maandag 31 maart 2008

De film van Wilders: gevaarlijke provocatie triest 'succes'

De film van Wilders heeft de nodige reacties losgemaakt, en dat viel te verwachten. Maar na de maanden opgebouwde spanning van de afgelopen maandag, het steeds uigestelde uitbrengen ervan, de speculaties, de halve staat van beleg de de regering-Balkenende zo ongeveer paraat hield – na al de heisa en al de hype was er direct na de film en de eerste reactie toch het gevoel: 'is dít nu alles?' En inderdaad: geen echte rellen en eigenlijk een zeer rustige reactie in Moslimgemeenschappen in Nederland zelf, geen bestormde ambassades in het Midden-Oosten. Wat boze verklaringen van regeringen van Iran en Indonesië en dergelijke, wat boycotgeluid in Jordanië.

Of we met die rustige reactie vooral in Nederland zelf wel zo blij moeten zijn is maar zeer de vraag. Degenen die na het zien van film en reacties erop vinden dat 'het allemaal meeviel' onderschatten de ernst van de gebeurtenis. Kennelijk hadden mensen een nog ergere film verwacht. Kennelijk is het afbeelden van bloedige aanslagenen geweld, begaan door een minieme minderheid van Moslims, en het verbinden van die bloedige beelden aan het de grond intrappen van héél de Islam al iets om je niet al te zeer meer over op te winden.
Dat het hier om de klassieke kwalijke propagandatruc van racisten overal – generaliseren van wandaden van enkelen, om ze toe te schrijven aan een hele bevolkingsgroep – gaat, en dat schouderophalen geen adequate reactie is, blijkt een beetje te zijn vergeten. Er is kennlijk, maand na maand van Wilderiaanse islamofobe hatelijkheden, een gewenning, om niet te zeggen afstomping opgetreden die bepaald zorgwekkend is. De islamofobe vorm van racisme is geaccepteerd geraakt in brede lagen van bevolking, media en politiek bestel. Dat is geen nederlaag van Wilders, dat is een overwinning. Dat de film in grote lijnen binnen de grenzen van de wet blijft, zoals deskundigen zeggen, tekent Wilders' sluwheid, en kan dan ook niet als pluspunt worden ingeboekt. De lauwe reactie op de film laat zien dat hij een sterke plek heeft weten te veroveren, en dat de beginnende tegenkrachten – de advertentie van Harry de Winter, de manifestatie van 22 maart – bepaald niet rustig achterover kunnen leunen.

Natuurlijk wijzen mensen op allerlei zwakke plekken in de film. Zo is er een foto van een rapper te zien, Salah Edin, zonder diens toestemming. Die foto wordt zo gebruikt alsof het lijkt alsof het de moordenaar van Theo van Gogh is. Dat was al eens eerder gebeurd, en het is nogal dom van de filmmakers dat ze dit herhalen.

Ook programmamaker Robbie Muntz is een beetje boos op Wilders. Geert heeft zijn zijn film een audiofragment van Muntz gebruikt zonder toestemming. Het is grappig dat een harde neoliberaal – toch voorstander van heiligverklaring van eigendomsrechten – zo luchtigjes en slordig omgaat met een vorm van dat eigendomsrecht.

Iets dergelijks zien we in het gebruik van de hatelijke Mohammed-cartoon van Kurt Westergaard. Die heeft geen toestemming gegeven aan Wilders, en nu zit de Nederlandse Journalistenvakbond NVJ op Wilders’ nek. De Deense vakbond van journalisten heeft daarom gevraagd. "Het was nooit zijn bedoeling dat de cartoon zou worden gebruikt voor politieke propaganda", zo zegt de Volkskrant. Natuurlijk is dat lachwekkend: de cartoon van Westergaard wás politieke propaganda van het zuiverste water. Het stemt grimmig vrolijk dat een islamofobe cartoonist nu ruzie heeft met een islamofobe politicus. Waar vijanden elkaar te lijf gaan hebben wij weer iets minder te doen.

De film verdraait ook Koran-teksten. Fred Leemhuis, een hoogleraar die de Koran heeft vertaald, maakt dat duidelijk.’Vrees aanjagen’ wordt door Wilders vervangen door ‘terroriseren’, wat nogal stemmingsmakerij is. Ook halveert hij stukken op misleidende wijze: tamelijk harde zinnen worden soms gevolgd door relatievering en oproep tot vergeving en mildheid. Wilders haal;t de harde beginzinnen naar voren en laat de vriendelijker afsluiting weg. Alles in dienst van een zo negatief en gewelddadig beeld van ‘de Islam’.

Het is goed en nuttig om deze zwakke plekken in de film genadeloos onderuit tehalen en Wilders aan de schandpaal te nagelen als iemand die stukjes bij elkaar jat en waarheden verdraait in dienst van het Hogere Doel, zijn eigen heile oorlog tegen 'De Islam'. Maar het is wel zaak om dit op een goede manier te doen, en niet op de klaaglijke manier waarop dat nu teveel gebeurt.

Zo lees ik dat Jan Marijnissen de film typeert als "derde klas middelbare school". Was Marijnissen meer tevreden geweest met een film die het niveau van de Filmacademie wel had gehaald? Zelfde strekking, maar zonder de slordigheden rond auteursrecht, en wat nauwkeuriger Koran-citaten wellicht? Op dit soort feitelijke zwakke plekken wijzen zonder het onderliggende kwaadaardige verhaal dat Wilders ermee uitdraagt onderuit te halen betekent een levensgevaarlijke onderschatting van waar Wilders en zijn PVV mee bezig is. Wilders maakt zijn film nu eenmaal niet voor bioscooprecensenten en liefhebbers van kwaliteitscinema..

Dat rechtse politici met slappe praat komen is nauwelijks schokkend. Dat Arie Slob van de Christen-Unie spreekt van "een gebrek aan nuance" is zielig, en een beetje om te lachen ook. Hij had blijkbaar liever genuanceerd islamofoob racisme gehad? En dan Mark Rutte, van de VVD die Geert Wilders heeft uitgebroed en laten groeien tot islamofoob demagoog de de VVD vervolgens ontgroeide… Hij noemt de film een "gemiste kans" en riep Wilders al een dag voor het verschijnen van de film op om "met oplossingen te komen voor het door Wilders benoemde Islam-probleem." Planeet aarde aan Mark Rutte, boodschap één: er is geen Islam-probleem er is een probleem va islamopfobie. Planeet aarde aan Mark Rutte, boodschap twee: Wilders benoemt gene probleem, hij is dus ook niet geïnteresseerd in oplossingen ervan. Wilders scoort door Moslims te beschimpen, met als doel: het veroveren van een betere positie in peilingen, op weg naar meer zetels en meer macht. Het aan de orde stellen van een niet-bestaand probleem, het aanvallen van “de Islam” is een middel op weg naar politieke macht.

Dat het Wilders uiteindelijk niet om Moslims gaat, maar om macht, blijkt trouwens uit zijn reactie op de reacties op Fitna. "Hulde aan de moslims", zei hij, omdat er geen rellen zijn geweest. "Zij hebben zich verantwoordelijker opgesteld dan de minister president." Natuurlijk had Wilders met eenzelfde enthousiasme schande gesproken als we wel grote rellen waren geweest. Dan had hij kunnen roepen “zie je wel hoe gevaarlijk de Islam is?” Maar nu doet hij zijn voordeel met de relatieve rust, en richt zijn pijlen op zijn softe critici uit het politieke midden dat hij met zijn uiterst-rechtse rebellie onder de voet wil lopen. Het tekent hem als gehaaid machtspoliticus – én als fascistische provocateur. Nee, dit is geen ‘bewijsvoering’ van het fascistisch karakter van Wilders’ politiek – gewoon het aanwijzen van één van de symptomen. En in termen van fascistische provocaties is de film, maar vooral de aanloop, een verontrustend groot succes.

Hoe met een links antwoord op Wilders’ gifmengerij er uitzien, nu de film achter ons ligt? Doen alsof het allemaal wel losloopt is geen antwoord. Maar de door delen van links – bijvoorbeeld Nederland Bekent Kleur, verantwoordelijk voor de op zichzelf positieve manifestatie van 22 maart - gekozen strategie tot opbouw van een tegenbeweging heeft ook belangrijke beperkingen. Een volgende manifestatie a la 22 maart, ook al komen er drie keer zo veel mensen, lijkt me op zich niet hét antwoord, maar hooguit een beperkt déél ervan. Tegenover elke duizend demonstranten kan Wilders immers vooralsnog wijzen op negen zetels en honderdduizenden kiezers.

Ja, duizend demonstranten zijn een vorm van samenhangende activiteit, van solidariteit, terwijl honderdduizend kiezers op zichzelf geen samenhang vertonen en los zand zijn. Maar daarmee is nog niet bewezen dat duizend of vijfduizend demonstranten op zichzelf een wezenlijke impact hebben tegenover Wilders’ inmiddels vrij formidabele macht, en dat de voor zulke mobilisatie vereiste inspanning de best mogelijke inzet van beperkte krachten is. Dit is geen pleidooi tegen demonstraties; het is slechts een pleidooi om over zulke dingen scherp en goed na te denken. De situatie is te ernstig voor het op de automatische piloot blijven bewandelen van eenmaal ingeslagen paden

Bekende Nederlanders (BN-ers) die zich uitspreken hebben hun nut – maar het is de kracht van Wilders dat hij een anti-uitstraling heeft tegen alles wat gewichtig en BN-erig is. Een rebel wordt sterker als degenen tegen wie hij zegt te rebelleren schande van die rebel spreken, en dat geldt voor een rechtse rebel ook. Elk gezaghebbend persoon dat zich tegen Wilders uitkeert dreigt het effect te versterken van een Wilders die roept: “zie je wel? De elite miskent het verlangen van ons soort mensen”. Dat effect kan slechts ondermijnd worden als BN-stellingname ondergeschikt is aan iets anders: het opbouwen van een geluid dat gefrustreerde mensen die nu naar Wilders kijken om een antwoord op hun frustraties te vinden iets hoopvollers biedt.

Dat betekent dat een goed antwoord van links op Wilders in hoge mate indirect zal moeten zijn. Alles wat de solidariteit tussen mensen onderaan, over de grenzen van zwart en wit, Moslim of niet-moslim, heen – versterkt, verzwakt de positie en de aantrekkingskracht va Wilders. Dat maakt bijvoorbeeld de stakingen in onderwijs en post, en de actiedreiging in het streekvervoer – belangrijk en relevant. Daarbinnen een expliciet néé tegen racisme en islamofobe haat naar voren brengen is wezenlijk. Maar het zijn de stukjes klassenstrijd zelf die we her en der zien die de krachtbron van solidariteit vormen die nodig is tegen racisme en rechtse opmars. Links hoort die krachtbron serieuzer te nemen dan doorgaans gebeurt, en uit alle macht te helpen uitbouwen.

1 opmerking:

Anoniem zei

Het promoten van een Islamitische cultuur is niet in het belang van het proletariaat. Wilders komt voor het proletariaat op, terwijl jij alleen maar het Marxisme misbruikt voor je eigen academisch idioterieen.
Judas Iskariot.