Vandaag vieren veel Amerikanen Onafhankelijkheidsdag. Het zou langzamerhand beter een nationale rouwdag dan een feestdag kunnen heten. De Onafhankelijkheidsverklaring, dat document waarmee Amerikaanse revolutionairen hun onafhankelijkheidsstrijd tegen het Britse gezag onderbouwden, wordt dag in dag uit grover met de voeten getreden. Hetzelfde geldt voor de 'Bill of Rights', de grondrechten die als aanhangsel bij de Amerikaanse grondwet zijn gevoegd en daarmee grondwettelijke status hebben.
Twee jaar geleden, in "Naar aanleiding van Onafhankelijkheidsdag, USA", op mijn eerdere weblogplek, ging ik uitvoerig in op de betekenis van de Onafhankelijheidsverklaring en de context waarin de verklaring het daglicht zag. Dat hoef ik hier dus niet uitvoerig te herhalen. Maar het belang van het document verdient hernieuwd beklemtoond te worden, keer op keer op keer. Het gaat hier, met alle dubieuze koloniale vooroordelen die de tekst ontsieren, om niet minder dan een samenhangend argument voor het recht op revolutie tegen onderdrukkend en ondemocratisch gezag.
Daarmee is de Onafhankelijkheidsverklaring steeds minder de grondslag van de Amerikaanse republiek - waarin verwrongen democratische beginselen gehanteerd werden om een zeer succesvolle kapitalistische staat van rechtvaardiging te voorzien - en steeds meer een wapen in handen van diegenen die deze republiek, wegens het steeds tyrannieker karakter ervan, revolutionair zouden willen vervangen door ween werkelijke democratie.
Want dat laatste is nodig, willen vrijheid en gerechtigheid enige kans maken. De Verenigde Staten zijn immers het land waarin folteren inmiddels legaal geworden is en dat mensen ontvoert om ze in verafgelegen foltercentra vast te houden. Het is het land waarvan de vice-president beweert dat hij boven de wet staat.
Het is het land dat zichzelf het recht toegemeten heeft om mensen op te pakken, op te sluiten, jaren vast te houden, hetzij zonder proces, hetzij met een proces waar ieder recht van verdachten op een behoorlijke verdediging tot een aanfluiting is gemaakt. En het is het land dat zichzelf het recht heeft toegekend om waar dan ook oorlogen te beginnen, op grond van een onbewezen gevaar, enkel en alleen omdat de leiders van dat land beweren dat zulk een gevaar bestaat. Binnenlandse onderdrukking en overzeese agressie, gecombineerd met de immense militaire macht van de VS - die combinatie maken de VS tot de gevaarlijkste mogendheid ter wereld, tot de schurkenstaat bij uitstek, compleet met massavernietigingswapens en steun aan internationaal terrorisme op immense schaal.
Dat rechtvaardigt, zowel bij bewoners van de VS als bij de rest van de wereldbevolking ene houding die zegt: déze Verenigde Staten dient zo snel mogelijk tot een einde te worden gebracht, haar regeerders verdreven, en de machtsstructuur zodanig omgevormd dat zowel de democratische idealen uit 4 juli 1776 worden verwezenlijkt, als de dreiging die de VS voor de rest van de wereld vormt, wordt opgeheven. Tegen de onafgebroken interventies vanuit Washington zetten we onze eigen humanitaire interventie van democratische bemoeienis die geen grenzen erkent. Tegen de opgedrongen regime change vanuit Washington zetten wij de revolutionaire veranderingen die aardbewoners samen - Amerikaans en on-Amerikaans, maar zeker niet anti-Amerikaans - door dienen te voeren.
Hoe maken we dat concreet? Wat kunnen wereldbewoners doen om hieraan bij te dragen - afgezien van het broodnodige opbouwen van protest en verzet tegen bijvoorbeeld de oorlogen die de VS in Irak en Afghanistan voert, met ook Nederlandse medeplichtigheid? Dat protest en verzet dienen we verder te versterken. Maar er zijn vast meer mogelijkheden van actie die tot de verbeelding spreken van grote aantallen mensen, acties ook die opvallen en het punt van de onaanvaarbaarheid van de Amerikaanse agressieve oppermacht prikkelend duidelijk maken.
Zo zijn er komend jaar weer presidentsverkiezingen. Rechts zal daarin tegenover rechts komen te staan. De ene oorlogspartij zal de andere met modder bestoken. De partij van het Grote Geld zal haar Democratische en Republikeinse vleugels laten fladderen in een campagne die niet veel meer zal zijn dan een schijngevecht.
Maar het zou een grote fout zijn als linkse mensen ernaar zouden kijken, cynisch het hoofd over zouden schudden en het daar verder bij zouden laten. De verkiezingen in de Verenigde Staten selecteren de bekleder van het machtigste ambt ter wereld. De uitslag van die race gaat de hele wereld aan, en de hele wereld heeft dan ook het volste recht om zich ermee te bemoeien.
Een belangrijke taak daarin is: stelselmatig pleiten voor een gezamenlijke kandidaat van links, los van Republikeinen EN Democraten. Zolang links zich laat binden aan de Democratische partij - die vriendelijk bedankt voor die steun, om vervolgens te doen wat hun oorlogvoerende geldschieters eisen - zit links gevangen, en verandert er op dat vlak niets. Verzet tegen de machthebbers betekent: werken aan onafhankelijk links.
Zelfstandige verkiezingscampagnes zijn daarvan een onderdeel, ook voor wie - zoals ik - gelooft dat en werkelijk adequate verandering revolutionair, en dus niet in eerste plaats electoraal, van aard is. Zelfstandige linkse verkiezingsdeelname kan elementaire linkse ideeën een breder draagvlak helpen geven, en op die basis breder verzet stimuleren. En dat bredere verzet is hoog nodig om zowel Amerika als de rest van de wereld van haar levensgevaarlijke machthebbers te ontdoen.
Daarom zou ik er erg voor zijn dat organisaties en kopstukken van de diverse linkse beweging samen iets op poten zouden zetten. Ik noem maar iets: je hebt ter linkerzijde in de VS mensen als Noam Chomsky, Cindy Sheehan, Howard Zinn, Rahul Mahajan, Mike Davis, Michael Moore, Amy Goodman en Ralph Nader; redacties van tijdschriften/internetsites als Counterpunch en Z Magazine, Labor Notes en Black Commentator; organisaties als Code Pink/ Women for Peace, maar ook bijvoorbeeld de International Socialist Organisation en niet te vergeten de Green Party...
Stel dat die, en nog veel meer zoals zij, allemaal eens de koppen bij elkaar zouden steken om tot een gezamenlijke verkiezingsinbreng te komen? Een gezamenlijke kandidaat voor president en vicepresident - maar vooral een gezamenlijk e campagne voor een helder eenvoudig programma rond, pakweg, terugtrekking van de troepen uit Irak en Afghanistan; gezondheidszorg verzekerd voor iedereen, gefinancierd uit belastingen; vakbondsrechten, opbouw van sociale zekerheid en strijd tegen discriminatie.
Nee, het zal niet eenvoudig zijn, zoiets. En de inzet moet niet in de eerste plaats korte-termijnsucces zijn. Het gaat erom dat er een strijdbaar maar tegelijkertijd breed en open links opgebouwd wordt, dat begint de terechte weerzin tegen de gevestigde partijen om te zetten in vertrouwen in een links alternatief, op basis van solidariteit, een radicale breuk met de huidige koers en orde, en vertrouwen in eigen kracht. Daar zal de verandering toch van moeten komen waarmee zowel in Amerika als wereldwijd zowel democratische verhoudingen als een einde aan oorlog van af hangen. Juist op 4 juli is aandacht voor zo'n verandering bepaald geen overbodige luxe.
Linkse mensen in de VS zullen hierin een sleutelrol spelen. Maar aandringen op zo'n onafhankelijk links in de VS is naar mijn steeds vastere overtuiging een solidaire taak die linkse mensen juist ook buiten de VS op hun schouders moeten nemen. Met het succes of mislukken van een effectief links verzet in de VS staan of vallen de linkse vooruitzichten voor de hele wereld, en dat gaat ons allemaal aan.
De tweede manier waarop vooral links buiten de VS bij kan dragen is meer symbolisch en luchtiger van aard. Mensen wereldwijd zouden kunnen eisen dat ze aan de Amerikaanse verkiezingen deel konden nemen. Waar de VS wereldwijd de dienst probeert uit te maken, heeft de wereld het volste recht daarover mee te beslissen. Dat is toch democratie in de geest van de Onafhankelijkheidsverklaring?
"Geen belastingheffting zonder het recht op vertegenwoordiging" (no taxation without representation), heette het in de Onafhankelijkheidsstrijd waaruit de VS is ontstaan. Welnu, de hele wereld betaalt belasting - in de vorm van het verduren van interventies wereldwijd, van investeringen ten koste van arbeidsrechten en milieu wereldwijd. De hele wereld heeft dan ook recht op vertegenwoordiging, en de wereldbevolking staat in haar recht als ze wil stemmen in Amerikaanse verkiezingen. Wedden dat er een heel; ander soort president aan zou tereden als het zover zou komen?
Je zou rond dit thema een hoogst inspirerende campagne kunnen opzetten. Ik noem maar iets: als elke Nederlandse provincie nu eens een aanvraag zou doen tot toetreding tot de Verenigde Staten, als nieuwe deelstaat? Alle 12 provincies met twee senatoren en een aantal Afgevaardigden in het Huis afhankelijk van het aantal inwoners? En een aantal mensen in het college dat de Amerikaanse president aanwijst na de verkiezingen, en op basis van de stemuitslag? Dat zijn dus sowieso al 24 senatoren. Dat worden ook SP-ers in de Amerikaanse Senaat, dat lijdt dan geen twijfel...
Laat China dit voorbeeld eens volgen, en India. Wedden dat er niet alleen voor de Republikeinen, maar ook voor de Democratische half-Republikeinen, nauwelijks meer zetels overblijven? En wedden dat een nieuwe wereldpresident (want dat wordt het dan) een hele andere benadering zal hebben dan Bush...?
woensdag 4 juli 2007
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten