blacksburg. Van de aandrang op wapenbeperking die onvermijdelijk na elke schietpartij van deze aard weerklinkt, wil hij niets hebben. Een paar citaten:

"Zodra geweren worden verboden zal de misdaad exploderen. Huishoudens en kwetsbare mensen zullen het vermogen om zich te verdedigen kwijtraken, hetgeen meer inbraken en aanvallen zal uitlokken. Misdaden met messen zullen toenemen, zoals in Groot-Brittannië.

Een verbod op bezit van geweren zal een nieuwe industrie voor criminelen scheppen - vuurwapensmokkel en verkoop op de zwarte markt. De politie zal undercover-operaties op touw zetten en zich als zwarthandelaren in wapens opstellen, om burgers in de val te lokken die uit angst en dreiging zich van middelen voor persoonlijke veiligheid willen verzekeren."

Hij kijkt terug en constateert: "Geweren zijn er al een hele tijd, maar deze krankzinnige schietpartijen zijn een nieuwe ontwikkeling die wijzen naar een cultuur die faalt in het produceren van mensen met verantwoordelijkheidsbesef en zelfbeheersing. Toen ik een kind was, kon een jongere naar de winkel gaan en een geweer kopen, Er waren geen beperkingen. Als een kind zo jong was dat die niet over de toonbank kon kijken, dan belde de eigenaar misschien de ouders voor goedkeuring. We hadden allemaal geweren, en we schoten nooit op onszelf of op anderen. (...) Mijn grootmoeder maakte zich nooit zorgen over me, totdat ik een paard kreeg - een veel gevaarlijker ding in haar ogen dan een geweer."

De nostalgie naar een kleinsteeds fatsoenlijk Amerika is onmiskenbaar, en meer dan een beetje naïef. De conservatieve normen-en-waarden-ondertoon is bijna tastbaar. Maar hij heeft gelijk dat de kern van de zaak niet ligt in de wapens, maar in de mensen - en in de maatschappij.

Hij zegt verder: "De verandering zit in het gedrag van mensen, niet in de aanwezigheid van schietwapens. Het verbieden van schietwapens pakt de oorzaken van willekeurig geweld niet aan. We moeten de oorzaak vinden van de ziekte in onze maatschappij die mensen produceert die hun problemen aanpakken door anderen te doden." Dat lijkt me niet onjuist.

Hij verwijst nogmaals naar de Britse situatie. "Engeland heeft de waarheid ontdekt van het motto van de NRA: 'als geweren onwettig zijn, dan hebben alleen de wettelozen een geweer.' " Plus leger en politie, zou ik daar nog aan toe willen voegen, maar die zijn op hun eigen manier evenzeer wetteloos. En verder: "als een verknipt persoon gene geweer verkrijgen via de zwarte markt, dan zal hij een bom gaan maken." En hij verwijst naar een land waar dat laatste op grote schaal gebeurt: "De Irak-oorlog heeft de belangstelling voor en de kennis van het maken van bommen sterk vergroot. Hoe langer de zinloze bezetting van Irak voortduurt, hoe waarschijnlijker het wordt dat Amerikanen, net als inwoners van Bagdad, dagelijks wakker worden met het nieuws van 100 doden en 100 gewonden."

Veel van het bovenstaande lijkt me zinnig. Dat niet geweren maar mensen moorden plegen, is evident. Maar zijn wat nostalgische houding naar een tijd toen ouders en docenten nog autoriteit hadden deel ik niet, en evenmin het idyllische beeld van een tijd waarin Amerikanen in vrijheid leefden, met een Grondwet die het recht op wapens garandeerde. Misschien moeten we Roberts er even aan helpen herinneren dat het wapenbezit in het negentiende eeuwse Amerika niet alleen burgers sterker maakte tegenover de regering. Dezelfde wapens waren ook het instrument waarmee diezelfde kolonisten de oorspronkelijke bewoners, de Indiaanse volkeren, van hun land verdreven en erger.

Roberts draagt goede argumenten aan om niet te vertrouwen in een verbod op vuurwapens. Maar het vrije wapenbezit van de bevolking aanprijzen als iets een probleemloos democratisch grondrecht lijkt me het andere uiterste. En ook negeert Roberts een wel zeer overheersend motief bij het verzet tegen een wapenverbod: het winstbejag van wapenproducenten en wapenhandelaars. De NRA verdedigt niet zozeer een grondrecht als wel een lucratieve bedrijfstak. Enige sympathie verdient dit soort organisatie bepaald niet, en zelfs geen voordeel van de twijfel.

Roberts is niet de enige die in verband met de moordpartij in Blacksburg over Irak begint. ook Juan Cole doet dat op zijn website Informed Comment. Hij schrijft, in een stuk waarin hij de bewering dat de situatie in Irak beter wordt: "Het diepe verdriet en bezorgdheid onder het Amerikaanse publiek vanwege de vreselijke schietpartij in Virginia Tech zou ons een soort referentiepunt moeten geven voor wat de Irakezen feitelijk dagelijks doormaken. Zij hebben twee aanvallen in de stijl van Virginia Tech elke dag. Virginia Tech wal volgende week uit de krantenkoppen en de zendgolven zijn verdwenen, ofschoon de families van de slachtoffers hun leven lang zullen rouwen. Maar volgende dinsdag zal ik hier naar voren komen en jullie berichten dat er 643 Irakezen gedood zullen zijn in politiek geweld. En dat zullen vooral degenen zijn die door bommen en mortieren gedood zijn. Dat zijn er slechts 13 procent van het totaal; de meeste Irakezen die door geweld omkomen, misschien 500 per dag als je crimineel en tribaal geweld telt, worden gewoon neergeschoten. Neergeschoten, net als universiteitsstudenten en professoren op Blacksburg. Wij Amerikanen kunnen zo gemakkelijk, met een rilling over de rug, ons de universiteitsstudent indenken die probeert zichzelf te barricaderen achter een deur tegen de gewapende gek daarbuiten. Maar kunnen we onszelf inleven in de Iraakse studenten? " Het zijn pijnlijke vragen - en bepaald niet alleen voor Amerikanen.

Nee, daarmee is de verschrikking in Virginia niet wèggerelativeerd. Maar wijzen op de verschrikkingen in Irak helpt wel om de verschrikking in proporties te zien. En - Cole stelt die vraag hier niet, maar ik nu wel - zou er heel misschien een verband zijn tussen een maatschappij die bloedige oorlogen voert als de machthebbers hun zin niet krijgt, en een jonge man die moorddadig geweld is gaan zien als uitweg op zijn probleem - wat dat probleem ook geweest mag zijn?

vrijdag 13 april 2007

Harde aanpak, zachte aanpak: koloniale aanpak

Harde aanpak of zachte aanpak? Wat is de beste manier voor de NAVO-troepen om Afghanistan uit de handen van de Taliban te houden, en van andere groeperingen die de regering en de Westerse troepen bestrijden?

De harde aanpak zien we daar waar bijvoorbeeld Canadese soldaten vechten. In de Afghaanse stad Kandahar bijvoorbeeld, waar Minka Nijhuis over schrijft in Trouw. Ze vertelt: "De drie artsen die in het Mirwais ziekenhuis aan de thee zitten, zijn boos dat de gevechten alleen maar toenemen in het zuiden. 'Wat kost een bom? Vijfduizend dollar? Van dat geld kunnen Afghanen een flinke tijd leven. Zeg maar tegen je regering dat ze hun wapens kunnen houden,' zegt de arts Mahmad Qasim."


De arts zegt ook nog: "Laat de Taliban maar terugkomen, dan hebben we tenminste geen probleem met de veiligheid." Dat is bepaald niet onlogisch. "Door grootschalige corruptie, wanbeleid en het uitblijven van de beloofde vrede en wederopbouw is het vertrouwen in de autoriteiten en de buitenlandse troepen die met het samenwerken, behoorlijk gedaald. Ook de grote offensieven die de afgelopen maanden waarschijnlijk honderden burgerslachtoffers eisten, hebben kwaad bloed gezet bij de bevolking."

Nijhuis vermeldt ook hoe er ook jonge Afghanen zijn die hopen dat de Taliban wegblijven: mensen die in het Westen hebben gestudeerd en nu bijvoorbeeld als tolk voor Westerse instellingen werken. Maar de conclusie dat de Westerse harde aanpak in Kandahar de afkeer van de bevolking van de Westerse gewapende aanwezigheid, en daarmee de steun voor de Taliban, doet groeien.

Werkt de 'zachte aanpak' zoals Nederlandse troepen die in Uruzgan (verondersteld worden te) hanteren, beter? Een redactioneel commentaar, een dag na het artikel van Nijhuis verschenen in Trouw, spreekt die hoop uit, maar twijfelt.


Het stuk wijst er op dat Nederland wel degelijk een rol speelt waar de 'harde aanpak' wordt gehanteerd - bijvoorbeeld in Kandahar. Dan vervolgt het artikel: "Bovendien is de hardere aanpak vol risico's. De gevechten trekken veel moslimextremisten aan, treffen vrijwel altijd ook burgers en zetten veel kwaad bloed, zoals gisteren in deze krant werd beschreven. ook het onderuit schoffelen van de papaverteelt, nog zo'n harde aanpak, drijft boeren richting taliban."

Maar het alternatief is ook niet zeer succesvol. "De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat ook onzeker is of de Nederlandse aanpak wel werkt. De 'veilige' inktvek in Uruzgan wordt nauwelijks groter en mogelijk laten de opstandelingen nederland alleen met rust omdat zij zich nu vrijelijk in Uruzgan kunnen hergroeperen. Zelfs de grootste optimist moet erkennen dat de aanpak jaren, zo niet decennia vergt."

Het stuk zegt wel dat de poging niet moet worden opgegeven, bij gebrek aan beter. Maar de laatste zin is veelzeggend: "Alleen als de NAVO-missie ook in het zuiden van Afghanistan wederopbouw centraal stelt en de opstandelingen niet met steeds meer militairen probeert te bestrijden, verdient het overweging. Het veilig houden van een geïsoleerd inktvlekje in hartje Afghanistan is volstrekt zinloos."

De Afghaanse operaties, of ze nu hardhandig te werk gaan of wat subtieler, lijken daarmee uiteindelijk tot mislukken gedoemd: de weerstand is te groot. Opvallend in de twee besproken Trouw-stukken is dat nergens de vraag gesteld wordt of Westerse machten wel het recht hebben om zelfs maar te proberen om Afghanistan uit handen van de Taliban te houden.


Maar zouden we met een succes van de 'zachte aanpak' wel blij moeten zijn, als dat zich zou voordoen? Waar haalt Nederland, Canada, of welke staat dan ook, het recht vandaan om de Afghaanse maatschappij een bepaalde kant op te duwen met een grootschalige militaire macht, of die nou bommen gooit, waterpuntten aanlegt of allebei? Vriendelijk kolonialisme is ook kolonialisme

Dat Nederland soms iets minder onsubtiel te werk gaat dan bijvoorbeeld de VS, is soms waar, en ook verklaarbaar. Nederland is al sinds pakweg 1600 een koloniale mogendheid, en heeft dus in alle mogelijke varianten praktijkervaring opgedaan, van de grofste genocidale versies tot de wat minder onhoffelijke strategie die Nederlandse soldaten in Uruzgan toepassen. De Nederlandse koloniale staat heeft gewoon wat langer kunnen oefenen dan bijvoorbeeld de VS. Dat land, komen als koloniale staat maar net kijken, net als trouwens Canada en Australië.


Voor de Britse rol gelden weer andere zaken: nog niet zo lang geleden een wereldmacht, en sindsdien zodanig vastgeklonken aan de VS dat haar optreden daar maar al te vaak op lijkt. Maar ook van Britse zijde is wel eens gewezen op het verschil tussen de Britse, wat subtielere, aanpak, en de Amerikaanse van-dik-hout-zaagt-men-planken-benadering.

Zo zei een Britse officier die in Irak met Amerikaanse militairen samenwerkte, in 2006 dat "luide stemmen, volledige wapenrusting, (...), luchtaanvallen en dagelijkse uitzendingen door brigadier-generaals met schoudergordels die aankondigen hoeveel Irakezen vandaag zijn gedood" geen "strategie om de harten en geesten te winnen" was. Hij citeerde zelfs een Irakees, iemand van de Baath-partij, die bij vrijlating door Amerikaanse officier luidruchtig belerend werd toegesproken, in het bijzijn van een Britse militair: "Hey, mijnheer de Amerikaan, de volgende keer dat je zoveel spreekt, dan moet je met hem praten. Hij is Brits - zij weten hoe je aan land moet binnenvallen."

En inderdaad. Het Britse rijk heeft, net als Nederland, een lange koloniale ervaring ervaring opgedaan. Subtieler wellicht, maar zeker niet minder arrogant, dan de houding van de VS. Of de geciteerde conversatie werkelijk en in die vorm, heeft plaatsgevonden is hier niet zo relevant. Het gaat om de houding van de Britse officier die hij met deze uitspraak illustreert.

Een ander verschil is dat de VS haar grove aanpak niet ver over de grenzen heeft aangeleerd, maar vlakbij huis. De VS zelf heeft haar eigen grondgebied bijeengeroofd in een reeks genocides en etnische zuiveringen waarmee de oorspronkelijke bevolking deels werd uitgemoord, deels werd verdreven. Daar liggen de wortels van het Amerikaanse leger, dat is de glorieuze traditie ervan. Ook dat geeft de Amerikaanse schurkenstaat haar specifieke brute eigenaardigheden. Voor Australië geldt in mindere mate hetzelfde.

Voeg daarbij het feit dat de Amerikaanse positie als de allersterkste militaire macht ter wereld ook niet echt een basis is voor terughoudendheid en subtiliteit, en het plaatje is wel duidelijk. Nederland heeft domweg niet de brute kracht om te doen wat bijvoorbeeld de VS, maar ook Canada en de Britse staat ontketenen. Wie niet sterk is, moet slim zijn. Maar het verwerpelijke koloniale doel is hetzelfde.

Wat de Nederlandse schurkenstaat tekort komt aan brute militaire macht, dat compenseert het ruimschoots met hooghartige huichelarij. Soms lijkt het er zelfs even op alsof de Nederlandse staat in haar eigen humanitaire sprookjes gelooft.


De Volkskrant gaf daarvan een wrang maar toch ook hoogst amusant voorbeeld. "Van Griensven bezoekt Afghaanse nabestaanden" , heet het stuk. Van Griensven is Nederlands commandant ter plekke; hij bezoekt familieleden van Afghanen die kennelijk bij vergissing door Nederlandse troepen zijn gedood.

Van Griensven had ook wat bij zich voor de mensen: "De families van de slachtoffers kregen zakken rijst, olie en geld om vlees te kopen voor een rouwmaaltijd, zo maakte het ministerie van Defensie dinsdag bekend." Het kan waarlijk niet op, nietwaar? Krijgen nabestaanden van Nederlandse doden zakken ook aardappelen, margarine en geld voor de cake en koffie op de uitvaart? Aan een verdere schaderegeling wordt overigens nog gewerkt.

Maar het bericht wordt nog mooier. "Volgens Defensie stelden de families dit op prijs, maar waren ze nog wel aangedaan." Gek he? Dat het verdriet wegens dit verlies van familieleden niet is weggenomen door pakken rijst, olie en geld? En is Defensie daar - zo klinkt het bericht bijna - daar verbaasd over?! Had Defensie anders verwacht? Is het verdriet van nabestaanden van dode Nederlandse militairen weg te nemen door een schadeloosstelling en plakjes cake, of zijn zulke families misschien ook "aangedaan" als ze een dierbare kwijt zijn geraakt?


Het is deze houding van de Nederlandse staat jegens haar Afghaanse slachtoffers die typerend is. Het is deze houding waaraan je precies de gouden oude koloniale arrogantie en het bijbehorende neerkijken op de "inlanders" die dankbaarheid verschuldigd zijn aan hun witte weldoeners in herkent.

maandag 2 april 2007

SP en PvdA: wedloop in opportunisme

Jan Marijnissen wordt bedànkt, met zijn kwalijke uitspraken in De Telegraaf over dubbele nationaliteit. En hij maakt het er in een handvol opmerkingen op zijn weblog niet bepaald beter op. Intussen reageert de PvdA met een woedeuitbarsting, die zelf bepaald niet van huichelarij is ontbloot. Het is een beschamende vertoning voor links, het is vooral nalatigheid jegens al degenen die onder het kwaadaardige verbale kanonsvuur van Wilders liggen.

Eerst dat Telegraaf-interview, door Marijnissen op zijn weblog neergezet alsof het iets is om trots op te zijn. Nee, hij wil niet meedoen met Wilders' grove persoonlijke aanval op staatssecretarissen Albayrak en Aboutaleb. "Als je mensen (...)zo schoffeert zoals hij gedaan heeft met de twee staatssecretarissen (...) en met het PvdA-kamerlid Arib - zeer op de persoon, hij heeft er plezier in dat te doen - dan zegt dat iets over de man en zijn ideeën." Maar hij wil mensen die zich in Nederland vestigen ook meegeven: "wij hebben een voorkeur dat u gewoon Nederlander wordt, zich aanpast, de taal leert en dat u zoveel mogelijk probeert te participeren." Dit zegt hij als bevestigend antwoord op een opmerking van de interviewer: "De problemen die Wilders aankaart zijn anders ook de zorgen van een deel van de SP-achterban."

Eigenlijk had hij er willen zwijgen over Albayrak en haar paspoort, geeft hij aan: "omdat ik niet in het kamp van Wilders en de VVD wil zitten." Goed zo! Waarom dan toch zeggen: "Ik wil ze geenszins in verlegenheid brengen, maar het zou een extra plus zijn als mensen die zo'n belangrijke taak in Nederland vervullen, dat zouden doen" (het Turkse paspoort omgeven, in het geval van Albayrak). "Om de beeldvorming. een bewindspersoon heeft een voorbeeldfunctie." Een voorbeeldfunctie in het uitstralen van een éénduidige Nederlanderschap, heel veel anders kan ik er niet in lezen. Dat staat haaks op zijn opmerking, iets eerder in het interview: "de loyaliteitsdiscussie staat hier los van" .

Maar kiezen voor dat éne Nederlandse papier, en dat andere document loslaten is toch, hoe je het ook wendt of keert: jezelf loyaal verklaren aan dat mysterieuze geval, genaamd 'Nederland'. Déze uitstraken doen, op dít moment, terwijl Wilders er zo'n hatelijk nummer van maakt - daarmee gaat hij wel degelijk enigszins mee in de door Wilders ontketende hetze, ook al doet hij dat misschien met tegenzin. Hij had ook kunnen zeggen: mensen moeten het helemaal zelf weten, het is hun eigen keus - en het daar verder bij laten.

Blijkbaar is Marijnissen geschrokken van de felle reacties die zijn opmerkingen losmaakten. Misschien - hopelijk - schrok hij ook van het feit dat Wilders er meteen insprong om naar Marijnissen's woorden te verwijzen als teken voor "groeiend draagvlak" in zijn oproep aan Albayrak om haar Turkse paspoort weg te doen. Hoe dan ook, Marijnissen gaf al snel een toelichting op zijn weblog.

Daaruit het volgende, met commentaar van mijn kant: "Als een migrant (...) kiest voor een toekomst in Nederland, en uit zichzelf kiest om zijn of haar andere nationaliteit op te geven, dan heb ik diep respect voor die moedige beslissing." Wat maakt die beslissing zo moedig dan? Gezien de felle aanval die uiterst rechts juist rond de dubbele nationaliteit ontketend heeft, vind ik het vasthouden aan die andere nationaliteit getuigen van ruggengraat, van een weigering om te capituleren voor Wilders' hetze. En wat is nu eigenlijk het probleem met het aanhouden van die andere nationaliteit, als loyaliteit er niets mee te maken heeft, zoals Marijnissen hier opnieuw stelt?

Dan herhaalt hij die "extra dikke plus" voor het afstand doen van de tweede nationaliteit, als het gaat om mensen met een "voorbeeldfunctie". "Maar ik zal het nooit aan iemand vragen, het zal altijd een beslissing van die persoon zelf moeten zijn en daar wil ik geen enkele druk op uitoefenen." Mooi hoor! Maar gezien de "voorbeeldfunctie" die ook Marijnissen zelf, als aanvoerder van een grote linkse partij, heeft, is zijn aanprijzing van het enkelvoudige Nederlanderschap al erg genoeg.

Dan gaat hij echter verder: "Ook vind ik het geen 'min' als iemand besluit die tweede nationaliteit wel te houden. daar kunnen hele goede (...) redenen voor zijn." Hier laat Marijnissen zich kennen, niet als socialist, maar als klassieke sociaal-democraat: hij wil een zo groot mogelijk deel van zijn potentiële achterban behagen, hij oefent in het behendig sparen van kolen en geiten. Wie wat meer nationalistisch is, kan zich blij maken met Marijnissen's voorkeur voor één paspoort. Maar hij wil degenen die vasthouden aan hun tweede paspoort, en zij die deze keus verdedigen, ook niet wegjagen. Meegaan met de stroom richting enkelvoudige nationaliteit, maar op een halfslachtige manier.

Dat lijkt nu wellicht een succesformule. Maar stevige nationalisten zullen, gesteld voor de keus tussen Marijnissen en Wilders, voor Wilders kiezen maar het gelijk dat Marijnissen hen gunt incasseren. Mensen die dit nationalisme terecht verwerpelijk vinden zullen zich door Marijnissen's halfslachtige erkenning van het recht het tweede paspoort te houden, niet voldoende ondersteund vinden. Zo verliest Marijnissen op beide vleugels. Wouter Bos kan hem uitleggen hoe zoiets voelt.

Daarmee zijn we aangekomen bij de PvdA-reactie. "PvdA woedend op SP-er Marijnissen" , schrijft de NRC. Toen de zaak speelde in de kamer, hield Marijnissen zich stil, en nu komt hij met zijn opmerkingen, klaagt Jacques Tichelaar, fractievoorzitter van de PvdA. Hij spreekt van "ronduit schaamteloos opportunisme." Hij voegt eraan toe: "De strategie is kennelijk: verstoppertje spelen in de Kamer en later viaeen interview je echte standpunt kenbaar maken."

De PvdA-woede is logisch, en inhoudelijk ook wel juist. Marijnissen zegt weliswaar nu, in de eerder geciteerde weblogtekst: "Het is dus zeker niet zo dat ik mij bij Wilders en de VVD schaar. Zo deed de SP dat ook niet in het debat rond de dubbele nationaliteit van bewindslieden(...) In dat debat werd op een zeer onbehoorlijke manier op de man gespeeld (...) Daar deden en doen we niet aan mee." Nee, dat ontbrak er nog maar aan, dat moest er nog bijkomen!

Marijnissen hield zich juist grotendeels stil. Ze deden niet mee aan de hetze, maar gaven ook niet het broodnodige tegengas. Buiten de Kamer, op TV, noemde Marijnissen de paspoortendiscussie "onbelangrijk" (terwijl hij ook toen al aangaf dat het Akbayrak zou sieren als ze haar Turkse paspoort zou opgeven). Maar als Wilders erin slaagt rond die paspoorten zoveel heisa op gang te brengen dan maakt alleen dàt de discussie al belangrijk.

Afzijdigheid en luwte zoeken zijn dan niet de juiste houding. Tegen zo'n hetze past van een linkse aanvoerder niet een braaf "daar doen wij niet aan mee." Op zo'n moment dient links stelling te nemen, en zich niet afzijdig te houden. De weigering van Albayrak om haar Turkse paspoort weg te doen, verdiende de krachtigst mogelijke bijval, juist ook van de kant van de SP-leider.

Maar de PvdA is in haar woede ook lichtelijk vergeetachtig. Zelf opereerde ze evengoed opportunistisch in deze zaak. Toen de hele zaak volop speelde, vond Wouter Bos het nodig om het kabinet op te roepen om regeringen zoals de Marokkaanse, die hun burgers verbieden om hun paspoort op te geven ook als ze daarnaast een Nederlands paspoort , daar kritisch op aan te spreken.

De NRC noemde het gekozen moment "op zijn zachtst gezegd opmerkelijk" , ook al herhaalt Bos hiermee volgend die krant een eerder via een motie naar voren gebracht standpunt. En Femke Halsema, fractievoorzitter van GroenLinks, merkte over de PvdA op: "De partij is mee gaan bewegen met Wilders, vermoedelijk om weggelopen kiezers te behagen. Het effect kan wel eens tegenovergestel;d zijn, hier snapt geen kiezer meer iets van." Halsema signaleert hier bij de PvdA terecht dezelfde dubbelheid die ik eerder aanwees in de opstelling van Marijnissen.

De woede van Tichelaar op Marijnissen heeft opportunistische trekjes, en zou wel eens samen kunnen hangen met een groeiende nervositeit over de aanval die de SP keer op keer op de PvdA inzet. En waar Marijnissens opmerkingen over paspoorten een rechtse strekking hebben, is die aanval van SP op Pvda verder overwegend links van aard.

Dat geldt voor de campagne 'Openheid over Irak' waar vooral ook de SP als aanjager optreedt, om een onderzoek rond de Irak-oorlog te eisen. Die campagne begint het kabinet wel degelijk in gevaar te brengen. "Irak-protest brengt PvdA in problemen" , zo bericht Trouw op 31 maart. Enige aandacht voor een heel andere kwestie, waarin de PvdA verschijnt als de vermoorde linkse onschuld - zou het de leiding van die partij tactisch wel zo slecht uitkomen?