Zo, deel vier en deel vijf van mijn serie "Venezuela: don't overdo it, comrades" staat ook on-line, op mijn Engelstalige weblog RedRebelRanter.
In deel vier probeer ik aan te geven dat het centrale strijdtoneel vandaag de dag niet Venezuela is, maar het Midden-oosten: dáár vecht de VS om de greep op olie en wereldmacht, overwinning of nederlaag in die strijd hebben wereldwijde gevolgen. Verder betoog ik dat er meer belangrijke gebeurtenissen gaande zijn, die centraal in de aandacht van links behoren te staan: de Egyptische stakingsgolf van de afgelopen maanden bijvoorbeeld.
In deel vijf laat ik zien hoe verkeerd het is om te beweren dat de Bolivariaanse revolutie zo'n beetje de belangrijkste revolutionaire gebeurtenis sinds Rusland 1917-1924 is. De Spaanse, Hongaarse, Portugese, Iraanse en Poolse revoluties (in resp. 1936-37, 1956, 1974-75, 1978-79 en 1980-81) gingen op wezenlijke manieren veel dieper en verder dan het Bolivariaanse hervormingsproces.
woensdag 30 mei 2007
maandag 28 mei 2007
Venezuela: Volkskrant verspreidt vals beeld
De Volkskrant bericht over protesten tegen het feit dat president Chavez de zendvergunning van het particuliere TV-bedrijf CNTV niet heeft verlengd. In de berichtgeving vertekent en verdraait De Volkskrant de feiten, deels door woordkeus, deels door weglating van relevante informatie.
We lezen: "De omroep RCYV liet zich de afgelopen jaren erg kritisch uit over de socialist Chavez. De president besloot de zendvergunning niet te verlengen." De lezer concludeert hier al te makkelijk uit dat de kritische houding van het zendstation reden was voor het niet verlengen van de vergunning. Maar daarvoor voert het artikel geen enkel bewijs aan. Ook verzwijgt De Volkskrant dat het periodiek beslissen over wel of niet verlengen van een zendmachtiging gewoon een wettelijke bevoegdheid is van de president. Dat is geregeld in een wet die al sinds 1987 bestaat, 11 jaar voordat Chavez tot president gekozen werd.
In de volgende alinea heet het: "Volgens Chavez was de zender betrokken bij een couppoging tegen hem." Dat wordt gepresenteerd als een mening van die rare socialistische president. Maar in april 2002 spanden coupplegers en mediabazen, waaronder die van RCTV, vrij openlijk samen om Chavez weg te werken. Patrick McWee, op de website Common Dreams: "RCTV moedigde kijkers aan om een manifestatie bij te wonen die deel uitmaakte van de strategie van de staatsgreep, nodigde leiders van de coup uit om het land toe te spreken op het kanaal, en verspreide het foute bericht dat de president was afgetreden. Nadat Pedro Carmona zichzelf tot president had uitgeroepen en de Nationale Assemblee, het Hooggerechtshof en andere democratische instellingen had ontbonden, had het hoofd van RCTV Marcel Garnier een ontmoeting met hem in het presidentiele paleis. De volgende dag, toen massa-protesten en loyale legereenheden president Chavez terugbrachten, hielden RCTV en andere stations dit nieuws van het scherm en zenden in plaats daarvan films en cartoons uit." De steun van RCTV aan een militaire staatsgreep die al bezig was een keiharde dictatuur in te voeren voordat de massa's de coup versloegen - die steun is niet zomaar een mening van Chavez, maar een feit.
"De oppositie verwijt Chavez dat hij de persvrijheid aan banden legt. Ook vinden de tegenstanders van de president dat het land op een dictatuur afstevent." Hetzelfde curieuze mechanisme in spiegelbeeld: de mening van de oppositie wordt weergegeven, maar enige relevante feiten over die onderdrukking van persvrijheid en oprukkende dictatuur krijgt de lezer niet te horen.
Dat RCTV gewoon via kabel haar boodschap kan verspreiden blijft onvermeld. Dat Chavez keer op keer is herkozen, in een open verkiezing met een tegenkandidaat blijft verzwegen. Dat bij de laatste verkiezing de overwinning zo duidelijk was dat zelfs de oppositiekandidaat zijn nederlaag erkende eveneens(zie "The Spirit of Democracy inVenezuela" , Stephen Lendman, op de website Venezuelanalysis.com). Waar de gekozen president Chavez een mening geeft die strookt met bekende feiten, daar geeft de oppositie een mening die daarmee grof in strijd is. Door in beide gevallen nog geen flard van relevante informatie te geven, geeft De Volkskrant, zonder openlijk te liegen, de oppositie een onterecht voordeel van de tijfel.
Een tweede Volkskrantstukje voegt daar nieuwe vervorming aan toe. "Duizenden demonstranten die zich verzetten tegen de sluiting van de tv-zender zijn zondagavond door de politie uit elkaar gejaagd met waterkanonnen, traangas en rubberen kogels." Welnu, ik verafschuw oproerpolitie, ook als ze een gekozen linkse regering verdedigt tegen demonstranten van rechts, maar ik ben ook wantrouwig over dit hier opgeroepen beeld van boze maar vreedzame demonstranten tegenover een brute politiemacht. Ik ben dus eens gaan snuffelen of ik meer kon vinden.
En ja hoor, de BBC heeft een uitvoerig verslag, waarin we lezen over anti-Chavez-betogers, maar ook over grote aantallen aanhangers van Chavez die de intrekking van de zendvergunningen met een straatfeest begroetten. Maar er ontstaat een sfeer van confrontatie als onbekenden schoten lossen. Ook de politie schoot. Een grimmig, maar ook nogal schimmig incident, dat doet denken aan de aanloop naar de staatsgreep ban 2002.
Maar hoe zat het met dat politie-optreden tegen betogers? "Eerder zette de politie waterkanonnen, traangas en rubber kogels in om stenen gooiende demonstranten te verspreiden", aldus de BBC. Aljazeera vertelt ons waar dit plaatsvond: voor het gebouw van de telecom-autoriteit die over de zendmachtiging ging.
Dát vertelt De Volkskrant er dus allemaal niet bij: dat betogers met stenen gooiden, voor het gebouw van Venezuela's telecom- autoriteit. Als andersglobalisten of krakers tijdens een betoging met stenen gooien tijdens een betoging waarbij de politie traangas afschiet, zou De Volkskrant dat 'detail' dan ook weglaten? Zou ze niet eerder elke geworpen steen eerder zou uitvergroten en zo het politiegeweld 'onvermijdelijk' doen voorkomen?
Het weglaten van de onduidelijke schietpartij, in een gespannen sfeer waarin zowel voor- als tegenstanders van Chavez op straat zijn draagt bij het vertekend beeld van vreedzame demonstranten tegen een autoritair gezag. Ook de staatsgreep van april 2002 begon met dit type van confrontatie en provocatie. Dat Chavez en zijn bondgenoten een herhaling van zo'n scenario niet uitsloten en nu vrij hard optraden vind ik niet vreemd.
Maar om daar een zinnig oordeel over te vormen heeft het wel voordelen als de Volkskrantlezer de relevante informatie op ene relevante plek - in deze stukjes dus - tot zich kan nemen. Door dat niet te doen, draagt De Volkskrant bij aan het rechtse geschimp tegen Chavez.
We lezen: "De omroep RCYV liet zich de afgelopen jaren erg kritisch uit over de socialist Chavez. De president besloot de zendvergunning niet te verlengen." De lezer concludeert hier al te makkelijk uit dat de kritische houding van het zendstation reden was voor het niet verlengen van de vergunning. Maar daarvoor voert het artikel geen enkel bewijs aan. Ook verzwijgt De Volkskrant dat het periodiek beslissen over wel of niet verlengen van een zendmachtiging gewoon een wettelijke bevoegdheid is van de president. Dat is geregeld in een wet die al sinds 1987 bestaat, 11 jaar voordat Chavez tot president gekozen werd.
In de volgende alinea heet het: "Volgens Chavez was de zender betrokken bij een couppoging tegen hem." Dat wordt gepresenteerd als een mening van die rare socialistische president. Maar in april 2002 spanden coupplegers en mediabazen, waaronder die van RCTV, vrij openlijk samen om Chavez weg te werken. Patrick McWee, op de website Common Dreams: "RCTV moedigde kijkers aan om een manifestatie bij te wonen die deel uitmaakte van de strategie van de staatsgreep, nodigde leiders van de coup uit om het land toe te spreken op het kanaal, en verspreide het foute bericht dat de president was afgetreden. Nadat Pedro Carmona zichzelf tot president had uitgeroepen en de Nationale Assemblee, het Hooggerechtshof en andere democratische instellingen had ontbonden, had het hoofd van RCTV Marcel Garnier een ontmoeting met hem in het presidentiele paleis. De volgende dag, toen massa-protesten en loyale legereenheden president Chavez terugbrachten, hielden RCTV en andere stations dit nieuws van het scherm en zenden in plaats daarvan films en cartoons uit." De steun van RCTV aan een militaire staatsgreep die al bezig was een keiharde dictatuur in te voeren voordat de massa's de coup versloegen - die steun is niet zomaar een mening van Chavez, maar een feit.
"De oppositie verwijt Chavez dat hij de persvrijheid aan banden legt. Ook vinden de tegenstanders van de president dat het land op een dictatuur afstevent." Hetzelfde curieuze mechanisme in spiegelbeeld: de mening van de oppositie wordt weergegeven, maar enige relevante feiten over die onderdrukking van persvrijheid en oprukkende dictatuur krijgt de lezer niet te horen.
Dat RCTV gewoon via kabel haar boodschap kan verspreiden blijft onvermeld. Dat Chavez keer op keer is herkozen, in een open verkiezing met een tegenkandidaat blijft verzwegen. Dat bij de laatste verkiezing de overwinning zo duidelijk was dat zelfs de oppositiekandidaat zijn nederlaag erkende eveneens(zie "The Spirit of Democracy inVenezuela" , Stephen Lendman, op de website Venezuelanalysis.com). Waar de gekozen president Chavez een mening geeft die strookt met bekende feiten, daar geeft de oppositie een mening die daarmee grof in strijd is. Door in beide gevallen nog geen flard van relevante informatie te geven, geeft De Volkskrant, zonder openlijk te liegen, de oppositie een onterecht voordeel van de tijfel.
Een tweede Volkskrantstukje voegt daar nieuwe vervorming aan toe. "Duizenden demonstranten die zich verzetten tegen de sluiting van de tv-zender zijn zondagavond door de politie uit elkaar gejaagd met waterkanonnen, traangas en rubberen kogels." Welnu, ik verafschuw oproerpolitie, ook als ze een gekozen linkse regering verdedigt tegen demonstranten van rechts, maar ik ben ook wantrouwig over dit hier opgeroepen beeld van boze maar vreedzame demonstranten tegenover een brute politiemacht. Ik ben dus eens gaan snuffelen of ik meer kon vinden.
En ja hoor, de BBC heeft een uitvoerig verslag, waarin we lezen over anti-Chavez-betogers, maar ook over grote aantallen aanhangers van Chavez die de intrekking van de zendvergunningen met een straatfeest begroetten. Maar er ontstaat een sfeer van confrontatie als onbekenden schoten lossen. Ook de politie schoot. Een grimmig, maar ook nogal schimmig incident, dat doet denken aan de aanloop naar de staatsgreep ban 2002.
Maar hoe zat het met dat politie-optreden tegen betogers? "Eerder zette de politie waterkanonnen, traangas en rubber kogels in om stenen gooiende demonstranten te verspreiden", aldus de BBC. Aljazeera vertelt ons waar dit plaatsvond: voor het gebouw van de telecom-autoriteit die over de zendmachtiging ging.
Dát vertelt De Volkskrant er dus allemaal niet bij: dat betogers met stenen gooiden, voor het gebouw van Venezuela's telecom- autoriteit. Als andersglobalisten of krakers tijdens een betoging met stenen gooien tijdens een betoging waarbij de politie traangas afschiet, zou De Volkskrant dat 'detail' dan ook weglaten? Zou ze niet eerder elke geworpen steen eerder zou uitvergroten en zo het politiegeweld 'onvermijdelijk' doen voorkomen?
Het weglaten van de onduidelijke schietpartij, in een gespannen sfeer waarin zowel voor- als tegenstanders van Chavez op straat zijn draagt bij het vertekend beeld van vreedzame demonstranten tegen een autoritair gezag. Ook de staatsgreep van april 2002 begon met dit type van confrontatie en provocatie. Dat Chavez en zijn bondgenoten een herhaling van zo'n scenario niet uitsloten en nu vrij hard optraden vind ik niet vreemd.
Maar om daar een zinnig oordeel over te vormen heeft het wel voordelen als de Volkskrantlezer de relevante informatie op ene relevante plek - in deze stukjes dus - tot zich kan nemen. Door dat niet te doen, draagt De Volkskrant bij aan het rechtse geschimp tegen Chavez.
zondag 27 mei 2007
Venezuela: niet ovedrijven, kameraden (delen 2 en 3)
Het tweede en het derde deel van mijn serie "Venezuela: don't overdo it, comrades" op mijn Engelstalige weblog staan inmiddels online. Het tweede deel behandelt diverse linkse overmatig-positieve analyses van het gebeuren in Venezuela. Het derde deel belicht de houding vanuit de International Socialist Tendency (waar de Internationale Socialisten deel van uitmaken) en, daarmee verweven, die van mijzelf.
vrijdag 25 mei 2007
G-achterlijke belachelijkheden
Gezag moet, om gerespecteerd ter worden, minstens één van twee kanten laten zien. Het moet angstaanjagend zijn, ontzag inboezemen door overweldigend machtsvertoon. Of het moet begripvol zijn, de indruk wekken dat het ondergeschikten respecteert en ter wille is.
In het geval van werkelijk democratisch gezag heeft die laatste factor veruit de overhand, en strookt de indruk ook met de realiteit. In geval van autoritair gezag overheerst de geweldsdreiging, minstens op de achtergrond. Maar beide elementen, het kunnen uitoefenen van dwang en het verwerven van instemming, kenmerken elke gezagsuitoefening.
Maar welke combinatie van dwang en beoogde instemming gezagsdragers ook hanteren, het werkt alleen goed als het op een samenhangende, niet aarzelende en overtuigende manier tot gelding brengen. Twee dingen mag gezag nooit zijn: onzeker enerzijds, en belachelijk in de ogen van mensen anderzijds. Beiden maken het gezag ongeloofwaardig. Gebrek aan geloofwaardigheid is dan ook nu al kenmerkend voor de G8-top, en voor de Duitse gezagsdragers die deze top helpen voorbereiden.
Het begon zo imposant allemaal. Het Parool beschreef het al. Een veiligheidsoperatie in voorbereiding, voor het luttele bedrag van 100 miljoen euro. Een groot hek van 12miljoen euro. Een reeks van invallen in 40 linkse centra, met een reeks arrestaties. Het was imponeergedrag, intimidatie vooraf, aangekleed als terreurbestrijding. Het was ingrediënt nummer één van de gezagsuitoefening: angstaanjagend zijn. En het werkte niet: dezelfde week gingen duizenden mensen in Duitsland en elders demonstreren tegen de repressie.
Intussen probeerde de G8 zelf de andere lijn: het zoeken naar instemming van de dierbare onderdanen. De G8, zo dienden we te geloven, gaat Het Klimaat Redden, met Drastische en Effectieve Maatregelen. Maar dat pakte al net zo verkeerd uit als het machtsvertoon. Het machtigste G8-land was namelijk spelbreker in deze.
De VS verzetten zich tegen passages in een G8-verklaring over harde doelstellingen, en willen ook verder de scherpere formuleringen over de urgentie van het klimaatprobleem afzwakken, zo meldde de BBC. Zo verdedigt de VS haar concurrentiepositie, maar wekt een beeld van een verdeelde G8 die het klimaat niet serieus neemt, in de hand. Het ging met de beoogde positieve beeldvorming van de G8 al bijna net zo beroerd als met de effectiviteit van de intimidatie.
Maar het werd nog erger voor hun, en dus beter voor ons onderdanen die onze onderdanigheid afschudden. Het gezag trachtte er nog een schepje repressie bovenop te doen. De politie verbood demonstraties tot op enkele kilometers van dat peperdure hek rond Heiligendamm. Dat pikten organisatoren van acties niet, ze stapten naar de rechter. Intussen gingen en gaan de mobilisaties van zoveel mogelijk actievoerders tegen de G8 op volle kracht verder.
En zie! Het 'onaantastbare' gezag krabbelt terug! Vandaag meldt De Volkskrant: "Demonstratieverbod G8 gedeeltelijk opgeheven". We lezen: "Een rechtbank in het Oost-Duitse Schwerin hiefvrijdag het demonstratieverbod gedeeltelijk op, meldden media. Bijeenkomsten en betogingen worden toegestaan tot 200 meter van het veiligheidshek. De politie had een algemeen verbod voor protestacties tot enkele kilometers van de beveiligde zone afgekondigd." Maar dat verbod houdt dus geen stand.
Dat is maar goed ook, want heel even leek het erop alsof de autoriteiten de veiligheidszone waarbinnen geen demonstraties toegelaten werden, op wilden rekken totdat de complete voormalige DDR één grote veiligheidszone was, zoals vanouds. Maar daarmee hield de parallel tussen de huidige gezagsdragerij en de Stasi-staat met zijn Berlijnse Muur niet op.
Zo komen we aan het tweede teken van zwakte aan de kant van de Duitse autoriteiten. Niet alleen krabbelen ze onder druk al terug. Ze maken zich ook nog eens mateloos belachelijk met de manier waarop ze hun orde willen handhaven. Om mensen op te sporen halen ze een oude methode van de al eerder genoemde Stasi (veiligheidsdienst in de DDR destijds) van stal: "De Duitse autoriteiten zijn een database aan het samenstellen van menselijke geursporen om mogelijkerwijs gewelddadige betogers bij de G8-top op te sporen", vertelt de BBC. Deze methode gebruikte de Stasi destijds ook - en het heeft de val van het Stalinistische bewind net zo min tegengehouden als dat het nu het beleg van de G8 zal weten te voorkomen.
Mij werkt de inzet van dit soort methoden voornamelijk op de lachspieren. Dat het gezag zich op voorhand al zo ridicuul weet te maken stemt me vrolijk, en belachelijk gezag is bij voorbaat al een verzwakt gezag. Natuurlijk zullen actievoerders er het nodige aan bijdragen om de belachelijkheden van het gezag nog verder in het zonnetje te zetten. Dat doen we uiteraard met liefde.
Maar wij actievoerders hebben het ook wel erg makkelijk. De opsporingsorganen moeten heel professioneel reukmonsters bij demonstranten nemen om eventuele onwelriekendheden op het spoor te komen. Wij hoeven alleen maar in de buurt van het veiligheidshek onze neus richting Heiligendamm te houden om de constateren dat de zaak daar stinkt.
In het geval van werkelijk democratisch gezag heeft die laatste factor veruit de overhand, en strookt de indruk ook met de realiteit. In geval van autoritair gezag overheerst de geweldsdreiging, minstens op de achtergrond. Maar beide elementen, het kunnen uitoefenen van dwang en het verwerven van instemming, kenmerken elke gezagsuitoefening.
Maar welke combinatie van dwang en beoogde instemming gezagsdragers ook hanteren, het werkt alleen goed als het op een samenhangende, niet aarzelende en overtuigende manier tot gelding brengen. Twee dingen mag gezag nooit zijn: onzeker enerzijds, en belachelijk in de ogen van mensen anderzijds. Beiden maken het gezag ongeloofwaardig. Gebrek aan geloofwaardigheid is dan ook nu al kenmerkend voor de G8-top, en voor de Duitse gezagsdragers die deze top helpen voorbereiden.
Het begon zo imposant allemaal. Het Parool beschreef het al. Een veiligheidsoperatie in voorbereiding, voor het luttele bedrag van 100 miljoen euro. Een groot hek van 12miljoen euro. Een reeks van invallen in 40 linkse centra, met een reeks arrestaties. Het was imponeergedrag, intimidatie vooraf, aangekleed als terreurbestrijding. Het was ingrediënt nummer één van de gezagsuitoefening: angstaanjagend zijn. En het werkte niet: dezelfde week gingen duizenden mensen in Duitsland en elders demonstreren tegen de repressie.
Intussen probeerde de G8 zelf de andere lijn: het zoeken naar instemming van de dierbare onderdanen. De G8, zo dienden we te geloven, gaat Het Klimaat Redden, met Drastische en Effectieve Maatregelen. Maar dat pakte al net zo verkeerd uit als het machtsvertoon. Het machtigste G8-land was namelijk spelbreker in deze.
De VS verzetten zich tegen passages in een G8-verklaring over harde doelstellingen, en willen ook verder de scherpere formuleringen over de urgentie van het klimaatprobleem afzwakken, zo meldde de BBC. Zo verdedigt de VS haar concurrentiepositie, maar wekt een beeld van een verdeelde G8 die het klimaat niet serieus neemt, in de hand. Het ging met de beoogde positieve beeldvorming van de G8 al bijna net zo beroerd als met de effectiviteit van de intimidatie.
Maar het werd nog erger voor hun, en dus beter voor ons onderdanen die onze onderdanigheid afschudden. Het gezag trachtte er nog een schepje repressie bovenop te doen. De politie verbood demonstraties tot op enkele kilometers van dat peperdure hek rond Heiligendamm. Dat pikten organisatoren van acties niet, ze stapten naar de rechter. Intussen gingen en gaan de mobilisaties van zoveel mogelijk actievoerders tegen de G8 op volle kracht verder.
En zie! Het 'onaantastbare' gezag krabbelt terug! Vandaag meldt De Volkskrant: "Demonstratieverbod G8 gedeeltelijk opgeheven". We lezen: "Een rechtbank in het Oost-Duitse Schwerin hiefvrijdag het demonstratieverbod gedeeltelijk op, meldden media. Bijeenkomsten en betogingen worden toegestaan tot 200 meter van het veiligheidshek. De politie had een algemeen verbod voor protestacties tot enkele kilometers van de beveiligde zone afgekondigd." Maar dat verbod houdt dus geen stand.
Dat is maar goed ook, want heel even leek het erop alsof de autoriteiten de veiligheidszone waarbinnen geen demonstraties toegelaten werden, op wilden rekken totdat de complete voormalige DDR één grote veiligheidszone was, zoals vanouds. Maar daarmee hield de parallel tussen de huidige gezagsdragerij en de Stasi-staat met zijn Berlijnse Muur niet op.
Zo komen we aan het tweede teken van zwakte aan de kant van de Duitse autoriteiten. Niet alleen krabbelen ze onder druk al terug. Ze maken zich ook nog eens mateloos belachelijk met de manier waarop ze hun orde willen handhaven. Om mensen op te sporen halen ze een oude methode van de al eerder genoemde Stasi (veiligheidsdienst in de DDR destijds) van stal: "De Duitse autoriteiten zijn een database aan het samenstellen van menselijke geursporen om mogelijkerwijs gewelddadige betogers bij de G8-top op te sporen", vertelt de BBC. Deze methode gebruikte de Stasi destijds ook - en het heeft de val van het Stalinistische bewind net zo min tegengehouden als dat het nu het beleg van de G8 zal weten te voorkomen.
Mij werkt de inzet van dit soort methoden voornamelijk op de lachspieren. Dat het gezag zich op voorhand al zo ridicuul weet te maken stemt me vrolijk, en belachelijk gezag is bij voorbaat al een verzwakt gezag. Natuurlijk zullen actievoerders er het nodige aan bijdragen om de belachelijkheden van het gezag nog verder in het zonnetje te zetten. Dat doen we uiteraard met liefde.
Maar wij actievoerders hebben het ook wel erg makkelijk. De opsporingsorganen moeten heel professioneel reukmonsters bij demonstranten nemen om eventuele onwelriekendheden op het spoor te komen. Wij hoeven alleen maar in de buurt van het veiligheidshek onze neus richting Heiligendamm te houden om de constateren dat de zaak daar stinkt.
Venezuela: niet overdrijven, kameraden
Op RedRebelRanter, mijn Engelstalige weblog, heb ik zojuist een eerste deel geplaatst van een artikelenreeks over Venezuela, de regering van Chavez, de hervormingen die als 'Bolivariaanse revolutie' bekend staan, de perspectieven voor de het doorzetten van een werkelijke revolutie, en het gewicht dat de gebeurtenissen in dat land voor links dienen te hebben.
Ik ben de serie begonnen naar aanleiding van een tekst gepubliceerd door Socialist-Worker - New Zealand , de zusterorganisatie van de Internationale Socialisten, en waarin zij de ontwikkelingen in Venezuela tot de belangrijkste sinds de Russische revolutie willen opwaarderen. Daaruit zou dan moeten volgen dat solidariteit met de Venezolaanse revolutie de centrale taak van revolutionairen wereldwijd zou moeten zijn. Ik ben het daar in die vorm niet mee eens, en de analyse waarop ze die keus baseren, rammelt. Vandaar dat ik er een serie tegenaan gooi.
Ik ben de serie begonnen naar aanleiding van een tekst gepubliceerd door Socialist-Worker - New Zealand , de zusterorganisatie van de Internationale Socialisten, en waarin zij de ontwikkelingen in Venezuela tot de belangrijkste sinds de Russische revolutie willen opwaarderen. Daaruit zou dan moeten volgen dat solidariteit met de Venezolaanse revolutie de centrale taak van revolutionairen wereldwijd zou moeten zijn. Ik ben het daar in die vorm niet mee eens, en de analyse waarop ze die keus baseren, rammelt. Vandaar dat ik er een serie tegenaan gooi.
dinsdag 22 mei 2007
Rutte wil racisme legaliseren
Mark Rutte gaat de concurrentieslag om racistische kiezers aan met Geert Wilders. Dat blijkt uit zijn reactie op de uitspraak van de Haarlemse rechtbank. Die rechtbank heeft de VVD-leider veroordeeld wegens het aanzetten tot rassendiscriminatie.
De zaak speelde in 2003, toen Rutte staatssecretaris was van Sociale Zaken. Hij adviseerde gemeenten toen via een brief dat ze bij het bestrijden van uitkeringsfraude mensen van Somalische herkomst extra in de gaten moest houden. Aanleiding was de zaak van een Somalische man die "op grond van uiterlijke kenmerken door sociale rechercheurs werd staande gehouden. De man weigerde vervolgens rechercheurs toegang te geven tot zijn woning, waarna hij zijn uitkering verloor. Hij vocht dit aan en heeft nu gelijk gekregen van de rechter."
De rechtbank vond "het verzoek aan de gemeenten discriminatoir en in strijd met de grondwet. De rechtbank spreekt van 'discriminatie naar ras, omdat het hier een groep mensen van Somalische afkomst betreft, ongeacht de nationaliteit van de betrokkenen.' ". Aldus het bericht in de NRC waar ik dit aan ontleen.
Het is goed en hoognodig dat nu eens luid en duidelijk is vastgesteld dat het aanmerken van hele bevolkingsgroepoen als crimineler, meer geneigd tot fraude of wat dan ook, doodgewoon discriminatie is, racisme, en nog in strijd met wet en Grondwet ook. Schokkend - maar toch eigenlijk ook weer niet - is de reactie van Rutte zelf. Die vindt zijn handelswijze destijds helemaal in orde. "Rutte zou de brief die door de rechter als discriminerend is beoordeeld opnieuw sturen als hij nog staatssecretaris was", aldus Nieuws.nl . Het ging immers om het bestrijden van fraude, niet om discriminatie? Rutte 'mist' hier het 'detail' waar de rechter op wees: dat je, precies in het bestrijden van discriminatie dus niet mag discrimineren.
Maar Rutte ging verder. Als zijn handelswijze dan inderdaad volgens de huidige wet niet kan, dan moet de wet dus maar worden veranderd, zo zie hij volgens hetzelfde bericht. Anders gezegd: Rutte wil racisme niet slechts gedogen, maar rechtstreeks legaliseren. En aangezien het verbod op racisme wortelt in het discriminatieverbod in artikel één van de Grondwet, pleit hij impliciet voor het afschaffen daarvan - zoals Pim Fortuyn en Geert Wilders al eerder deden.
De opstelling van Rutte laat zien hoe weinig liberaals er nog over is in het gevestigde liberalisme. Immers, ooit stond liberalisme toch ook voor het opkomen voor individuele rechten en vrijheden, op basis van gelijkwaardigheid? Dat houdt dan in dat mensen beoordeeld worden op wat ze doen, op hun persoon - niet op hun huidskleur of afkomst. In de woorden van Martin Luther King in zijn 'I have a dream'-toespraak uit 1963, een hoogtepunt in de strijd voor gelijke burgerrechten van de zwarte bevolking van de VS: "Ik heb een droom dat mijn vier kleine kinderen op een dag in een land zullen leven waar ze niet zullen worden beoordeeld op de kleur van hun huid maar op hun karakter." Dat is een liberaal geluid, maar liberalen als Rutten vegen er hun achterste mee af. Links moet dat stuk liberale erfenis met hand en tand verdedigen, en meer dan dat.
Heel erg alert is links daarin helaas niet. De rechterlijke uitspraak vond zaterdag 19 mei plaats, net als de reactie van Rutte. het NOS-journaal had er een goed stukje over, met Jelle Klaas aan het woord, de advocaat van de Somalische man die van de rechter gelijk had gekregen. Maar daarna: stilte alom, ook ter linkerzijde.
Geen stevig geluid waarin bij de uitspraak van de rechter werd aangeknoopt om racistisch opsporingsbeleid en de bijbehoren de retoriek onderuit te halen. Geen explosie van verontwaardiging wegens Rutte's pleidooi voor gelegaliseerde discriminatie. Kennelijk zien mensen het gebeuren als een los incident, niet echt belangrijk. Dat lijkt me een gevaarlijke vergissing. Dat moet veranderen voordat de verdere Fortuynisering van de gevestigde politiek nog veel dieper wortel heeft geschoten.
De zaak speelde in 2003, toen Rutte staatssecretaris was van Sociale Zaken. Hij adviseerde gemeenten toen via een brief dat ze bij het bestrijden van uitkeringsfraude mensen van Somalische herkomst extra in de gaten moest houden. Aanleiding was de zaak van een Somalische man die "op grond van uiterlijke kenmerken door sociale rechercheurs werd staande gehouden. De man weigerde vervolgens rechercheurs toegang te geven tot zijn woning, waarna hij zijn uitkering verloor. Hij vocht dit aan en heeft nu gelijk gekregen van de rechter."
De rechtbank vond "het verzoek aan de gemeenten discriminatoir en in strijd met de grondwet. De rechtbank spreekt van 'discriminatie naar ras, omdat het hier een groep mensen van Somalische afkomst betreft, ongeacht de nationaliteit van de betrokkenen.' ". Aldus het bericht in de NRC waar ik dit aan ontleen.
Het is goed en hoognodig dat nu eens luid en duidelijk is vastgesteld dat het aanmerken van hele bevolkingsgroepoen als crimineler, meer geneigd tot fraude of wat dan ook, doodgewoon discriminatie is, racisme, en nog in strijd met wet en Grondwet ook. Schokkend - maar toch eigenlijk ook weer niet - is de reactie van Rutte zelf. Die vindt zijn handelswijze destijds helemaal in orde. "Rutte zou de brief die door de rechter als discriminerend is beoordeeld opnieuw sturen als hij nog staatssecretaris was", aldus Nieuws.nl . Het ging immers om het bestrijden van fraude, niet om discriminatie? Rutte 'mist' hier het 'detail' waar de rechter op wees: dat je, precies in het bestrijden van discriminatie dus niet mag discrimineren.
Maar Rutte ging verder. Als zijn handelswijze dan inderdaad volgens de huidige wet niet kan, dan moet de wet dus maar worden veranderd, zo zie hij volgens hetzelfde bericht. Anders gezegd: Rutte wil racisme niet slechts gedogen, maar rechtstreeks legaliseren. En aangezien het verbod op racisme wortelt in het discriminatieverbod in artikel één van de Grondwet, pleit hij impliciet voor het afschaffen daarvan - zoals Pim Fortuyn en Geert Wilders al eerder deden.
De opstelling van Rutte laat zien hoe weinig liberaals er nog over is in het gevestigde liberalisme. Immers, ooit stond liberalisme toch ook voor het opkomen voor individuele rechten en vrijheden, op basis van gelijkwaardigheid? Dat houdt dan in dat mensen beoordeeld worden op wat ze doen, op hun persoon - niet op hun huidskleur of afkomst. In de woorden van Martin Luther King in zijn 'I have a dream'-toespraak uit 1963, een hoogtepunt in de strijd voor gelijke burgerrechten van de zwarte bevolking van de VS: "Ik heb een droom dat mijn vier kleine kinderen op een dag in een land zullen leven waar ze niet zullen worden beoordeeld op de kleur van hun huid maar op hun karakter." Dat is een liberaal geluid, maar liberalen als Rutten vegen er hun achterste mee af. Links moet dat stuk liberale erfenis met hand en tand verdedigen, en meer dan dat.
Heel erg alert is links daarin helaas niet. De rechterlijke uitspraak vond zaterdag 19 mei plaats, net als de reactie van Rutte. het NOS-journaal had er een goed stukje over, met Jelle Klaas aan het woord, de advocaat van de Somalische man die van de rechter gelijk had gekregen. Maar daarna: stilte alom, ook ter linkerzijde.
Geen stevig geluid waarin bij de uitspraak van de rechter werd aangeknoopt om racistisch opsporingsbeleid en de bijbehoren de retoriek onderuit te halen. Geen explosie van verontwaardiging wegens Rutte's pleidooi voor gelegaliseerde discriminatie. Kennelijk zien mensen het gebeuren als een los incident, niet echt belangrijk. Dat lijkt me een gevaarlijke vergissing. Dat moet veranderen voordat de verdere Fortuynisering van de gevestigde politiek nog veel dieper wortel heeft geschoten.
maandag 21 mei 2007
Top van Onderop: bescheiden succes
De Top van Onderop in Amsterdam - onder deze naam vond plaats wat vorig jaar en in 2004 het Nederlands Sociaal Forum heette - was de moeite waard. Tegen de duizend bezoekers, intensieve en soms prikkelende debatten in diverse bijeenkomsten, en ook nog een korte mooie demonstratie naar het Amerikaanse consulaat en terug, en dit alles onder de leus: "een andere wereld is mogelijk - mensen en milieu boven winst".
De Top presenteerde zich als tegenwicht tegen de Top van Heel Hoog Bovenaf, oftewel de leiders van acht machtige landen die onder het etiket 'G8' over ruim twee weken bijeenkomen. Hun top vindt plaats achter een hek dat 12,5 miljoen euro gaat kosten, met een veiligheidsoperatie waar duizenden agenten aan meedoen en die in totaal 100 miljoen euro kost, volgens berichtgeving in Het Parool.
Onze top kostte vijf euro toegangsgeld en vond in het licht van de volle openbaarheid plaatst. Zoals we op demonstraties van andersglobalisten en tegenstanders van oorlog en racisme keer op keer riepen, ook nu weer op weg naar het Museumplein: "THIS is what democracy looks like!" Mensen die, in alle vrijheid, beraadslagen over een betere maatschappij en zich daar in grote veelkleurigheid voor uiten - dat is democratie. Niet het zwaarbewaakte achterkamercircus van superbazen die de wereldregie in handen nemen zonder daar ooit door iemand toe aangesteld te zijn.
Een overzicht van het hele programma van de Top was in de vorm van een krant beschikbaar; die is ook online te lezen. De bijeenkomsten waar ik zelf aan deelnam, waren inhoudelijk de moeite waard. Allereerst een seminar over klimaatverandering. Daar spraken mensen van diverse NGO's waaronder Oxfam. Maar ook Jonathan Neale, socialist en activist tegen klimaatsverandering, voerde inspirerend als zo vaak, het woord. Hij liet in kort bestek zien dat 1. de techniek om klimaatverandering te stoppen er is: windenergie, zonne-energie, energiebesparing; maar dat 2. de toepassing ervan op grote schaal een grote inbreuk in de markteconomie zou betekenen: regeringen zouden gewoon bindende eisen aan de bedrijven moeten opleggen.
Wereldleiders en bedrijfsbazen willen wel de wereld redden - ze bezitten de wereld immers, zoals Neale fijntjes aanstipte. Maar als ze hun wereld moeten redden door de markteconomie daartoe opzij te schuiven, dan zouden mensen wel eens kunnen zeggen: als dat kan voor het klimaat, waarom dan niet om onze zorg, ons onderwijs, onze pensioenen te redden? Daarmee zou de hele neoliberale oppermacht op de tocht komen te staan. En dat willen de eigenaars/ bestuurders van de wereld niet. Precies daarom is een sterke wereldwijde beweging nodig die de regeerders dwingt de noodzakelijke maatregelen te nemen - of die deze regeerders anders vervangt.
De aansluitende discussie ging daarop door, maar ging bovendien over een slechte oplossing die door sommige regeringen en bedrijven, maar ook door een aantal NGO's, wordt gestimuleerd: energie uit biomassa. Probleem daarmee is dat daarvoor grond onttrokken wordt die anders voor het verbouwen van voedingsgewassen gebruikt kan worden. In plaats van voedingsmiddelen produceren agrarische bedrijven dan gewassen voor biomassa, voor brandstofproductie. Dat drijft voedselprijzen op, met juist voor armen nare gevolgen. Om dit soort redenen vlogen in Mexico de tortillaprijzen ophoog, zoals ik eerder op dit weblog schreef.
Niet in meegaan dus, in dat biobrandstof-verhaal, zo bepleitten sommigen uit de zaal, waaronder ook ik. Maar minstens één van de leden van het forum dacht daar anders over. Precies dit type meningsverschillen laat zien dat zich binnen de ontluikende beweging tegen klimaatsverandering er discussie is tussen gematigde en meer radicale deelnemers.
De tweede bijeenkomst ging over Iran. Daar gaf Behnam Taebi een uitvoerig en helder overzicht over de geschiedenis van Iran, het conflict dat de VS met Iran aanjaagt, de stand van zaken rond het kernprogramma van Iran, de wijze waarop oorlogsdreiging de hardliners aan de top in de kaart speelt in het onderdrukken van allerlei vormen van protest en verzet. Die vormen lopen uiteen van studentenbetogingen tot een lange campagne van docenten om uitbetaling van hun lonen af te dwingen. De spreker liet daar dramatische foto's van zien.
Over het geheel; genomen was het een goed en noodzakelijk verhaal. Wel denk ik dat het betoog de nadruk iets teveel legde op het kernprogramma. Iran heeft geen kernwapens, en krijgt die voorlopig ook niet, dacht de spreker. Maar door een pleidooi voor inspecties door het Internationaal Atoomagentschap IAEA in te bouwen in zijn betoog, liet hij ruimte voor het idee dat het voorkomen van een Amerikaanse aanval toch ook af moest hangen van goed gedrag van de Iraanse machthebbers. Zelf bracht ik naar voren dat het zwaartepunt geheel en al moet liggen bij het afwijzen van Westerse druk en intimidatie tegen Iran. Of Iran zich aan de IAEA-regeltjes houdt of niet, de VS mag geen enkele ruimte krijgen om Iran aan te vallen. Ik ben er wel van overtuigd dat ook de spreker dat vindt; maar de verwijzing naar IAEA-inspecties als deel van een diplomatieke oplossing ter voorkoming van oorlog laat een achterdeurtje voor de VS om toch haar oorlogspolitiek te legitimeren.
De derde bijeenkomst waaraan ik deelnam ging over de komende protesten tegen de G8 in Rostock. Eerst kregen we een NOVA-reportage te zien over anti-G8-protest in Genua 2001, beeldmateriaal dat ik eerder gezien heb. Erg merkwaardig, beelden te zien van acties waaraan ik deelnam, met interviews met mensen die ik zelf ken, en met een kort beeld van uitgelaten mensen, dansend op straat nadat het gerucht ging dat de G8 zijn top had afgebroken. Tussen die op en neer springende mensen was ook ondergetekende heel even in beeld. De euforie duurde niet lang: het gerucht bleek niet op feiten te berusten...
Daarna drie sprekers, gevolgd door levendige discussie in de zaal. Daarin ging het onder meer over hoe deelname aan protesten als destijds in Genua en straks in Rostock bijdraagt aan het opbouw van protest en verzet hier. Demonstranten nemen hun verhaal mee terug en gaan daarmee thuis weer verder aan de slag. Aansluitend kregen we ook nog toelichting over wat er allemaal op het programma stond in Rostock aan acties. Gevolgd door een oproep: geef je op, en ga mee! Dat laatste had ik, zoals ik eerder al schreef, al gedaan. Maar de bijeenkomst, en de hele Top van Onderop, werkte als extra duw in de richting van die acties en joeg het enthousiasme aan, ook bij mij.
We hadden, zoals ik al aangaf, ook gedemonstreerd voor datgene waarover we het de hele dag op allerlei manieren hadden: een wereld waar mensen en milieu voorrang krijgen boven de winst van weinigen. Op het Museumplein, voor het Amerikaanse consulaat, sprak Cindy Sheehan, moeder van een in Irak omgekomen Amerikaanse militair. Zij werd bekend doordat ze in de zomer van 2005 voor het zomerverblijf van Bush ging kamperen om openheid te eisen van de president: 'waarom moest mijn zoon sterven?' Op de manifestatie gisteren zie ze onder meer: "wie geen militaire, maar alleen politieke steun verleent, is ook verantwoordelijk voor de misdaden die worden begaan"(aldus berichtgeving in de NRC). Ze sprak heel luid haar steun uit voor de eis dat de regering openheid zou geven over de Irak-oorlog. En ze leidde spreekkoren - wat moeizaam, aanvankelijk - met de leus: "de-escalate, investigate, bring the troops home". Woorden om over te struikelen, en het mag nog wat sterker dan "de-escalate"; maar de houding was duidelijk en het was mooi om haar hier zo te horen spreken.
Enkele opmerkingen over het evenement als geheel tot slot. De opkomst, rond de duizend mensen. Veel mensen waren daar best tevreden over. ik kan dat positieve gevoel maar zeer gedeeltelijk onderschrijven. Het vorige NSF, ongeveer een jaar geleden in Nijmegen, trok enkele duizenden bezoekers. Veel daarvan kwamen uit Nijmegen en omstreken zelf.
Dat er uit het veel grotere, en voor veel mensen veel meer centraal liggende, Amsterdam veel minder mensen kwamen, duidt niet echt op een snelgroeiende omvang van deelname aan debatten en campagnes zoals die op NSF en Top van Onderop gevoerd en gebouwd worden. Dat de Top van Onderop, in tegenstelling tot het NSF in 2004 en 2006, slechts één dag duurde en geen twee, lijkt me daarvoor geen afdoende verklaring.
Laten we de feiten onder ogen zien. Wat we soms de beweging tegen neoliberalisme, racisme en oorlog noemen, is een hoopgevend maar tevens fragiel iets, eerder een kwetsbare potentie die af en toe aan de dag treedt dan een continu aanwezige groeiende realiteit. Het draagvlak van geluiden zoals de Top van Onderop die verwoordt is groot, maar de netwerken die deze geluiden verspreiden zijn dat geenszins. Er valt werk te verzetten om dat te veranderen, en het deelnemen aan de G8-protesten kan daarin een factor zijn.
De mensen die er wel waren, waar kwamen die politiek gesproken vandaan? Ik had de indruk dat heel veel van hen kwamen uit een mengsel van ongebonden betrokkenheid en nieuwsgierigheid. Met ongebonden betrokkenheid doel ik op het feit dat veel mensen zich willen betrekken bij activiteiten, maar zonder zich gebonden te hebben aan bepaalde organisaties, en ook zonder dat erg van plan te zijn. Nieuwsgierigheid betreft vooral de vragen die opkomen, over hoe mensen de wereld willen veranderen, de doelen en de actiemiddelen.
Het ging, zo was mijn indruk, bepaald niet om een vast publiek van mensen die al jaren actie voeren - al waren zulke mensen er gelukkig ook bij. Maar juist de openheid, de aanwezigheid van mensen voor wie de strijd tegen neoliberalisme, racisme en oorlog allerlei vragen opwierp, en voor wie de antwoorden geen uitgemaakte zaak waren, is verfrissend en geeft hoop.
Maar - Peyman Jafari van de Internationale Socialisten wees in die richting tijdens de G8-workshop waar ik was - het uitkristalliseren van samenhangende antwoorden op zulke vragen - oftewel ideologisch onderbouwde bundeling van krachten - doet er wel toe. Dat maakt de rol van linkse groeperingen op een evenement als de Top van Onderop een boeiende vraag.
De grotere linkse partijen waren slechts zwakjes aanwezig. Ik zag her en der mensen van Rood, de jongerengorganisatie van de Socialistische Partij; Harry van Bommel, SP-kamerslid, nam deel, ook als spreker, net als enkele andere SP-parlementariërs, zo kondigde de partij ook op haar website aan. Maar heel prominent aanwezig was de SP - rond de vijftigduizend leden, 25 kamerzetels, de sterkste linkse partij - niet. Harry van Bommel had een oproep om naar de Top van Onderop te komen op zijn weblog gezet, net als Jan Marijnissen. als Jan Marijnissen een oproep voor de dag op hun weblog gezet. Maar beide oproepen verschenen pas op vrijdag 18 mei, twee dagen van tevoren... Wel had Harry van Bommel achteraf een aardig verslagje, met mooie foto's.
Dwars - GroenLinkse Jongerenorganisatie was er ook, met kraam en een handvol mensen. GroenLinks zelf zag ik niet, en evenmin de Jonge Socialisten van de PvdA (om het over die PvdA zelf maar niet te hebben). Dit maakte éénoog Internationale Socialisten (IS) koning in het land der blinden: we namen met enkele tientallen mensen deel aan debatten, en stonden er ook met De Socialist en met intekenformulieren voor deelname aan de G8-protesten.
Offensief, een kleine trotskistische groep die deel van de SP uitmaakt, was er met enkele mensen, ik zag een krantverkoper de Internationale Kommunistische Stroming, een minieme uiterst-linkse groepvoor de deur van het Barlaeus-gymnasium waar een groot deel van de Top van Onderop plaatsvond van. Mensen van het actienetwerk Dissent - met een meer anarchistische invalshoek - hielden voor de deur een workshop blokkeren, wat er wel amusant uitzag.
Maar de laatste twee groepen opereerden feitelijk als outsiders naast de Top van Onderop, en niet als deel van de radicalere vleugel daarbinnen zoals de IS dat probeerde. Van Dissent vond ik die opstelling jammer: hun inbreng, zij aan zij met de IS, zou juist het noodzakelijke radicalere geluid binnen een breder begin van beweging kunnen versterken.
Opvallend vond ik de relatief positieve media-aandacht. In het NOS-journaal van 22 uur zag ik Cindy Sheehan volop in beeld op het Museumplein, met de boven al aangehaalde uitspraak. De NRC had een verslag, op de ironische toon geschreven waarin de NRC uitblinkt, maar zeker niet zo negatief als dat nog maar een handvol jaren geleden gebeurd zou zijn. De NRC had ook nog een interview met Sheehan, en zette zelfs een rechtstreekse link naar het de website van het Nederlands Sociaal Forum, de bundeling die de Top van Onderop organiseerde, op de NRC-website. Zoiets zou rond de tijd van de Genua-protesten niet zijn gebeurd. het tekent de mate waarin media zich genoopt voelen te zien dat campagnes en bijeenkomsten tegen neoliberalisme en dergelijke niet enorm omvangrijk zijn, maar dat het geluid dat er klinkt heel breed weerklank vindt en interesse wekt.
Wel vond de NRC over de toespraak van Sheehan natuurlijk toch iets om over te zeuren: "Alleen wanneer ze oppert dat Bush, Blair, Balkenende c.s. 'mogen rotten in de hel' aarzelt menig toehoorder. Deze oprisping past niet helemaal bij het vredelievende karakter van de meeste betrokken organisaties." Welnu, ik heb geen merkbaar zwakker applaus gehoord bij deze felle uitspraak van Sheehan. Maar dat kan natuurlijk ook komen door daar ik juist bij zoiets er een persoonlijk applausje bovenop gooi...
De Top presenteerde zich als tegenwicht tegen de Top van Heel Hoog Bovenaf, oftewel de leiders van acht machtige landen die onder het etiket 'G8' over ruim twee weken bijeenkomen. Hun top vindt plaats achter een hek dat 12,5 miljoen euro gaat kosten, met een veiligheidsoperatie waar duizenden agenten aan meedoen en die in totaal 100 miljoen euro kost, volgens berichtgeving in Het Parool.
Onze top kostte vijf euro toegangsgeld en vond in het licht van de volle openbaarheid plaatst. Zoals we op demonstraties van andersglobalisten en tegenstanders van oorlog en racisme keer op keer riepen, ook nu weer op weg naar het Museumplein: "THIS is what democracy looks like!" Mensen die, in alle vrijheid, beraadslagen over een betere maatschappij en zich daar in grote veelkleurigheid voor uiten - dat is democratie. Niet het zwaarbewaakte achterkamercircus van superbazen die de wereldregie in handen nemen zonder daar ooit door iemand toe aangesteld te zijn.
Een overzicht van het hele programma van de Top was in de vorm van een krant beschikbaar; die is ook online te lezen. De bijeenkomsten waar ik zelf aan deelnam, waren inhoudelijk de moeite waard. Allereerst een seminar over klimaatverandering. Daar spraken mensen van diverse NGO's waaronder Oxfam. Maar ook Jonathan Neale, socialist en activist tegen klimaatsverandering, voerde inspirerend als zo vaak, het woord. Hij liet in kort bestek zien dat 1. de techniek om klimaatverandering te stoppen er is: windenergie, zonne-energie, energiebesparing; maar dat 2. de toepassing ervan op grote schaal een grote inbreuk in de markteconomie zou betekenen: regeringen zouden gewoon bindende eisen aan de bedrijven moeten opleggen.
Wereldleiders en bedrijfsbazen willen wel de wereld redden - ze bezitten de wereld immers, zoals Neale fijntjes aanstipte. Maar als ze hun wereld moeten redden door de markteconomie daartoe opzij te schuiven, dan zouden mensen wel eens kunnen zeggen: als dat kan voor het klimaat, waarom dan niet om onze zorg, ons onderwijs, onze pensioenen te redden? Daarmee zou de hele neoliberale oppermacht op de tocht komen te staan. En dat willen de eigenaars/ bestuurders van de wereld niet. Precies daarom is een sterke wereldwijde beweging nodig die de regeerders dwingt de noodzakelijke maatregelen te nemen - of die deze regeerders anders vervangt.
De aansluitende discussie ging daarop door, maar ging bovendien over een slechte oplossing die door sommige regeringen en bedrijven, maar ook door een aantal NGO's, wordt gestimuleerd: energie uit biomassa. Probleem daarmee is dat daarvoor grond onttrokken wordt die anders voor het verbouwen van voedingsgewassen gebruikt kan worden. In plaats van voedingsmiddelen produceren agrarische bedrijven dan gewassen voor biomassa, voor brandstofproductie. Dat drijft voedselprijzen op, met juist voor armen nare gevolgen. Om dit soort redenen vlogen in Mexico de tortillaprijzen ophoog, zoals ik eerder op dit weblog schreef.
Niet in meegaan dus, in dat biobrandstof-verhaal, zo bepleitten sommigen uit de zaal, waaronder ook ik. Maar minstens één van de leden van het forum dacht daar anders over. Precies dit type meningsverschillen laat zien dat zich binnen de ontluikende beweging tegen klimaatsverandering er discussie is tussen gematigde en meer radicale deelnemers.
De tweede bijeenkomst ging over Iran. Daar gaf Behnam Taebi een uitvoerig en helder overzicht over de geschiedenis van Iran, het conflict dat de VS met Iran aanjaagt, de stand van zaken rond het kernprogramma van Iran, de wijze waarop oorlogsdreiging de hardliners aan de top in de kaart speelt in het onderdrukken van allerlei vormen van protest en verzet. Die vormen lopen uiteen van studentenbetogingen tot een lange campagne van docenten om uitbetaling van hun lonen af te dwingen. De spreker liet daar dramatische foto's van zien.
Over het geheel; genomen was het een goed en noodzakelijk verhaal. Wel denk ik dat het betoog de nadruk iets teveel legde op het kernprogramma. Iran heeft geen kernwapens, en krijgt die voorlopig ook niet, dacht de spreker. Maar door een pleidooi voor inspecties door het Internationaal Atoomagentschap IAEA in te bouwen in zijn betoog, liet hij ruimte voor het idee dat het voorkomen van een Amerikaanse aanval toch ook af moest hangen van goed gedrag van de Iraanse machthebbers. Zelf bracht ik naar voren dat het zwaartepunt geheel en al moet liggen bij het afwijzen van Westerse druk en intimidatie tegen Iran. Of Iran zich aan de IAEA-regeltjes houdt of niet, de VS mag geen enkele ruimte krijgen om Iran aan te vallen. Ik ben er wel van overtuigd dat ook de spreker dat vindt; maar de verwijzing naar IAEA-inspecties als deel van een diplomatieke oplossing ter voorkoming van oorlog laat een achterdeurtje voor de VS om toch haar oorlogspolitiek te legitimeren.
De derde bijeenkomst waaraan ik deelnam ging over de komende protesten tegen de G8 in Rostock. Eerst kregen we een NOVA-reportage te zien over anti-G8-protest in Genua 2001, beeldmateriaal dat ik eerder gezien heb. Erg merkwaardig, beelden te zien van acties waaraan ik deelnam, met interviews met mensen die ik zelf ken, en met een kort beeld van uitgelaten mensen, dansend op straat nadat het gerucht ging dat de G8 zijn top had afgebroken. Tussen die op en neer springende mensen was ook ondergetekende heel even in beeld. De euforie duurde niet lang: het gerucht bleek niet op feiten te berusten...
Daarna drie sprekers, gevolgd door levendige discussie in de zaal. Daarin ging het onder meer over hoe deelname aan protesten als destijds in Genua en straks in Rostock bijdraagt aan het opbouw van protest en verzet hier. Demonstranten nemen hun verhaal mee terug en gaan daarmee thuis weer verder aan de slag. Aansluitend kregen we ook nog toelichting over wat er allemaal op het programma stond in Rostock aan acties. Gevolgd door een oproep: geef je op, en ga mee! Dat laatste had ik, zoals ik eerder al schreef, al gedaan. Maar de bijeenkomst, en de hele Top van Onderop, werkte als extra duw in de richting van die acties en joeg het enthousiasme aan, ook bij mij.
We hadden, zoals ik al aangaf, ook gedemonstreerd voor datgene waarover we het de hele dag op allerlei manieren hadden: een wereld waar mensen en milieu voorrang krijgen boven de winst van weinigen. Op het Museumplein, voor het Amerikaanse consulaat, sprak Cindy Sheehan, moeder van een in Irak omgekomen Amerikaanse militair. Zij werd bekend doordat ze in de zomer van 2005 voor het zomerverblijf van Bush ging kamperen om openheid te eisen van de president: 'waarom moest mijn zoon sterven?' Op de manifestatie gisteren zie ze onder meer: "wie geen militaire, maar alleen politieke steun verleent, is ook verantwoordelijk voor de misdaden die worden begaan"(aldus berichtgeving in de NRC). Ze sprak heel luid haar steun uit voor de eis dat de regering openheid zou geven over de Irak-oorlog. En ze leidde spreekkoren - wat moeizaam, aanvankelijk - met de leus: "de-escalate, investigate, bring the troops home". Woorden om over te struikelen, en het mag nog wat sterker dan "de-escalate"; maar de houding was duidelijk en het was mooi om haar hier zo te horen spreken.
Enkele opmerkingen over het evenement als geheel tot slot. De opkomst, rond de duizend mensen. Veel mensen waren daar best tevreden over. ik kan dat positieve gevoel maar zeer gedeeltelijk onderschrijven. Het vorige NSF, ongeveer een jaar geleden in Nijmegen, trok enkele duizenden bezoekers. Veel daarvan kwamen uit Nijmegen en omstreken zelf.
Dat er uit het veel grotere, en voor veel mensen veel meer centraal liggende, Amsterdam veel minder mensen kwamen, duidt niet echt op een snelgroeiende omvang van deelname aan debatten en campagnes zoals die op NSF en Top van Onderop gevoerd en gebouwd worden. Dat de Top van Onderop, in tegenstelling tot het NSF in 2004 en 2006, slechts één dag duurde en geen twee, lijkt me daarvoor geen afdoende verklaring.
Laten we de feiten onder ogen zien. Wat we soms de beweging tegen neoliberalisme, racisme en oorlog noemen, is een hoopgevend maar tevens fragiel iets, eerder een kwetsbare potentie die af en toe aan de dag treedt dan een continu aanwezige groeiende realiteit. Het draagvlak van geluiden zoals de Top van Onderop die verwoordt is groot, maar de netwerken die deze geluiden verspreiden zijn dat geenszins. Er valt werk te verzetten om dat te veranderen, en het deelnemen aan de G8-protesten kan daarin een factor zijn.
De mensen die er wel waren, waar kwamen die politiek gesproken vandaan? Ik had de indruk dat heel veel van hen kwamen uit een mengsel van ongebonden betrokkenheid en nieuwsgierigheid. Met ongebonden betrokkenheid doel ik op het feit dat veel mensen zich willen betrekken bij activiteiten, maar zonder zich gebonden te hebben aan bepaalde organisaties, en ook zonder dat erg van plan te zijn. Nieuwsgierigheid betreft vooral de vragen die opkomen, over hoe mensen de wereld willen veranderen, de doelen en de actiemiddelen.
Het ging, zo was mijn indruk, bepaald niet om een vast publiek van mensen die al jaren actie voeren - al waren zulke mensen er gelukkig ook bij. Maar juist de openheid, de aanwezigheid van mensen voor wie de strijd tegen neoliberalisme, racisme en oorlog allerlei vragen opwierp, en voor wie de antwoorden geen uitgemaakte zaak waren, is verfrissend en geeft hoop.
Maar - Peyman Jafari van de Internationale Socialisten wees in die richting tijdens de G8-workshop waar ik was - het uitkristalliseren van samenhangende antwoorden op zulke vragen - oftewel ideologisch onderbouwde bundeling van krachten - doet er wel toe. Dat maakt de rol van linkse groeperingen op een evenement als de Top van Onderop een boeiende vraag.
De grotere linkse partijen waren slechts zwakjes aanwezig. Ik zag her en der mensen van Rood, de jongerengorganisatie van de Socialistische Partij; Harry van Bommel, SP-kamerslid, nam deel, ook als spreker, net als enkele andere SP-parlementariërs, zo kondigde de partij ook op haar website aan. Maar heel prominent aanwezig was de SP - rond de vijftigduizend leden, 25 kamerzetels, de sterkste linkse partij - niet. Harry van Bommel had een oproep om naar de Top van Onderop te komen op zijn weblog gezet, net als Jan Marijnissen. als Jan Marijnissen een oproep voor de dag op hun weblog gezet. Maar beide oproepen verschenen pas op vrijdag 18 mei, twee dagen van tevoren... Wel had Harry van Bommel achteraf een aardig verslagje, met mooie foto's.
Dwars - GroenLinkse Jongerenorganisatie was er ook, met kraam en een handvol mensen. GroenLinks zelf zag ik niet, en evenmin de Jonge Socialisten van de PvdA (om het over die PvdA zelf maar niet te hebben). Dit maakte éénoog Internationale Socialisten (IS) koning in het land der blinden: we namen met enkele tientallen mensen deel aan debatten, en stonden er ook met De Socialist en met intekenformulieren voor deelname aan de G8-protesten.
Offensief, een kleine trotskistische groep die deel van de SP uitmaakt, was er met enkele mensen, ik zag een krantverkoper de Internationale Kommunistische Stroming, een minieme uiterst-linkse groepvoor de deur van het Barlaeus-gymnasium waar een groot deel van de Top van Onderop plaatsvond van. Mensen van het actienetwerk Dissent - met een meer anarchistische invalshoek - hielden voor de deur een workshop blokkeren, wat er wel amusant uitzag.
Maar de laatste twee groepen opereerden feitelijk als outsiders naast de Top van Onderop, en niet als deel van de radicalere vleugel daarbinnen zoals de IS dat probeerde. Van Dissent vond ik die opstelling jammer: hun inbreng, zij aan zij met de IS, zou juist het noodzakelijke radicalere geluid binnen een breder begin van beweging kunnen versterken.
Opvallend vond ik de relatief positieve media-aandacht. In het NOS-journaal van 22 uur zag ik Cindy Sheehan volop in beeld op het Museumplein, met de boven al aangehaalde uitspraak. De NRC had een verslag, op de ironische toon geschreven waarin de NRC uitblinkt, maar zeker niet zo negatief als dat nog maar een handvol jaren geleden gebeurd zou zijn. De NRC had ook nog een interview met Sheehan, en zette zelfs een rechtstreekse link naar het de website van het Nederlands Sociaal Forum, de bundeling die de Top van Onderop organiseerde, op de NRC-website. Zoiets zou rond de tijd van de Genua-protesten niet zijn gebeurd. het tekent de mate waarin media zich genoopt voelen te zien dat campagnes en bijeenkomsten tegen neoliberalisme en dergelijke niet enorm omvangrijk zijn, maar dat het geluid dat er klinkt heel breed weerklank vindt en interesse wekt.
Wel vond de NRC over de toespraak van Sheehan natuurlijk toch iets om over te zeuren: "Alleen wanneer ze oppert dat Bush, Blair, Balkenende c.s. 'mogen rotten in de hel' aarzelt menig toehoorder. Deze oprisping past niet helemaal bij het vredelievende karakter van de meeste betrokken organisaties." Welnu, ik heb geen merkbaar zwakker applaus gehoord bij deze felle uitspraak van Sheehan. Maar dat kan natuurlijk ook komen door daar ik juist bij zoiets er een persoonlijk applausje bovenop gooi...
vrijdag 18 mei 2007
Wolfowitz vertrekt, wie volgt hem op?
Paul Wolfowitz verdwijnt als directeur van de Wereldbank - eindelijk. Hij heeft zijn vriendin een mooie promotie plus salarisverhoging gegeven, hetgreen tot gefronste wenkbrouwen, vervelende vragen en uiteindelijk tot de wind van voren leidde. En nu krast hij dus op. Welnu, opgeruimd staat netjes.
Maar hij heeft de schade in zijn reputatie weten te beperken. In een verklaring van uitvoerend directeuren van de Wereldbank (gevonden via berichtgeving in de NRC)staat: "onze beraadslagingen werden sterk geholpen door ons gesprek met de heer Wolfowtitz. Hij verzekerde ons dat hij in goed vertrouwen handelde, in wat hij dacht dat het belang van de instelling was. We accepteren ook dat anderen ethisch en in goed vertrouwen hadden gehandeld. Tegelijk is het duidelijk (...) dat er een aantal vergissingen zijn gemaakt door een aantal mensen in de behandeling van de zaak onder beschouwing..." Zelf zegt hij: "Ik ben blij dat (...) de Uitvoerend Directeuren van de Wereldbank mijnverzekering dat ik ethisch en in goed vertrouwen heb gehandeld, in wat ik geloofde dat in het hoogste belang van de instelling was, inclusief de rechten van een gewaardeerd staflid" (zijn vriendin, blijkbaar).
Laten we dit eens bekijken. Je wordt directeur, en geeft je vriendin een mooie promotie plus extra salaris. Zoiets heet bij veel mensen machtsmisbruik om vriendjespolitiek te bedrijven. Wolfowitz klaagt ook dat de Ethische Commissie hem voor zo'n fout had moeten behoeden met duidelijker richtlijnen. "Wolfowitz had van Ad Melkert, destijds voorzitter van de Ethische Commissie van de Wereldbank, te horen gekregen dat zijn eerste oplossing, waarbij Riza (de vriendin, opm. Rooieravotr) bij de Bank zou blijven maar Wolfowitz zich zou onthouden van invloed op haar (...) niet verenigbaar was met de regels. Het advies van de Ethische Commissie dat Wolfowitz zelf een andere oplossing moest zoeken, vatte hij op als een vrijbrief, zij het dat hij herhaaldelijk had beweerd at hij niet om die rol heeft gevraagd. De Wereldbank concludeert in haar eindrapport dat het advies van de commissie inderdaad niet uitblonk in helderheid", zo schrijft de NRC.
Kennelijk heeft een man als Wolfowitz 'richtlijnen' nodig om er achter te komen dat vriendjespolitiek en machtsmisbruik niet ethisch zijn. Dat die ethische commissie trouwens constructief in de hele farce meegegaan is, in plaats van luid en duidelijk te zeggen dat elke variant in dit type promotie stinkt naar corruptie, zegt dan weer vrij veel over de hele mentaliteit in die commissie, en in de top van de Wereldbank als zodanig.
Natuurlijk hoefden we over de hele afgang van Wolfowitz niet verbaasd te zijn. Natuurlijk was de kans dat hij vriendjespolitiek zou gaan bedrijven tamelijk groot. Hij was immers zelf via zeen kruiwagen aan de baan te komen. Wolfowitz kreeg de positie omdat Bush zijn vriend en gangmaker van de Irak-oorlog een mooie positie wenste te bezorgen. Wat Bush met Wolfowitz deed, dat deed Wolfowitz met zijn vriendin.
Of zijn er werkelijk mensen die denken dat Wolfowitz Wereldbankdirecteur mocht gaan leiden vanwege zijn intense wil om het bestaan van de armen wereldwijd te verbeteren? Zijn belangrijkste bijdrage aan het welzijn van arme mensen deed hij toen hij nog in het Pentagon werkte: het voorbereiden van twee aanvalsoorlogen tegen Afghanistan en Irak, twee straatarme landen; het laten doden van honderdduizenden straatarme mensen in die landen; het helpen slopen van elementaire voorzieningen in die landen, waardoor juist arme mensen nog verder in de misère zakten; en het verwachten dat de arme mensen uit die landen deze invasies met bloemen en andere feestelijkheden zouden begroeten. Voorwaar, zo'n schrijftafelmoordenaar van grote aantallen arme mensen maak je Wereldbankdirecteur!
En waarom ook niet? Met alle prachtige verhalen over ontwikkelingssamenwerking en steun aan arme mensen blijft de Wereldbank, samen met het IMF, wat ze was: eenmachtige arm van het Westen om privatisering en marktwerking door te drukken in ruil voor kredieten; en tegelijk een incassobureau om stipte afbetaling van die kredieten met rente af te dwingen. Wat het Amerikaanse militaire apparaat met bommen en granaten doet, dat bedrijven Wereldbank en IMF via economische chantage.
Nu gaat de oorlogsmisdadiger Wolfowitz dus weg bij die malafide kredietverschaffer. De opvolging wordt al een heuse Kwestie. Volgens afspraken moet de directeur van de Wereldbank een Amerikaan zijn (de IMF heeft een Europese directeur). Bert Koenders, minister van Ontwikkelingssamenwerking, wil nu echter dat "kwaliteit" zwaarder weegt, en wil dus kijken naar iemand van buiten de VS (Volkskrant, 18 mei).
Natuurlijk is kwaliteit in het afpersen van arme landen belangrijker dan de nationaliteit van de opper-afperser, mijnheer Koenders. Natuurlijk wonen er ook buiten de VS hardvochtige bureaucraten die aan het solliciteren zijn. Ik begrijp dat. Is er bijvoorbeeld niet nog een directeur van het UWV die nuttige ervaring heeft opgedaan in het de goot in trappen van arme mensen via brute herkeuringen, en die om een mooie nieuwe betrekking verlegen zit? Vraag het eens in de ministerraad aan collega Donner, zou ik zeggen.
Curieus genoeg - om geen steviger woord te gebruiken - klinkt in de Socialistische Partij een soortgelijk liedje. "Minister Koenders (...) moet per direct het oude herenakkoord opzeggen dat bepaalt dat de president van de Wereldbank een Amerikaan is. Dit bepleit SP-kamerlid Ewout Irrgang in reactie op het aftreden van Paul Wolfowitz." Hij wil daar niet drie jaar mee wachten, zoals Koenders. "De opvolger van Wolfowitz zou best iemand kunnen zijn uit een ontwikkelingsland met een geschikte economische achtergrond." Prachtig! Er zijn ongetwijfeld nog wat neoliberale ex-dictators van ontwikkelingslanden her en der die het baantje best zouden kunnen doen, wellicht is binnenkort de Pakistaanse generaal en pro-Amerikaanse dictator Musharraf beschikbaar, nadat de bevolking hem uit het presidentiële paleis heeft verjaagd...
Irrgang gaat verder: "Daarnaast is het met deze crisis de tijd rijp geworden om het vetorecht af te schaffen dat de Amerikanen binnen de Wereldbank en het Internationaal Monetair Fonds bezitten." Zie hij dan niet dat de vraag bij de Wereldbank, één van de pijlers van de neoliberale overheersing, niet is: wie mag directeur spelen? Maar: hoe slopen we die pijler? We maken ons toch ook niet druk over de vraag of de ChefStaf van Defensie afkomstig is uit het leger, de marine of de luchtmacht? Waarom is de nationaliteit van de Deurwaarder van het Vrije Westen dan wel relevant?
Overigens zou de vraag wie de volgende directeur van de Wereldbank wordt wel eens een heel amusant en passend antwoord kunnen krijgen. In De Morgen las ik over één van de mogelijke kandidaten. Geen Amerikaan, maar wel verantwoordelijk voor dezelfde oorlogen als Wolfowitz, net zo'n oorlogsmisdadiger dus als de man die hij mag opvolgen, en evenmin vrij van een geur van corruptie. Binnenkort is hij zijn huidige functie neer. Zijn naam is Tony Blair. Hebben deze mensen dan werkelijk geen enkele schaamte meer over?
Maar hij heeft de schade in zijn reputatie weten te beperken. In een verklaring van uitvoerend directeuren van de Wereldbank (gevonden via berichtgeving in de NRC)staat: "onze beraadslagingen werden sterk geholpen door ons gesprek met de heer Wolfowtitz. Hij verzekerde ons dat hij in goed vertrouwen handelde, in wat hij dacht dat het belang van de instelling was. We accepteren ook dat anderen ethisch en in goed vertrouwen hadden gehandeld. Tegelijk is het duidelijk (...) dat er een aantal vergissingen zijn gemaakt door een aantal mensen in de behandeling van de zaak onder beschouwing..." Zelf zegt hij: "Ik ben blij dat (...) de Uitvoerend Directeuren van de Wereldbank mijnverzekering dat ik ethisch en in goed vertrouwen heb gehandeld, in wat ik geloofde dat in het hoogste belang van de instelling was, inclusief de rechten van een gewaardeerd staflid" (zijn vriendin, blijkbaar).
Laten we dit eens bekijken. Je wordt directeur, en geeft je vriendin een mooie promotie plus extra salaris. Zoiets heet bij veel mensen machtsmisbruik om vriendjespolitiek te bedrijven. Wolfowitz klaagt ook dat de Ethische Commissie hem voor zo'n fout had moeten behoeden met duidelijker richtlijnen. "Wolfowitz had van Ad Melkert, destijds voorzitter van de Ethische Commissie van de Wereldbank, te horen gekregen dat zijn eerste oplossing, waarbij Riza (de vriendin, opm. Rooieravotr) bij de Bank zou blijven maar Wolfowitz zich zou onthouden van invloed op haar (...) niet verenigbaar was met de regels. Het advies van de Ethische Commissie dat Wolfowitz zelf een andere oplossing moest zoeken, vatte hij op als een vrijbrief, zij het dat hij herhaaldelijk had beweerd at hij niet om die rol heeft gevraagd. De Wereldbank concludeert in haar eindrapport dat het advies van de commissie inderdaad niet uitblonk in helderheid", zo schrijft de NRC.
Kennelijk heeft een man als Wolfowitz 'richtlijnen' nodig om er achter te komen dat vriendjespolitiek en machtsmisbruik niet ethisch zijn. Dat die ethische commissie trouwens constructief in de hele farce meegegaan is, in plaats van luid en duidelijk te zeggen dat elke variant in dit type promotie stinkt naar corruptie, zegt dan weer vrij veel over de hele mentaliteit in die commissie, en in de top van de Wereldbank als zodanig.
Natuurlijk hoefden we over de hele afgang van Wolfowitz niet verbaasd te zijn. Natuurlijk was de kans dat hij vriendjespolitiek zou gaan bedrijven tamelijk groot. Hij was immers zelf via zeen kruiwagen aan de baan te komen. Wolfowitz kreeg de positie omdat Bush zijn vriend en gangmaker van de Irak-oorlog een mooie positie wenste te bezorgen. Wat Bush met Wolfowitz deed, dat deed Wolfowitz met zijn vriendin.
Of zijn er werkelijk mensen die denken dat Wolfowitz Wereldbankdirecteur mocht gaan leiden vanwege zijn intense wil om het bestaan van de armen wereldwijd te verbeteren? Zijn belangrijkste bijdrage aan het welzijn van arme mensen deed hij toen hij nog in het Pentagon werkte: het voorbereiden van twee aanvalsoorlogen tegen Afghanistan en Irak, twee straatarme landen; het laten doden van honderdduizenden straatarme mensen in die landen; het helpen slopen van elementaire voorzieningen in die landen, waardoor juist arme mensen nog verder in de misère zakten; en het verwachten dat de arme mensen uit die landen deze invasies met bloemen en andere feestelijkheden zouden begroeten. Voorwaar, zo'n schrijftafelmoordenaar van grote aantallen arme mensen maak je Wereldbankdirecteur!
En waarom ook niet? Met alle prachtige verhalen over ontwikkelingssamenwerking en steun aan arme mensen blijft de Wereldbank, samen met het IMF, wat ze was: eenmachtige arm van het Westen om privatisering en marktwerking door te drukken in ruil voor kredieten; en tegelijk een incassobureau om stipte afbetaling van die kredieten met rente af te dwingen. Wat het Amerikaanse militaire apparaat met bommen en granaten doet, dat bedrijven Wereldbank en IMF via economische chantage.
Nu gaat de oorlogsmisdadiger Wolfowitz dus weg bij die malafide kredietverschaffer. De opvolging wordt al een heuse Kwestie. Volgens afspraken moet de directeur van de Wereldbank een Amerikaan zijn (de IMF heeft een Europese directeur). Bert Koenders, minister van Ontwikkelingssamenwerking, wil nu echter dat "kwaliteit" zwaarder weegt, en wil dus kijken naar iemand van buiten de VS (Volkskrant, 18 mei).
Natuurlijk is kwaliteit in het afpersen van arme landen belangrijker dan de nationaliteit van de opper-afperser, mijnheer Koenders. Natuurlijk wonen er ook buiten de VS hardvochtige bureaucraten die aan het solliciteren zijn. Ik begrijp dat. Is er bijvoorbeeld niet nog een directeur van het UWV die nuttige ervaring heeft opgedaan in het de goot in trappen van arme mensen via brute herkeuringen, en die om een mooie nieuwe betrekking verlegen zit? Vraag het eens in de ministerraad aan collega Donner, zou ik zeggen.
Curieus genoeg - om geen steviger woord te gebruiken - klinkt in de Socialistische Partij een soortgelijk liedje. "Minister Koenders (...) moet per direct het oude herenakkoord opzeggen dat bepaalt dat de president van de Wereldbank een Amerikaan is. Dit bepleit SP-kamerlid Ewout Irrgang in reactie op het aftreden van Paul Wolfowitz." Hij wil daar niet drie jaar mee wachten, zoals Koenders. "De opvolger van Wolfowitz zou best iemand kunnen zijn uit een ontwikkelingsland met een geschikte economische achtergrond." Prachtig! Er zijn ongetwijfeld nog wat neoliberale ex-dictators van ontwikkelingslanden her en der die het baantje best zouden kunnen doen, wellicht is binnenkort de Pakistaanse generaal en pro-Amerikaanse dictator Musharraf beschikbaar, nadat de bevolking hem uit het presidentiële paleis heeft verjaagd...
Irrgang gaat verder: "Daarnaast is het met deze crisis de tijd rijp geworden om het vetorecht af te schaffen dat de Amerikanen binnen de Wereldbank en het Internationaal Monetair Fonds bezitten." Zie hij dan niet dat de vraag bij de Wereldbank, één van de pijlers van de neoliberale overheersing, niet is: wie mag directeur spelen? Maar: hoe slopen we die pijler? We maken ons toch ook niet druk over de vraag of de ChefStaf van Defensie afkomstig is uit het leger, de marine of de luchtmacht? Waarom is de nationaliteit van de Deurwaarder van het Vrije Westen dan wel relevant?
Overigens zou de vraag wie de volgende directeur van de Wereldbank wordt wel eens een heel amusant en passend antwoord kunnen krijgen. In De Morgen las ik over één van de mogelijke kandidaten. Geen Amerikaan, maar wel verantwoordelijk voor dezelfde oorlogen als Wolfowitz, net zo'n oorlogsmisdadiger dus als de man die hij mag opvolgen, en evenmin vrij van een geur van corruptie. Binnenkort is hij zijn huidige functie neer. Zijn naam is Tony Blair. Hebben deze mensen dan werkelijk geen enkele schaamte meer over?
woensdag 16 mei 2007
Afghanistan, Irak, Eindhoven: zo daar, zo hier
Hier en daar leeft de illusie dat een staat aan oorlogen van grote mogendheden mee kan doen zonder daarmee medeplichtig te worden aan de misdaden van die grote mogendheden, en zonder dat ook eigen soldaten oorlogsmisdaden begaan.
Zo denkt de Nederlandse regering dat ze in Afghanistan allereerst bijdraagt aan 'wederopbouw', zodat ze niet medeplichtig gehouden kan worden aan de misdaden van Amerikaanse troepen elders in het land. Die misdaden gaan door, in hoog tempo. Vrijwel dagelijks lezen we over bombardementen van dorpen. Die zijn uiteraard louter gericht tegen 'Taliban-strijders' daar: zestig doden bij een NAVO-luchtaanval op drie dorpen, volgens Aljazeera op 15 mei. De Taliban zegt dat de doden louter bezoekers van een bruiloft waren.
Natuurlijk kunnen we die beschuldiging vanuit de Taliban afdoen als leugens. Dat is lekker makkelijk. Het is alleen jammer dat de beweringen over burgerslachtoffers keer op keer wel degelijk op waarheid berusten.
Inmiddels hebben de VS toegegeven bijvoorbeeld dat bij eerdere gevechten wel degelijk burgerslachtoffers waren gevallen: veertig, volgens plaatselijke bewoners. Het bloedvergieten vond plaats in het district Sangin, in de provincie Helmand. (Aljazeera, 11 mei). Zo gaat het keer op keer op keer. Zelfs president Karzai, die geen dag president zou zijn als hij er niet door de VS was neergezet en door VS-troepen werd beschermd, klaagt over de burgerslachtoffers die de Westerse troepen steeds weer maken.
Ook betoogden boze Afghanen tegen de Amerikaanse aanvallen (Aljazeera, 1 mei). Studenten blokkeerden een toegangsweg naar Jalalabad en riepen om het vertrek van zowel de Amerikaanse troepen als van president Karzai, ondanks zijn woorden van protest feitelijk weinig meer dan een Amerikaanse pion.
Uit berichtgeving blijkt geen specifiek Nederlandse rol bij dit alles. Maar elke soldata die Nederland in Uruzgan heeft neergezet, is een Amerikaanse, Britse of Australische soldaat die elders Afghaanse verzetsstrijders kan opjagen, Afghaanse dorpen kan aanvallen en bombarderen. De Nederlandse inzet in Uruzgan ondersteunt zo de gehele militaire operaties, de hele bezettingspolitiek, de hele misdaad die de NAVO onder VS-leiding pleegt tegen de Afghaanse bevolking.
Het lijkt me een kwestie van tijd voor we ook lezen over misdaden begaan door Nederlandse soldaten in Uruzgan zelf. Een blik op hoe dit soort dingen in Irak gingen is wellicht heilzaam. Daar heeft Nederland gedurende 2003 en 2004 ook een militaire eenheid neergezet, in de relatief rustige provincie Muthanna.
Natuurlijk was het doel daar ook: wederopbouw en stabilisatie. Net als nu in Uruzgan. Maar ook daar gold iets dergelijks als nu in Afghanistan. Elke Nederlandse soldaat aldaar maakte een Amerikaanse of Britse soldaat vrij om in andere delen het verzet te verpletteren, een opstandige bevolking te onderdrukken, te schieten, te bombarderen en te folteren. Zo droegen de Nederlandse soldaten, in opdracht van de Nederlandse regering, indirect bij aan de verwoesting van het verzetsbolwerk Fallujah in november 2004. Dat is medeplichtigheid aan oorlogsmisdaden op grote schaal.
Maar Nederlandse troepen zelf begingen eveneens wreedheden. Vandaag lezen we in De Volkskrant over mishandelingen door mensen van de militaire inlichtingendienst MIVD. Arrestanten kregen een hoofdkap op, en volgens één betrokken MIVD-er gebruikte het verhoorteam zelfs een stroomstok. Juridisch adviseur Micha Geeratz mocht van MIVD-ers niet bij het verhoor zijn, terwijl aanwezigheid van zo'n adviseur verplicht is. Aldus berichtgeving uit De Volkskrant, 16 mei. Eerder berichtten kranten al over het onderzoek rond de schietpartij waarbij militair Erik O. een Irakees doodschoot, over een beschuldiging intimidatie van een militair door Erik O., zodat de werkelijke toedracht verborgen bleef, over het zoekraken/ zoekmaken van foto's van de schietpartij, en over het feit dat er meerdere 'schietincidenten' waren geweest, lang niet allemaal volgens de regels gemeld.
Dat was het zuiden van Irak, waar het toen nog vrij rustig was. Gelooft er iemand dat het in Uruzgan - relatief rustig, maar alleen in vergelijking met naburige provincies waarin de oorlog in nog vollere hevigheid woedt - heel erg anders zal gaan? Bereid je maar vast voor op hele nare onthullingen over hele akelige daden van Nederlandse militairen.
En dan nog iets. Oorlog houdt niet op als de soldaten weer naar huis zijn. En oorlog en geweld stopt evenmin bij de grenzen van het land. Als soldaten gewend raken aan het idee dat je vrij weerloze landen mag binnenvallen, mag bezetten, en wie zich verzet met alle beschikbare middelen mag verpletteren - wat voor mentaliteit cultiveert dat bij soldaten elders - bijvoorbeeld bij de thuisblijvers?
Als je van de regering weerloze landen ver weg mag slopen, waarom zou je dan - geholpen door rijkelijk vloeiende drank en ongetwijfeld een stevige dosis verveling - dan niet een weerloze dakloze, dichtbij mogen aftuigen tot hij bewusteloos was, zoals negen militairen klaarblijkelijk in Eindhoven hebben gedaan volgens een bericht in de NRC? Oorlog voer je niet alleen over de grenzen; oorlog vergiftigt de hele maatschappij en slaat vroeg of laat naar binnen terug. Ook de in Eindhoven mishandelde dakloze man is van die oorlogspolitiek het slachtoffer.
Zo denkt de Nederlandse regering dat ze in Afghanistan allereerst bijdraagt aan 'wederopbouw', zodat ze niet medeplichtig gehouden kan worden aan de misdaden van Amerikaanse troepen elders in het land. Die misdaden gaan door, in hoog tempo. Vrijwel dagelijks lezen we over bombardementen van dorpen. Die zijn uiteraard louter gericht tegen 'Taliban-strijders' daar: zestig doden bij een NAVO-luchtaanval op drie dorpen, volgens Aljazeera op 15 mei. De Taliban zegt dat de doden louter bezoekers van een bruiloft waren.
Natuurlijk kunnen we die beschuldiging vanuit de Taliban afdoen als leugens. Dat is lekker makkelijk. Het is alleen jammer dat de beweringen over burgerslachtoffers keer op keer wel degelijk op waarheid berusten.
Inmiddels hebben de VS toegegeven bijvoorbeeld dat bij eerdere gevechten wel degelijk burgerslachtoffers waren gevallen: veertig, volgens plaatselijke bewoners. Het bloedvergieten vond plaats in het district Sangin, in de provincie Helmand. (Aljazeera, 11 mei). Zo gaat het keer op keer op keer. Zelfs president Karzai, die geen dag president zou zijn als hij er niet door de VS was neergezet en door VS-troepen werd beschermd, klaagt over de burgerslachtoffers die de Westerse troepen steeds weer maken.
Ook betoogden boze Afghanen tegen de Amerikaanse aanvallen (Aljazeera, 1 mei). Studenten blokkeerden een toegangsweg naar Jalalabad en riepen om het vertrek van zowel de Amerikaanse troepen als van president Karzai, ondanks zijn woorden van protest feitelijk weinig meer dan een Amerikaanse pion.
Uit berichtgeving blijkt geen specifiek Nederlandse rol bij dit alles. Maar elke soldata die Nederland in Uruzgan heeft neergezet, is een Amerikaanse, Britse of Australische soldaat die elders Afghaanse verzetsstrijders kan opjagen, Afghaanse dorpen kan aanvallen en bombarderen. De Nederlandse inzet in Uruzgan ondersteunt zo de gehele militaire operaties, de hele bezettingspolitiek, de hele misdaad die de NAVO onder VS-leiding pleegt tegen de Afghaanse bevolking.
Het lijkt me een kwestie van tijd voor we ook lezen over misdaden begaan door Nederlandse soldaten in Uruzgan zelf. Een blik op hoe dit soort dingen in Irak gingen is wellicht heilzaam. Daar heeft Nederland gedurende 2003 en 2004 ook een militaire eenheid neergezet, in de relatief rustige provincie Muthanna.
Natuurlijk was het doel daar ook: wederopbouw en stabilisatie. Net als nu in Uruzgan. Maar ook daar gold iets dergelijks als nu in Afghanistan. Elke Nederlandse soldaat aldaar maakte een Amerikaanse of Britse soldaat vrij om in andere delen het verzet te verpletteren, een opstandige bevolking te onderdrukken, te schieten, te bombarderen en te folteren. Zo droegen de Nederlandse soldaten, in opdracht van de Nederlandse regering, indirect bij aan de verwoesting van het verzetsbolwerk Fallujah in november 2004. Dat is medeplichtigheid aan oorlogsmisdaden op grote schaal.
Maar Nederlandse troepen zelf begingen eveneens wreedheden. Vandaag lezen we in De Volkskrant over mishandelingen door mensen van de militaire inlichtingendienst MIVD. Arrestanten kregen een hoofdkap op, en volgens één betrokken MIVD-er gebruikte het verhoorteam zelfs een stroomstok. Juridisch adviseur Micha Geeratz mocht van MIVD-ers niet bij het verhoor zijn, terwijl aanwezigheid van zo'n adviseur verplicht is. Aldus berichtgeving uit De Volkskrant, 16 mei. Eerder berichtten kranten al over het onderzoek rond de schietpartij waarbij militair Erik O. een Irakees doodschoot, over een beschuldiging intimidatie van een militair door Erik O., zodat de werkelijke toedracht verborgen bleef, over het zoekraken/ zoekmaken van foto's van de schietpartij, en over het feit dat er meerdere 'schietincidenten' waren geweest, lang niet allemaal volgens de regels gemeld.
Dat was het zuiden van Irak, waar het toen nog vrij rustig was. Gelooft er iemand dat het in Uruzgan - relatief rustig, maar alleen in vergelijking met naburige provincies waarin de oorlog in nog vollere hevigheid woedt - heel erg anders zal gaan? Bereid je maar vast voor op hele nare onthullingen over hele akelige daden van Nederlandse militairen.
En dan nog iets. Oorlog houdt niet op als de soldaten weer naar huis zijn. En oorlog en geweld stopt evenmin bij de grenzen van het land. Als soldaten gewend raken aan het idee dat je vrij weerloze landen mag binnenvallen, mag bezetten, en wie zich verzet met alle beschikbare middelen mag verpletteren - wat voor mentaliteit cultiveert dat bij soldaten elders - bijvoorbeeld bij de thuisblijvers?
Als je van de regering weerloze landen ver weg mag slopen, waarom zou je dan - geholpen door rijkelijk vloeiende drank en ongetwijfeld een stevige dosis verveling - dan niet een weerloze dakloze, dichtbij mogen aftuigen tot hij bewusteloos was, zoals negen militairen klaarblijkelijk in Eindhoven hebben gedaan volgens een bericht in de NRC? Oorlog voer je niet alleen over de grenzen; oorlog vergiftigt de hele maatschappij en slaat vroeg of laat naar binnen terug. Ook de in Eindhoven mishandelde dakloze man is van die oorlogspolitiek het slachtoffer.
zondag 13 mei 2007
Slecht en beter nieuws uit Frankrijk (deel 2)
In mijn vorige stuk beschreef ik hoe de rechtse Sarkozy de presidentsverkiezingen kon winnen na een periode waarin protesten van een linkse dynamiek keer op keer opkwamen, en keer op keer succes boekten ook. Omdat links die successen geen goede politieke vertaling wist te geven - gematigd links imiteerde rechts, radicaal links was aan versplintering onderhevig - ging rechts er met de overwinning vandoor.
Het gevaar dat Sarkozy's presidentschap brengt, is groot. Sarkozy's plannen houden onder meer in: een nieuwe aanval op arbeidsrechten: hernieuwde doorvoering van flexibele arbeidscontracten staat op de agenda; de werkzekerheid komt verder op het spel te staan; een aanval op het stakingsrecht: vakbonden worden verplicht bij stakingen in openbare diensten een minimum-service gaande te houden; dat haalt de angel uit het stakingswapen; het uithollen van de 35-urige werkweek; beperking van immigratie, grotere druk tot 'integratie'; een speciaal ministerie gaat hier zorg voor dragen; versterking van de band met de Verenigde Staten. Sowieso is zijn vriendelijkheid in de richting van Bush, en diens 'Oorlog tegen Terrorisme' opvallend.
Wat zijn presidentschap extra griezelig maakt zijn de rechtse, soms uiterst rechtse ondertonen van zijn retoriek. In zijn overwinningstoespraak had hij het over de "in ere herstellen van werk, gezag, moraal, respect en verdienste." In 1940 zei maarschalk Pétain, aan het hoofd vaan een fascistisch geworden Frankrijk, het ietsje anders: "Werk, Familie, Vaderland", heette het toen. John Hellman gaat in een verontrustend artikel in Counterpunch verder in op parallellen tussen de 'Nationale Revolutie"van Pétain, en de ambities van Sarkozy. Verontrustend in dit verband is bijvoorbeeld ook de aanval die Sarkozy doet op wat hij "boetedoening" noemt: excuses maken voor het verleden onder Pétain, bijvoorbeeld, of voor de onderdrukking in Algerije. Niet alleen orde en gezag moeten blijkbaar gerehabiliteerd worden, maar ook het soort autoritaire bewind en beleid dat dit soort waarden op een voetstuk plaatsten.
Ook neemt hij de jaren zestig onder vuur: Mei 1968 moet, wat hem betreft, worden 'geliquideerd'. Dat moment staat symbool voor studentenopstand, maar ook voor algemene staking en grootschalige bedrijfsbezettingen die de toenmalige regering wekenlang deden wankelen. Niet vreemd dat hij die geest van rebellie en ondermijning van het staatsgezag wil uitbannen. In "What Sarkozy's Victory means" schetst Doug Ireland verdere achtergronden over waar Sarkozy staat en wat we kunnen verwachten.
Maar het zal hem niet makkelijk vallen om zijn zin door te drukken. Meteen de nacht na zijn overwinning begonnen er al - overigens voorspelbare, en ook voorspelde - rellen in de arme voorsteden. Daar wisten mensen dat nu hun verbeten vijand het presidentschap over ging nemen, en ze zegden hem de wacht aan. De rellen herhaalden zich de volgende twee nachten.
Wie zich beklaagt over het destructieve karakter ervan - kapotte auto's vormden, net als in november 2005, het visitekaartje van de rebellen - mag een paar dingen bedenken. Bij de traditionele nieuwjaarsviering gaan net zoveel auto's verloren als in de eerste nacht van rellen. Vervelend als het jouw auto is, maar een gevoel voor proporties is niet misplaatst. De situatie in de wijken waar rellen uitbreken is er een van vrijwel totale wanhoop. En de politie behandelt die wijken als een soort bezet gebied, en de bewoners als derderangsburgers. Uitbarstingen van woede zijn logisch en terecht. "Jonge mensen hier zijn in paniek. Ze zijn er van overtuigd dat er uitzettingen komen, bezuinigingen op uitkeringen, en een hardere lijn door de politie" , aldus Mohammed, een 22-jarige student in de arme stad Trappe, in The Independent. Gek hè, dat mensen gaan rellen?!
Ja, er zijn effectievere manieren van verzet. De verantwoordelijkheid om die strategie naar voren te brengen en op basis daarvan aan de slag te gaan, ligt bij links. Gematigd links - de SP - lijkt haar keus al te hebben gemaakt. De top wil nog verdere verbreding - naar rechts. Alsof het niet juist de verschuiving naar rechts was die ieder enthousiasme ter linkerzijde om op PS-kandidaat Royal te stemmen, systematisch ondergroef. Als het tot opstand komt in Frankrijk, dan kan Sarkozy de SP aan zijn zijde vinden, tegenover het protest.
Hoopgevender geluiden vinden we verder naar links. De vakbonden hebben al waarschuwende woorden gesproken. zo berichtte The Guardian. "Alle pogingen om dingen hardhandig door te drukken zal averechts werken" , zo sprak Jean-Claude-Marie, van de vakbondsfederatie Force Ouvrière, doorgaans erg gematigd in haar opstelling. Het zou niet voor het eerst zijn dat een rechtse president na een forse verkiezingsoverwinning zijn regeringsplannen zag stuklopen op wekenlange felle stakingen. President Chirac, gekozen in voorjaar 1995, overkwam precies hetzelfde in december van dat jaar. Chris Harman beschrijft in International Socialism Journal nr. 70 (maart 1996) hoe heet die decembermaand werd. Inspirerend en leerzaam leesvoer voor degenen die na de zege van Sarkozy even de wanhoop nabij zijn.
Maar het verzet wacht niet tot de vakbonden hun spierballen werkelijk laten rollen. Olivier Besancenot, presidentskandidaat van de trotskistische LCR en met 4,1 procent de sterkste van de kandidaten links van de PS, heeft een strijdlustige verklaring uitgebracht. Hij constateert: "De populistische demagogie gebruikt in de campagne zal leiden tot antisociale, repressieve en antidemocratische maatregelen, die zonder twijfel breed verzet en strijd zullen uitlokken." En hij kondigt aan: "De LCR zal nu al haar kracht concentreren om deze mobilisaties op te bouwen. Ze stelt een eenheidsfront voor van alle sociale en democratische krachten, onmiddellijk opgebouwd om een antwoord te organiseren gericht tegen de extreme neoliberale en repressieve programma van Sarkozy. De LCR zal de komende dagen alle mogelijke initiatieven nemen."
En radicaal links is al op straat, zo lazen we in The Guardian: in de buurt van de Bastille vochten linkse betogers met de politie., die met traangas schoot. Er sneuvelden winkelruiten, telefooncellen, en de leus weerklonk: "Politie overal, rechtvaardigheid nergens." En er was al een korte studentenstaking en -blokkade op, of all symbolic places, de Sorbonne-universiteit (zie De Morgen, 9 mei)
Hoe sneller het verzet opkomst, hoe groter de kansen op succes. Het zou doodzonde zijn als Sarkozy op zijn gemak de tijd krijgt om zijn aanvallen te organiseren en door te voelen. Hij staat bovendien helemaal niet zo sterk en is zelfs de eerste dagen na zijn verkiezing al in de politieke problemen geraakt en in een schandaaltje verwikkeld geraakt.
Direct na zijn verziezing kondigde hij een retraite aan. Pal daarna bleek hij te zijn uitgenodigd op het jacht van één van zijn steenrijke vrienden, Vincent Bolloré. Toen hij daar kritiek op kreeg, liet hij weten dat het reisje de staat, en de belastingbetaler, geen cent kostte: het was een privé-uitstapje, het ging niemand wat aan, zo was de strekking. Nou liet dat privé-uitstapje al zien waar Sarkozy's hart lag: terwijl de banlieux al begonnen te ex0ploderen, zat hij bij een rijke vriend feest te vieren.
Maar kort hioerna bleek er aan de vriendschap tussen Sarkozy en Bolloré toch een merkwaardig aspect te zitten. "Vincent Bolloré heeft nog nooit voor de staat gewerkt" , had Aarkozy beweerd. Dat blijkt onwaar, zo bericht De Morgen: een dochterbedrijf kreeg in augustus 2006 een opdracht van het ministerie van Buitenlandse zaken, en in juli 2005 werd dit bedrijf ook al uitverkoren voor een opdracht voor het Ministerie van Defensie.
Schandalen aan de top, beginnetjes van protest en verzet in arme wijken, aan de universiteit, in de vakbeweging... Het zou heel goed kunnen dat Sarkozy, en zijn rijke vrienden slechts betrekkelijk kort van hun victorie kunnen genieten. Frankrijk staan onrustige, maar tegelijk wel degelijk hoopgevende, tijden te wachten. Dat is, tegen de achtergrond van slecht nieuws, het betere nieuws uit Frankrijk.
Het gevaar dat Sarkozy's presidentschap brengt, is groot. Sarkozy's plannen houden onder meer in: een nieuwe aanval op arbeidsrechten: hernieuwde doorvoering van flexibele arbeidscontracten staat op de agenda; de werkzekerheid komt verder op het spel te staan; een aanval op het stakingsrecht: vakbonden worden verplicht bij stakingen in openbare diensten een minimum-service gaande te houden; dat haalt de angel uit het stakingswapen; het uithollen van de 35-urige werkweek; beperking van immigratie, grotere druk tot 'integratie'; een speciaal ministerie gaat hier zorg voor dragen; versterking van de band met de Verenigde Staten. Sowieso is zijn vriendelijkheid in de richting van Bush, en diens 'Oorlog tegen Terrorisme' opvallend.
Wat zijn presidentschap extra griezelig maakt zijn de rechtse, soms uiterst rechtse ondertonen van zijn retoriek. In zijn overwinningstoespraak had hij het over de "in ere herstellen van werk, gezag, moraal, respect en verdienste." In 1940 zei maarschalk Pétain, aan het hoofd vaan een fascistisch geworden Frankrijk, het ietsje anders: "Werk, Familie, Vaderland", heette het toen. John Hellman gaat in een verontrustend artikel in Counterpunch verder in op parallellen tussen de 'Nationale Revolutie"van Pétain, en de ambities van Sarkozy. Verontrustend in dit verband is bijvoorbeeld ook de aanval die Sarkozy doet op wat hij "boetedoening" noemt: excuses maken voor het verleden onder Pétain, bijvoorbeeld, of voor de onderdrukking in Algerije. Niet alleen orde en gezag moeten blijkbaar gerehabiliteerd worden, maar ook het soort autoritaire bewind en beleid dat dit soort waarden op een voetstuk plaatsten.
Ook neemt hij de jaren zestig onder vuur: Mei 1968 moet, wat hem betreft, worden 'geliquideerd'. Dat moment staat symbool voor studentenopstand, maar ook voor algemene staking en grootschalige bedrijfsbezettingen die de toenmalige regering wekenlang deden wankelen. Niet vreemd dat hij die geest van rebellie en ondermijning van het staatsgezag wil uitbannen. In "What Sarkozy's Victory means" schetst Doug Ireland verdere achtergronden over waar Sarkozy staat en wat we kunnen verwachten.
Maar het zal hem niet makkelijk vallen om zijn zin door te drukken. Meteen de nacht na zijn overwinning begonnen er al - overigens voorspelbare, en ook voorspelde - rellen in de arme voorsteden. Daar wisten mensen dat nu hun verbeten vijand het presidentschap over ging nemen, en ze zegden hem de wacht aan. De rellen herhaalden zich de volgende twee nachten.
Wie zich beklaagt over het destructieve karakter ervan - kapotte auto's vormden, net als in november 2005, het visitekaartje van de rebellen - mag een paar dingen bedenken. Bij de traditionele nieuwjaarsviering gaan net zoveel auto's verloren als in de eerste nacht van rellen. Vervelend als het jouw auto is, maar een gevoel voor proporties is niet misplaatst. De situatie in de wijken waar rellen uitbreken is er een van vrijwel totale wanhoop. En de politie behandelt die wijken als een soort bezet gebied, en de bewoners als derderangsburgers. Uitbarstingen van woede zijn logisch en terecht. "Jonge mensen hier zijn in paniek. Ze zijn er van overtuigd dat er uitzettingen komen, bezuinigingen op uitkeringen, en een hardere lijn door de politie" , aldus Mohammed, een 22-jarige student in de arme stad Trappe, in The Independent. Gek hè, dat mensen gaan rellen?!
Ja, er zijn effectievere manieren van verzet. De verantwoordelijkheid om die strategie naar voren te brengen en op basis daarvan aan de slag te gaan, ligt bij links. Gematigd links - de SP - lijkt haar keus al te hebben gemaakt. De top wil nog verdere verbreding - naar rechts. Alsof het niet juist de verschuiving naar rechts was die ieder enthousiasme ter linkerzijde om op PS-kandidaat Royal te stemmen, systematisch ondergroef. Als het tot opstand komt in Frankrijk, dan kan Sarkozy de SP aan zijn zijde vinden, tegenover het protest.
Hoopgevender geluiden vinden we verder naar links. De vakbonden hebben al waarschuwende woorden gesproken. zo berichtte The Guardian. "Alle pogingen om dingen hardhandig door te drukken zal averechts werken" , zo sprak Jean-Claude-Marie, van de vakbondsfederatie Force Ouvrière, doorgaans erg gematigd in haar opstelling. Het zou niet voor het eerst zijn dat een rechtse president na een forse verkiezingsoverwinning zijn regeringsplannen zag stuklopen op wekenlange felle stakingen. President Chirac, gekozen in voorjaar 1995, overkwam precies hetzelfde in december van dat jaar. Chris Harman beschrijft in International Socialism Journal nr. 70 (maart 1996) hoe heet die decembermaand werd. Inspirerend en leerzaam leesvoer voor degenen die na de zege van Sarkozy even de wanhoop nabij zijn.
Maar het verzet wacht niet tot de vakbonden hun spierballen werkelijk laten rollen. Olivier Besancenot, presidentskandidaat van de trotskistische LCR en met 4,1 procent de sterkste van de kandidaten links van de PS, heeft een strijdlustige verklaring uitgebracht. Hij constateert: "De populistische demagogie gebruikt in de campagne zal leiden tot antisociale, repressieve en antidemocratische maatregelen, die zonder twijfel breed verzet en strijd zullen uitlokken." En hij kondigt aan: "De LCR zal nu al haar kracht concentreren om deze mobilisaties op te bouwen. Ze stelt een eenheidsfront voor van alle sociale en democratische krachten, onmiddellijk opgebouwd om een antwoord te organiseren gericht tegen de extreme neoliberale en repressieve programma van Sarkozy. De LCR zal de komende dagen alle mogelijke initiatieven nemen."
En radicaal links is al op straat, zo lazen we in The Guardian: in de buurt van de Bastille vochten linkse betogers met de politie., die met traangas schoot. Er sneuvelden winkelruiten, telefooncellen, en de leus weerklonk: "Politie overal, rechtvaardigheid nergens." En er was al een korte studentenstaking en -blokkade op, of all symbolic places, de Sorbonne-universiteit (zie De Morgen, 9 mei)
Hoe sneller het verzet opkomst, hoe groter de kansen op succes. Het zou doodzonde zijn als Sarkozy op zijn gemak de tijd krijgt om zijn aanvallen te organiseren en door te voelen. Hij staat bovendien helemaal niet zo sterk en is zelfs de eerste dagen na zijn verkiezing al in de politieke problemen geraakt en in een schandaaltje verwikkeld geraakt.
Direct na zijn verziezing kondigde hij een retraite aan. Pal daarna bleek hij te zijn uitgenodigd op het jacht van één van zijn steenrijke vrienden, Vincent Bolloré. Toen hij daar kritiek op kreeg, liet hij weten dat het reisje de staat, en de belastingbetaler, geen cent kostte: het was een privé-uitstapje, het ging niemand wat aan, zo was de strekking. Nou liet dat privé-uitstapje al zien waar Sarkozy's hart lag: terwijl de banlieux al begonnen te ex0ploderen, zat hij bij een rijke vriend feest te vieren.
Maar kort hioerna bleek er aan de vriendschap tussen Sarkozy en Bolloré toch een merkwaardig aspect te zitten. "Vincent Bolloré heeft nog nooit voor de staat gewerkt" , had Aarkozy beweerd. Dat blijkt onwaar, zo bericht De Morgen: een dochterbedrijf kreeg in augustus 2006 een opdracht van het ministerie van Buitenlandse zaken, en in juli 2005 werd dit bedrijf ook al uitverkoren voor een opdracht voor het Ministerie van Defensie.
Schandalen aan de top, beginnetjes van protest en verzet in arme wijken, aan de universiteit, in de vakbeweging... Het zou heel goed kunnen dat Sarkozy, en zijn rijke vrienden slechts betrekkelijk kort van hun victorie kunnen genieten. Frankrijk staan onrustige, maar tegelijk wel degelijk hoopgevende, tijden te wachten. Dat is, tegen de achtergrond van slecht nieuws, het betere nieuws uit Frankrijk.
vrijdag 11 mei 2007
Slecht en beter nieuws uit Frankrijk
Een week van slecht nieuws en van goed nieuws, en het komt allebei uit Frankrijk. Het slechte nieuws is de verkiezing van Nicolas Sarkozy tot president van Frankrijk. Het goede nieuws is de weerstand die dat presidentschap al meteen ondervindt.
Hoe kon het zover komen dat Sarkozy de verkiezingen won? Hij was leider van de rechtse regeringspartij UMP. Hij was minister van binnenlandse zaken. De regering en die partij stonden keer op keer tegenover sterke bewegingen van arbeiders, scholieren, studenten, straatarme jongeren in de voorsteden, de zogeheten banlieux.
In 2003 probeerde de regering pensioenrechten aan te tasten, en een slechte onderwijshervorming door te drukken. Grote demonstraties en stakingen vormden de reactie. De regering kwam weg met haar aanvallen, omdat vakbondsleidingen van verschillende federaties weigerden tot de algemene staking waar een flink deel van de achterban op aandrong. Een artikel van de redactie van de World Socialist Website (WSWS) maakt de balans ervan op, maar vliegt wel erg kort door de bocht waar het de rol van Trotskistische groepen betreft; de Socialist Worker geeft een levendige kritische terugblik.
In 2005 probeerde de Franse regering via een referendum de Europese grondwet van draagvlak te voorzien. Een sterke linkse campagne, waarin de andersglobalisten van ATTAC, de trotskisten van de LCR, maar ook leden van de communistische PCF en anderen samenwerkten, droeg bij aan een overtuigend nee tegen dat neoliberale document. De Socialist Worker onderstreepte direct het belang van deze overwinning van links.
In november kwamen jongeren in de banlieux in opstand tegen politiegeweld, armoede en racisme. Aanleiding was de dood van ene door de politie achtervolgde jongen die een elektriciteitshuisje in vluchtte en daar aan elektrokutie bezweek. Na de eerste boze reacties noemde noemde Sarkozy zulke jongeren 'tuig'. Dat was olie op het vuur van rellen die wekenlang aanhielden. Een analyse met diepgang geeft Abdellali Hajjat, in International Socialism Journal nr. 109, winter 2006.
En in maart en april 2006 dwong een gigantische beweging van scholieren en studenten, samen met de vakbonden, de regering op de knieën. Die regering wilde een arbeidscontract voor jongeren doorvoeren waarbij ondernemers die jongeren op staande voet, zonder garanties, konden ontslaan. Daarmee zouden jongeren tot wegwerparbeiders worden gereduceerd. Daar pasten ze voor, en met succes.
Het is de moeite waard daar meer over te lezen. Niet alleen zijn het inspirerende verhalen, het is ook nuttig om te zien hoe een massabeweging een rechtse regering op de terugtocht kan drijven. Annick Coupé en Marie Perrin, beiden deelnemers aan de acties, vertellen er uitvoerig over in International Socalism Journal nr. 111, zomer 2006, waar je ook een korte chronologie vindt. Zelf schreef ik er ook aardig wat over, bijvoorbeeld "Victorie in Frankrijk smaakt naar meer", op mijn oude weblog-plek. Against The Current, revolutionair magazine in de VS, heeft in haar nr. 122, mei juni 2006, ook een serieuze analyse, en een interview met betrokken studenten.
Het hele beeld van de afgelopen jaren is er dan ook één van een krachtig opgekomen arbeiders-, scholieren- en studentenbeweging, met linkse dynamiek en deelname van radicaal links. Zeker ook in het geval van de beweging tegen de CPE had de beweging ook meerderheidssteun van de bevolking. Hoe kan het dan dat iemand als Sarkozy toch kan winnen? Een Sarkozy die niet alleen de banlieux-jongeren beledigde en de politie op hen los liet, maar bovendien nieuwe plannen voor flexibeler arbeidscontracten wil doordrukken, en zelfs het stakingsrecht wil inperken?
Ter verklaring is het zinnig om te kijken naar de andere kandidaat in de slotronde, Ségolène Royal, van de Socialistische Partij, de PS. Die laatste partij, traditioneel sociaal-democratisch, schuift steeds verder naar rechts en is nog hooguit sociaal-liberaal te noemen. In de campagne deed Royal dan ook pogingen om niet te veel afstand te nemen van Sarkozy. In feite stonden beide kandidaten voor variaties van hetzelfde: tegenover het harde rechts van Sarkozy stond een halfzacht imitatie-rechts. Maar dat werd uitgedragen door een politica die aan het hoofd stond van een partij waarvan de aanhang toch eerder linkse geluiden verwacht.
De Morgen, krant in Vlaanderen, kwam met opiniecijfers die iets laten zien van de gevolgen. Royal kreeg brede steun onder werklozen (75 procent). Maar onder arbeiders was die meerderheid veel kleiner (54 procent), evenals onder bedienden (51 procent). ('Arbeiders' is kennelijk het woord dat De Morgen voor blauweboordenarbeiders, fabrieksarbeiders, bouwvakkers gebruikt; 'bedienden' is dan blijkbaar het administratief personeel, witteboordenwerkers). Uit de laatste twee cijfers blijkt hoe gering het enthousiasme van arbeiders, zowel in fabriek als op kantoor, voor Royal was. h is juist dat de logische achterban voor een partij met sociaaldemocratische wortels. Als het daar niet overtuigend lukt, wordt het lastig voor een kandidaat van links om te winnen.
Maar aan de andere kant van de sociale scheidslijn zien we iets vergelijkbaars. Boeren stemden in grote meerderheid op Sarkozy(67 procent), handelaars en ambachtslieden (kennelijk de Morgen-uitdrukking voor kleine zelfstandigen) nog meer (82 procent). De pro-ondernemerstaal van Sarkozy, gekoppeld aan zijn verdediging van traditie, orde, gezag en dergelijke, sloeg juist onder deze kleine ondernemers erg aan. Dat Sarkozy's verhaal flinke overlap vertoonde met de racistische en autoritaire retoriek van de fascist Le Pen, zal Sarkozy in deze kringen zeker geen kwaad hebben gedaan.
Je ziet ook verschil in het verschil tussen stad en platteland: Sarkozy won op het platteland (57 procent) en in kleine steden (tussen 54 en 56 procent). Royal won in de grote steden en in de arme wijken. het is de tegenstelling tussen stedelijke arbeidersklasse enerzijds die Royal steunde, en grote aantallen kleine ondernemers in de dorpen en kleine steden van Frankrijk die steun gaven aan Sarkozy. Maar zo heel groot is de meerderheid van Sarkozy op het platteland niet eens; kennelijk heeft het namaakrechtse verhaal van Royal toch een aantal traditioneel rechts stemmende mensen meegekregen.
Iets dergelijks zien we onder de hogere sociale lagen. In de "vrije beroepen en de hogere kaders" won Sarkozy 52 procent. Dat Sarkozy onder deze welgestelden een meerderheid verwierf, is niet vreemd. Maar wat een kleine meerderheid - kleiner dan zijn totale score van ruim 53 procent! Kennelijk heeft de draai naar rechts van de PS en Royal ook binnen deze groep flinke aantallen mensen achter zich gekregen. Royal boekte - daar komen deze cijfers op neer - serieuze successen onder traditioneel eerder rechts stemmende kiezers. Maar juist haar traditionele basis ziet inmiddels nog maar zo weinig verschil tussen rechts en wat in deze verkiezingsronde doorging voor links dat bijna de helft ervan voor hard rechts stemde. Een flinke score onder ondernemers en managers woog getalsmatig niet tegen dat verlies onder de arbeidersklasse op.
Er was een opvallend verschil in enthousiasme te zien in de steun voor de beide kandidaten. De steun voor Sarkozy was inderdaad grotendeels steun voor hem: 77 procent stemde Sarkozy omdat ze hem als president wilden. De steun voor Royal was in veel grotere mate weerzin tegen Sarkozy: 42 procent stemde op haar om Sarkozy tegen te houden, slechts 55 gaf aan vooral gemotiveerd te zijn door de wens om Royal president te zien worden. Sarkozy slaagde er dus in, veel beter dan Royal, om zijn achterban warm te laten lopen voor wat hij wilde. Royal kwam nauwelijks verder dan tegenover het rechtse offensief van Sarkozy te roepen: 'ja maar, ja maar...' Gebrek aan enthousiasme van haar achterban hing stellig samen met het ontbreken van een stevig links geluid waarin iets doorklonk van het elan dat de brede protestbewegingen van de afgelopen jaren vertoonden.
Maar er was nog een factor wardoor linkse geluiden in de verkiezingscampagne veel te veel naar de zijlijn verdwenen - en die ligt bij radicaal en revolutionair links zelf. In de eerste ronde deden in totaal 12 kandidaten mee; The Guardian bracht ze, letterlijk en figuurlijk, in beeld. Daaronder: een kandidaat van de Communistische Partij PCF, iemand van de Groenen, andersglobalistische boerenactivist José Bové en maar liefst drie kandidaten van drie organisaties van Trotskistische achtergrond! Zès kandidaten die het geluid links van de SP naar voren brachten - wat een versplintering, wat een tragedie.
Eenheid links van de PS is wel geprobeerd. Groenen en PCF echter hadden, onder de regering van PS-premier Jospin tussen 1997 en 2002, al laten zien dat zijn geen werkelijke breuk met neoliberaal (en dus wezenlijk rechts) beleid nastreefden. Toen de PCF de comités waarin flinke delen van links zich tegen de EU-Grondwet hadden georganiseerd, hooghartig naar hun hand probeerden te zetten, was dat voor de LCR terecht een breekpunt. Ook links van de PS was niet iedereen consistent tegen neoliberalisme.
Maar ook eenheid van anti-neoliberaal links lukte niet. Lutte Ouvrière, de Trotskistische partij van Arlette Laguiller die voor de zesde keer meedeed, heeft van het niet-samenwerken met anderen zo ongeveer een bindend principe gemaakt. Over de Arbeiderspartij, een Trotskistische splinter, weet ik te weinig.
Maar Olivier Besancenot van de belangrijkste Trotskistische groepering LCR, en José Bové, staan zij aan zij in hun nee tegen neoliberalisme op tal van fronten. Een gezamenlijke campagne van LCR, achter een gezamenlijke presidentskandidaat, had ongetwijfeld meer losgemaakt dan de optelsom van aanhang die ze nu hebben verworden. En daarmee was de uitstraling van linkse geluiden veel groter geworden, was het politieke klimaat in linkse richting geschoven, en de kans om Sarkozy uit het presidentiële paleis te houden, beduidend groter geweest. En zelfs bij een linkse nederlaag had het strijdtoneel er voor het broodnodige verzet tegen Sarkozy en zijn rechtse mokerslagen er veel gunstiger uitgezien.
Maar zelfs versplinterd links wist een stevige aanhang te winnen. Uit The Guardian haal ik de cijfers: Arbeiderspartij: 1,3 procent; Bové: 1,3 procent, evenals Laguiller; Groenen: 1,6 procent; PCF: 1,9 procent. En de LCR 4,1 procent, een zeer verdienstelijke score voor een openlijk revolutionaire organisatie in de Trotskistische traditie. Alles bij elkaar scoorde links, inclusief Royal die 25,8 procent kreeg, 36,3 procent van de stemmen. Alles links van de PS kreeg 10,5 procent; hard, anti-neoliberaal links ( de drie trotskisten plus Bové) won 7 procent. Dat smaakt naar meer, maar dan vooral op straat.
Opvallend is hierbij nog dat de LCR van de partijen links van de PS nu de grootste is. Het trotskisme heeft het posthuum in Frankrijk gewonnen van de schaduw van het Stalinisme: van de traditioneel erg sterkte PCF is, ook blijkens deze uitslag, weinig meer over. Daarmee zijn we heel stilletjes aan van het slechte nieuws overgegaan op het goede nieuws uit Frankrijk. Maar daarover in een volgend stuk nog iets meer.
Hoe kon het zover komen dat Sarkozy de verkiezingen won? Hij was leider van de rechtse regeringspartij UMP. Hij was minister van binnenlandse zaken. De regering en die partij stonden keer op keer tegenover sterke bewegingen van arbeiders, scholieren, studenten, straatarme jongeren in de voorsteden, de zogeheten banlieux.
In 2003 probeerde de regering pensioenrechten aan te tasten, en een slechte onderwijshervorming door te drukken. Grote demonstraties en stakingen vormden de reactie. De regering kwam weg met haar aanvallen, omdat vakbondsleidingen van verschillende federaties weigerden tot de algemene staking waar een flink deel van de achterban op aandrong. Een artikel van de redactie van de World Socialist Website (WSWS) maakt de balans ervan op, maar vliegt wel erg kort door de bocht waar het de rol van Trotskistische groepen betreft; de Socialist Worker geeft een levendige kritische terugblik.
In 2005 probeerde de Franse regering via een referendum de Europese grondwet van draagvlak te voorzien. Een sterke linkse campagne, waarin de andersglobalisten van ATTAC, de trotskisten van de LCR, maar ook leden van de communistische PCF en anderen samenwerkten, droeg bij aan een overtuigend nee tegen dat neoliberale document. De Socialist Worker onderstreepte direct het belang van deze overwinning van links.
In november kwamen jongeren in de banlieux in opstand tegen politiegeweld, armoede en racisme. Aanleiding was de dood van ene door de politie achtervolgde jongen die een elektriciteitshuisje in vluchtte en daar aan elektrokutie bezweek. Na de eerste boze reacties noemde noemde Sarkozy zulke jongeren 'tuig'. Dat was olie op het vuur van rellen die wekenlang aanhielden. Een analyse met diepgang geeft Abdellali Hajjat, in International Socialism Journal nr. 109, winter 2006.
En in maart en april 2006 dwong een gigantische beweging van scholieren en studenten, samen met de vakbonden, de regering op de knieën. Die regering wilde een arbeidscontract voor jongeren doorvoeren waarbij ondernemers die jongeren op staande voet, zonder garanties, konden ontslaan. Daarmee zouden jongeren tot wegwerparbeiders worden gereduceerd. Daar pasten ze voor, en met succes.
Het is de moeite waard daar meer over te lezen. Niet alleen zijn het inspirerende verhalen, het is ook nuttig om te zien hoe een massabeweging een rechtse regering op de terugtocht kan drijven. Annick Coupé en Marie Perrin, beiden deelnemers aan de acties, vertellen er uitvoerig over in International Socalism Journal nr. 111, zomer 2006, waar je ook een korte chronologie vindt. Zelf schreef ik er ook aardig wat over, bijvoorbeeld "Victorie in Frankrijk smaakt naar meer", op mijn oude weblog-plek. Against The Current, revolutionair magazine in de VS, heeft in haar nr. 122, mei juni 2006, ook een serieuze analyse, en een interview met betrokken studenten.
Het hele beeld van de afgelopen jaren is er dan ook één van een krachtig opgekomen arbeiders-, scholieren- en studentenbeweging, met linkse dynamiek en deelname van radicaal links. Zeker ook in het geval van de beweging tegen de CPE had de beweging ook meerderheidssteun van de bevolking. Hoe kan het dan dat iemand als Sarkozy toch kan winnen? Een Sarkozy die niet alleen de banlieux-jongeren beledigde en de politie op hen los liet, maar bovendien nieuwe plannen voor flexibeler arbeidscontracten wil doordrukken, en zelfs het stakingsrecht wil inperken?
Ter verklaring is het zinnig om te kijken naar de andere kandidaat in de slotronde, Ségolène Royal, van de Socialistische Partij, de PS. Die laatste partij, traditioneel sociaal-democratisch, schuift steeds verder naar rechts en is nog hooguit sociaal-liberaal te noemen. In de campagne deed Royal dan ook pogingen om niet te veel afstand te nemen van Sarkozy. In feite stonden beide kandidaten voor variaties van hetzelfde: tegenover het harde rechts van Sarkozy stond een halfzacht imitatie-rechts. Maar dat werd uitgedragen door een politica die aan het hoofd stond van een partij waarvan de aanhang toch eerder linkse geluiden verwacht.
De Morgen, krant in Vlaanderen, kwam met opiniecijfers die iets laten zien van de gevolgen. Royal kreeg brede steun onder werklozen (75 procent). Maar onder arbeiders was die meerderheid veel kleiner (54 procent), evenals onder bedienden (51 procent). ('Arbeiders' is kennelijk het woord dat De Morgen voor blauweboordenarbeiders, fabrieksarbeiders, bouwvakkers gebruikt; 'bedienden' is dan blijkbaar het administratief personeel, witteboordenwerkers). Uit de laatste twee cijfers blijkt hoe gering het enthousiasme van arbeiders, zowel in fabriek als op kantoor, voor Royal was. h is juist dat de logische achterban voor een partij met sociaaldemocratische wortels. Als het daar niet overtuigend lukt, wordt het lastig voor een kandidaat van links om te winnen.
Maar aan de andere kant van de sociale scheidslijn zien we iets vergelijkbaars. Boeren stemden in grote meerderheid op Sarkozy(67 procent), handelaars en ambachtslieden (kennelijk de Morgen-uitdrukking voor kleine zelfstandigen) nog meer (82 procent). De pro-ondernemerstaal van Sarkozy, gekoppeld aan zijn verdediging van traditie, orde, gezag en dergelijke, sloeg juist onder deze kleine ondernemers erg aan. Dat Sarkozy's verhaal flinke overlap vertoonde met de racistische en autoritaire retoriek van de fascist Le Pen, zal Sarkozy in deze kringen zeker geen kwaad hebben gedaan.
Je ziet ook verschil in het verschil tussen stad en platteland: Sarkozy won op het platteland (57 procent) en in kleine steden (tussen 54 en 56 procent). Royal won in de grote steden en in de arme wijken. het is de tegenstelling tussen stedelijke arbeidersklasse enerzijds die Royal steunde, en grote aantallen kleine ondernemers in de dorpen en kleine steden van Frankrijk die steun gaven aan Sarkozy. Maar zo heel groot is de meerderheid van Sarkozy op het platteland niet eens; kennelijk heeft het namaakrechtse verhaal van Royal toch een aantal traditioneel rechts stemmende mensen meegekregen.
Iets dergelijks zien we onder de hogere sociale lagen. In de "vrije beroepen en de hogere kaders" won Sarkozy 52 procent. Dat Sarkozy onder deze welgestelden een meerderheid verwierf, is niet vreemd. Maar wat een kleine meerderheid - kleiner dan zijn totale score van ruim 53 procent! Kennelijk heeft de draai naar rechts van de PS en Royal ook binnen deze groep flinke aantallen mensen achter zich gekregen. Royal boekte - daar komen deze cijfers op neer - serieuze successen onder traditioneel eerder rechts stemmende kiezers. Maar juist haar traditionele basis ziet inmiddels nog maar zo weinig verschil tussen rechts en wat in deze verkiezingsronde doorging voor links dat bijna de helft ervan voor hard rechts stemde. Een flinke score onder ondernemers en managers woog getalsmatig niet tegen dat verlies onder de arbeidersklasse op.
Er was een opvallend verschil in enthousiasme te zien in de steun voor de beide kandidaten. De steun voor Sarkozy was inderdaad grotendeels steun voor hem: 77 procent stemde Sarkozy omdat ze hem als president wilden. De steun voor Royal was in veel grotere mate weerzin tegen Sarkozy: 42 procent stemde op haar om Sarkozy tegen te houden, slechts 55 gaf aan vooral gemotiveerd te zijn door de wens om Royal president te zien worden. Sarkozy slaagde er dus in, veel beter dan Royal, om zijn achterban warm te laten lopen voor wat hij wilde. Royal kwam nauwelijks verder dan tegenover het rechtse offensief van Sarkozy te roepen: 'ja maar, ja maar...' Gebrek aan enthousiasme van haar achterban hing stellig samen met het ontbreken van een stevig links geluid waarin iets doorklonk van het elan dat de brede protestbewegingen van de afgelopen jaren vertoonden.
Maar er was nog een factor wardoor linkse geluiden in de verkiezingscampagne veel te veel naar de zijlijn verdwenen - en die ligt bij radicaal en revolutionair links zelf. In de eerste ronde deden in totaal 12 kandidaten mee; The Guardian bracht ze, letterlijk en figuurlijk, in beeld. Daaronder: een kandidaat van de Communistische Partij PCF, iemand van de Groenen, andersglobalistische boerenactivist José Bové en maar liefst drie kandidaten van drie organisaties van Trotskistische achtergrond! Zès kandidaten die het geluid links van de SP naar voren brachten - wat een versplintering, wat een tragedie.
Eenheid links van de PS is wel geprobeerd. Groenen en PCF echter hadden, onder de regering van PS-premier Jospin tussen 1997 en 2002, al laten zien dat zijn geen werkelijke breuk met neoliberaal (en dus wezenlijk rechts) beleid nastreefden. Toen de PCF de comités waarin flinke delen van links zich tegen de EU-Grondwet hadden georganiseerd, hooghartig naar hun hand probeerden te zetten, was dat voor de LCR terecht een breekpunt. Ook links van de PS was niet iedereen consistent tegen neoliberalisme.
Maar ook eenheid van anti-neoliberaal links lukte niet. Lutte Ouvrière, de Trotskistische partij van Arlette Laguiller die voor de zesde keer meedeed, heeft van het niet-samenwerken met anderen zo ongeveer een bindend principe gemaakt. Over de Arbeiderspartij, een Trotskistische splinter, weet ik te weinig.
Maar Olivier Besancenot van de belangrijkste Trotskistische groepering LCR, en José Bové, staan zij aan zij in hun nee tegen neoliberalisme op tal van fronten. Een gezamenlijke campagne van LCR, achter een gezamenlijke presidentskandidaat, had ongetwijfeld meer losgemaakt dan de optelsom van aanhang die ze nu hebben verworden. En daarmee was de uitstraling van linkse geluiden veel groter geworden, was het politieke klimaat in linkse richting geschoven, en de kans om Sarkozy uit het presidentiële paleis te houden, beduidend groter geweest. En zelfs bij een linkse nederlaag had het strijdtoneel er voor het broodnodige verzet tegen Sarkozy en zijn rechtse mokerslagen er veel gunstiger uitgezien.
Maar zelfs versplinterd links wist een stevige aanhang te winnen. Uit The Guardian haal ik de cijfers: Arbeiderspartij: 1,3 procent; Bové: 1,3 procent, evenals Laguiller; Groenen: 1,6 procent; PCF: 1,9 procent. En de LCR 4,1 procent, een zeer verdienstelijke score voor een openlijk revolutionaire organisatie in de Trotskistische traditie. Alles bij elkaar scoorde links, inclusief Royal die 25,8 procent kreeg, 36,3 procent van de stemmen. Alles links van de PS kreeg 10,5 procent; hard, anti-neoliberaal links ( de drie trotskisten plus Bové) won 7 procent. Dat smaakt naar meer, maar dan vooral op straat.
Opvallend is hierbij nog dat de LCR van de partijen links van de PS nu de grootste is. Het trotskisme heeft het posthuum in Frankrijk gewonnen van de schaduw van het Stalinisme: van de traditioneel erg sterkte PCF is, ook blijkens deze uitslag, weinig meer over. Daarmee zijn we heel stilletjes aan van het slechte nieuws overgegaan op het goede nieuws uit Frankrijk. Maar daarover in een volgend stuk nog iets meer.
woensdag 9 mei 2007
G8, here we come
Op 6 juni komen in Heiligendamm, nabij de Noordduitse stad Rostock, een aantal topcriminelen , waaronder George Bush, Gordon Brown, Vladimir Putin, Nicolas Sarkozy, in vergadering bijeen. In totaal zijn het er acht, en ze 'vertegenwoordigen' de volgende schurkenstaten: VS, Verenigd Koninkrijk, Rusland, Frankrijk, Italië, Japan en Canada.
Deze lieden gaan de regie van grote wereldproblemen, zoals daar zijn klimaatsverandering, economie en oorlog, bespreken, ongeveer zoals de mafia af en toe onderling zal overleggen welke familie welk stuk heroinehandel mag exploiteren. Het gebeuren staat bekend als de G8, en is een geregeld weerkerend machthebbersspektakel. De BBC heeft wat keurige informatie over één en ander.
Dat 'vertegenwoordigen' van die landen moeten we trouwens niet al te letterlijk nemen. De grootste schurkenstaat van allemaal heeft in 2000 haar Grote Leider laten benoemen door vijf van de negen leden van het Hooggerechtshof, die het overdoen van de wel hoogst frauduleuze telling van de stemmen in Florida blokkeerden, nadat duidelijk werd dat zo'n telling Al Gore het presidentschap zou bezorgen.
Fundamenteler: de meeste mensen over wiens lot deze acht hooggeplaatsten achter grote hekken en politiebewaking gaan praten, wonen niet in die acht landen. Neem bijvoorbeeld de 1,2 miljard inwoners van China, de pakweg 1 miljard inwoners van India, de totale bevolking van Afrika, Latijns Amerika, het Midden-Oosten (tenzij we accepteren dat het Midden-Oosten deel uit maakt van de Verenigde Staten), maar ook de meeste Europese landen inclusief Nederland.
Niemand van alle mensen buiten de acht landen heeft de leiders van die landen aangesteld voor dit soort topoverleg. Maar de consequenties ervan ondergaan al die mensen wel. Het is het toppunt van anti-democratie, zelfs al zouden alle acht leiders in eigen land over een onberispelijk democratisch mandaat beschikken. Maar we zagen dat zelfs dat niet het geval is.
Deze antidemocratische topconferentie van de Masters of War and Robbery kan dan ook terecht op grootschalig protest rekenen. Dat gebeurde bij eerdere gelegenheden ook. In 2005 in Schotland vond niet alleen een immense manifestatie plaats in Edinburg, onder het motto 'Make Poverty History'. Ook poogden demonstranten dichterbij het conferentieoord waar de G8 toen bijeen kwam te komen om met blokkades hun ongenoegen te laten blijken.
En in Genua, bij de G8-top, betoogden in 2001 niet alleen 300.000 mensen. Tienduizenden betogers trokken een dag eerder op naar de hekken waarmee de Italiaanse staan een derde deel van de stad tot nog-go-area gemaakt had. Ettelijke duizenden demonstranten sjorden aan die onduldbare hekken en kregen als tegenprestatie waterkanonnen en traangas op zich gericht, en politieknuppels op hun voorhoofd. En toen in een ander deel van de stad 10.000 richting afgesloten zone wilden optrekken, viel de militaire oproerpolitie, de Carabinieri , met immense grofheid aan, en joeg de betogers in wolken traangas kilometer na kilometer terug. In die aanval van zwaarbewapende oproerpolitie op demonstranten schoot een van die politiemensen de jonge betoger Carlo Giuliano dood. Dat symboliseert de 'democratie' in G8-stijl.
Verslaglegging erover vind je op een daaraan gewijde pagina op de website van Britse andersglobalisten, Globalise Resistance. Tom Behan heeft een scherpe analyse van de acties in Genua, de context en de nasleep, in International Journalism Journal, nr. 92, herfst 2001, onder de titel: 'Nothing can be the same again'. Zelf heb ik vijf jaar na de gebeurteniussen mijn ervaringen beschreven: deel één, deel twee, deel drie en deel vier. Om vast in de stemming te komen wellicht...
Dit jaar is het de Duitse staat die zich van haar botte kant laat zien. De autoriteiten bouwen een gigantisch hek, van 12 kilometers lengte. Kosten van het hek: 12,5 miljoen eurootjes slechts, ruim een miljoen euro per kilometer hek, een slordige duizend euro per meter dus... Een politiemacht van duizenden agenten moet voor de veiligheid van de acht roofridders zorgen. Een massaal citizen's arrest, om het hele gezelschap over te brengen naar het Strafhof in Scheveningen, wegens onder meer hun gezamenlijke oorlogsmisdaden in Irak, Afghanistan en elders, wordt er op deze manier niet makkelijker op. Maar we zullen ons best doen.
De vijandige houding jegens actievoerders - waarvan er volgens bijvoorbeeld berichtgeving op Aljazeera zo'n 100.000 verwacht worden - gaat verder dan alleen het terrein rond de topconferentie zelf. Vandaag werd bekend dat Duitsland de grenscontroles gaat hervatten, om actievoerders te kunnen weren. Ook is de Duitse politie met 900 agenten op 40 plaatsen binnengevallen tegen "linkse militanten" die "verdacht werden van het plannen van aanvallen met brandbommen en andere gewelddadige aanvallen" , aldus de BBC. Alsof actievoerders het gooien van wat molotovcocktails van tevoren gaan plannen in vergaderingen... Pure intimidatie van actievoerders is het, in de kennelijke hoop dat veel potentiële demonstranten in de van staatswege opgevoerde spanning aanleiding zien om toch maar niet richting Rostock te reizen. Zo gebruiken de autoriteiten de Oorlog tegen Terrorisme, en maken er een oorlog tegen de rechten van actievoerders van.
Maar het zal niet werken, net zo min als vergelijkbare tactieken in de aanloop naar Genua werkten. Toen zei de zojuist gekozen premier Berlusconi dat hij elke demonstrant die naar Genua kwam tegen de G8 als een persoonlijke belediging beschouwde. Dat was voor mij een extra reden om in ieder geval te gaan.
Wat mij betreft dienen de huidige intimidaties en invallen van de Duitse politie hetzelfde effect te hebben. Ik was al van plan om te gaan, maar ik aarzelde nog of ik mijn deelname zou beperken tot het weekend (wel de grote demonstraties, maar niet de blokkade van de G8 bij het begin van de top), of dat ik de hele week zou gaan, blokkade en al. Ik heb me zojuist echter voor de bus richting Rostock waaraan de Internationale Socialisten mee organiseren, opgegeven. En ik ga de hele week, daar hebben die politieinvallen het laatste zetje voor gegeven... See you alle there!
Deze lieden gaan de regie van grote wereldproblemen, zoals daar zijn klimaatsverandering, economie en oorlog, bespreken, ongeveer zoals de mafia af en toe onderling zal overleggen welke familie welk stuk heroinehandel mag exploiteren. Het gebeuren staat bekend als de G8, en is een geregeld weerkerend machthebbersspektakel. De BBC heeft wat keurige informatie over één en ander.
Dat 'vertegenwoordigen' van die landen moeten we trouwens niet al te letterlijk nemen. De grootste schurkenstaat van allemaal heeft in 2000 haar Grote Leider laten benoemen door vijf van de negen leden van het Hooggerechtshof, die het overdoen van de wel hoogst frauduleuze telling van de stemmen in Florida blokkeerden, nadat duidelijk werd dat zo'n telling Al Gore het presidentschap zou bezorgen.
Fundamenteler: de meeste mensen over wiens lot deze acht hooggeplaatsten achter grote hekken en politiebewaking gaan praten, wonen niet in die acht landen. Neem bijvoorbeeld de 1,2 miljard inwoners van China, de pakweg 1 miljard inwoners van India, de totale bevolking van Afrika, Latijns Amerika, het Midden-Oosten (tenzij we accepteren dat het Midden-Oosten deel uit maakt van de Verenigde Staten), maar ook de meeste Europese landen inclusief Nederland.
Niemand van alle mensen buiten de acht landen heeft de leiders van die landen aangesteld voor dit soort topoverleg. Maar de consequenties ervan ondergaan al die mensen wel. Het is het toppunt van anti-democratie, zelfs al zouden alle acht leiders in eigen land over een onberispelijk democratisch mandaat beschikken. Maar we zagen dat zelfs dat niet het geval is.
Deze antidemocratische topconferentie van de Masters of War and Robbery kan dan ook terecht op grootschalig protest rekenen. Dat gebeurde bij eerdere gelegenheden ook. In 2005 in Schotland vond niet alleen een immense manifestatie plaats in Edinburg, onder het motto 'Make Poverty History'. Ook poogden demonstranten dichterbij het conferentieoord waar de G8 toen bijeen kwam te komen om met blokkades hun ongenoegen te laten blijken.
En in Genua, bij de G8-top, betoogden in 2001 niet alleen 300.000 mensen. Tienduizenden betogers trokken een dag eerder op naar de hekken waarmee de Italiaanse staan een derde deel van de stad tot nog-go-area gemaakt had. Ettelijke duizenden demonstranten sjorden aan die onduldbare hekken en kregen als tegenprestatie waterkanonnen en traangas op zich gericht, en politieknuppels op hun voorhoofd. En toen in een ander deel van de stad 10.000 richting afgesloten zone wilden optrekken, viel de militaire oproerpolitie, de Carabinieri , met immense grofheid aan, en joeg de betogers in wolken traangas kilometer na kilometer terug. In die aanval van zwaarbewapende oproerpolitie op demonstranten schoot een van die politiemensen de jonge betoger Carlo Giuliano dood. Dat symboliseert de 'democratie' in G8-stijl.
Verslaglegging erover vind je op een daaraan gewijde pagina op de website van Britse andersglobalisten, Globalise Resistance. Tom Behan heeft een scherpe analyse van de acties in Genua, de context en de nasleep, in International Journalism Journal, nr. 92, herfst 2001, onder de titel: 'Nothing can be the same again'. Zelf heb ik vijf jaar na de gebeurteniussen mijn ervaringen beschreven: deel één, deel twee, deel drie en deel vier. Om vast in de stemming te komen wellicht...
Dit jaar is het de Duitse staat die zich van haar botte kant laat zien. De autoriteiten bouwen een gigantisch hek, van 12 kilometers lengte. Kosten van het hek: 12,5 miljoen eurootjes slechts, ruim een miljoen euro per kilometer hek, een slordige duizend euro per meter dus... Een politiemacht van duizenden agenten moet voor de veiligheid van de acht roofridders zorgen. Een massaal citizen's arrest, om het hele gezelschap over te brengen naar het Strafhof in Scheveningen, wegens onder meer hun gezamenlijke oorlogsmisdaden in Irak, Afghanistan en elders, wordt er op deze manier niet makkelijker op. Maar we zullen ons best doen.
De vijandige houding jegens actievoerders - waarvan er volgens bijvoorbeeld berichtgeving op Aljazeera zo'n 100.000 verwacht worden - gaat verder dan alleen het terrein rond de topconferentie zelf. Vandaag werd bekend dat Duitsland de grenscontroles gaat hervatten, om actievoerders te kunnen weren. Ook is de Duitse politie met 900 agenten op 40 plaatsen binnengevallen tegen "linkse militanten" die "verdacht werden van het plannen van aanvallen met brandbommen en andere gewelddadige aanvallen" , aldus de BBC. Alsof actievoerders het gooien van wat molotovcocktails van tevoren gaan plannen in vergaderingen... Pure intimidatie van actievoerders is het, in de kennelijke hoop dat veel potentiële demonstranten in de van staatswege opgevoerde spanning aanleiding zien om toch maar niet richting Rostock te reizen. Zo gebruiken de autoriteiten de Oorlog tegen Terrorisme, en maken er een oorlog tegen de rechten van actievoerders van.
Maar het zal niet werken, net zo min als vergelijkbare tactieken in de aanloop naar Genua werkten. Toen zei de zojuist gekozen premier Berlusconi dat hij elke demonstrant die naar Genua kwam tegen de G8 als een persoonlijke belediging beschouwde. Dat was voor mij een extra reden om in ieder geval te gaan.
Wat mij betreft dienen de huidige intimidaties en invallen van de Duitse politie hetzelfde effect te hebben. Ik was al van plan om te gaan, maar ik aarzelde nog of ik mijn deelname zou beperken tot het weekend (wel de grote demonstraties, maar niet de blokkade van de G8 bij het begin van de top), of dat ik de hele week zou gaan, blokkade en al. Ik heb me zojuist echter voor de bus richting Rostock waaraan de Internationale Socialisten mee organiseren, opgegeven. En ik ga de hele week, daar hebben die politieinvallen het laatste zetje voor gegeven... See you alle there!
zondag 6 mei 2007
Nogmaals over dat dubieuze etentje
Het etentje van Geert en Harry waar ik gisteren over schreef naar aanleiding van berichtgeving in Trouw, heeft tot nogal merkwaardige en veel te vergoelijkende reacties geleid. Ook komt Harry van Bommel zelf met een verontwaardigde rechtzetting, die echter weinig goedmaakt en eerder aangeeft hoe problematisch de houding van de SP-leiding in wezenlijke zaken inmiddels is.
Laten we met Van Bommel's reactie beginnen. Hij ziet het verhaal van Wilders, dat Van Bommel hem een niet-aanvalsverdrag rond verkiezingstijd had aangeboden, als product van "de fantasie van Geert Wilders" , zoals hij zijn stukje noemt. Maar hij zegt ook: "Natuurlijk hebben we tijdens die lunch over de verkiezingen gesproken. Die zouden over enkele maanden plaatsvinden dus dat was een vanzelfsprekend onderwerp." Voor wie dus nog twijfelde of de lunch ja dan nee heeft plaatsgevonden: Van Bommel laat voor die twijfel weinig ruimte, en evenmin over het gespreksonderwerp.
Van Bommel zegt dat hij Wilders niet voor de lunch heeft uitgenodigd. Het was heel anders gegaan: "De lunch was het nakomen van een lang geleden gemaakte afspraak samen een keer een biertje te gaan drinken. Wilders zat toen nog bij de VVD en was gewoon een collega woordvoerder Buitenlandse Zaken. Op zijn verzoek, omwille van de veiligheid, hebben we daar een lunch van gemaakt. Ik heb hem dus niet uitgenodigd daarvoor. Ik begrijp niet dat Trouw met zo'n leugenachtig verhaal de krant van vandaag durft te openen."
Indrukwekkend is zijn verweer niet. Laat dit nu eens van a tot z de juiste toedracht zijn, die Van Bommel hier schetst. Dan rijzen er toch vragen. Waarom moet een biertje pakken met een collega-Buitenlandwoordvoerder bindend zijn, als die collega-buitenlandwoordvoerder inmiddels een kopstuk is van een nieuwe, uiterst-rechtse politieke formatie in opbouw? Dat is toch een heel andere situatie - eentje die vanuit de SP tot het bewaren van een ijzige afstand aanleiding zou moeten geven, niet tot gezamenlijke pilsjes, lunches en wat al niet?
En dan die opwinding over Trouw. Natúúrlijk zijn gevestigde kranten niet te vertrouwen! Ik begrijp niet dat Van Bommel zo naïef kan zijn dat hij veel anders verwacht. En natúúrlijk heeft Geert Wilders, als hem dat uitkomt, een grote fantasie. Dat hij via provocaties links op het verkeerde been probeert te zetten, past in zijn aanpak. Door met hem uit eten te gaan - en het dondert hier niet wie nu wie uitnodigde waarvoor - maak je je kwetsbaar voor zulke provocaties.
Natuurlijk nam ook Wilders een risico. Wat Wilders nu met Van Bommel probeert - een extra kwaadaardige draai geven aan een lunchbespreking - had Van Bommel omgekeerd ook kunnen doen. Maar Wilders calculeerde kennelijk dat een fatsoenlijk man als Van Bommel zoiets nooit zou doen. Wilders calculeerde hierin correct. Wilders zelf kent zulke scrupules kennelijk niet, zo blijkt keer op keer, en ook nu. Wilders had zijn SP-vijand door, maar Van Bommel zijn PVV-vijand kennelijk niet. Een domme inschattingsfout, dat is wel het minste dat je hierover kunt zeggen.
Dan een handvol van de reacties op de toelichting van van Bommel. Daar springt wat mij betreft reactie nummer 24 van Daan er uit. "Een lunch onder tegenstanders is heel normaal onder politici" , zegt hij. Dat klopt - en het is iets waar een partij als de SP zich maar beter aan kan onttrekken. Het maakt de binding tussen politici sterker, het slaat bruggen tussen links en rechts. Dat is iets waar de gevestigde orde steviger van wordt.
Het is deel van een proces wardoor de SP een doodgewone partij wordt, voor wie loyaliteit aan het politieke bestel als zodanig de boventoon gaat voeren, en de loyaliteit aan eigen principes als voorstanders van radicale maatschappijverandering steeds meer naar de achtergrond verschuift. Het is deel van het proces waarin de SP zich laat temmen, het is symptoom van verontrustend gegroeide braafheid. Parlementaire invloed op de voorwaarden van de bestaande orde, daarvan zijn zulke lunches onderdeel.
Daarom was ik eerder al niet blij met een genoeglijk samenzijn tussen Marijnissen en VVD-aanvoerder Rutte om tot procedure-afspraken in het oppositievoeren te komen. "Rutte en ik hebben onlangs een lang gesprek gehad. De verstandhouding is uitermate goed" , meldde Marijnissen in een Metro-interview. Welnu: hun privé-verstandhouding gaat niemand verder wat aan. Maar de beste-maatjes-tegen-Balkenende-uitstraling die Marijnissen hier uitstraalt is een slechte zaak.
"Inhoudelijk staan we natuurlijk ver van elkaar. Zijn we zelfs tegenpolen. Maar we vinden elkaar op een punt als een kritische kijk op Europa. Beiden zijn we tegen de Bosbelasting waardoor ouderen voor hun eigen AOW moeten betalen." Dat de linkse kritiek op Europa haaks staat op die van rechts, en dat iets soortgelijks geldt voor de AOW, raakt hier zoek. "Het is belangrijk dat de oppositie één lijn kan trekken in procedure-zaken in de Kamer." Het is belangrijk dat links zich geen verkeerde bondgenootschappen laat aanleunen, en radicaal in de oppositie tegen héél rechts is. Genoeglijk lunchen met tegenstanders ondermijnt de stevigheid van de SP op dit punt alleen maar verder.
Maar met de eetafspraak tussen Wilders en van Bommel is nog iets heel anders aan de hand. Wilders is niet zomaar een politieke tegenstander die je nog met een zeker vertoon van respect zou kunnen behandelen, als je dat nu perse wilt. Wilders heeft zich losgemaakt van de VVD en vaart steeds meer een uiterst-rechtse koers. Zijn opvattingen en aanpak dragen een fascistische signatuur. Zo'n iemand is niet zomaar een opponent; zo'n iemand is een levensgevaarlijke vijand van alles wat links is.
Zo'n iemand dient op geen enkele manier behandeld te worden als een te respecteren onderdeel van het gangbare politieke proces. Met hem ga je niet lunchen, pils drinken, golfen, bowlen of wat voor sociabele activiteit je verder maar kunt verzinnen. Tegen zo'n iemand voer je meedogenloos campagne, bikkelharde strijd. IJzige beleefdheden zijn daarbij wellicht niet altijd te vermijden, maar daar dient het bij te blijven.
Daan is trouwens ook veel te optimistisch over de zwakte van Wilders. "Wilders houdt geen vrienden over en zakt steeds verder weg" , zegt hij. Was het maar waar. Ja,. hij jaagt andere parlementsleden systematisch in de gordijnen. Maar dat is precies deel van zijn provocatie-strategie: zich profileren als uiterst rechtse rebel tegen een establishment waar hij zelf evengoed deel van uitmaakt. Maar voor elke vriend die hij aan het Binnenhof kwijtraakt, wint hij duizend stemmen in de opiniepeilingen erbij. Zijn isolement in Den Haag heeft als keerzijde: het voorbereiden van een beweging die zich in zijn dwarse imago en zijn racistische demagogie herkent. Zelfs een lunch met van Bommel blijkt deel van zijn strategie om politici, in dit geval Van Bommel, in verlegenheid te brengen.
Daan opent zijn reactie met: "Er zijn belangrijker dingen om je druk over te maken" . Ja, dat haalt je de koekoek. Er zijn altijd wel belangrijker dingen om je over op te winden, dat is van een dooddoener-gehalte van enorme proporties. Het is een manier om de aandacht af te leiden, zo van 'ik vind je kritiek niet leuk maar heb geen goed tegenargument - dus maak ik het onderwerp zo onbelangrijk mogelijk.' Maar de zaak is belangrijk genoeg: de veel te vriendelijke houding van topfiguren in de SP jegens uiterst rechts, en nu jegens Wilders, is voor mensen die racisme en fascisme geen duimbreed ruimte willen geven bepaald geen detail.
Daan heeft ook een reactie op mijn stuk over deze zaak gezet, nummer 3 aldaar. Ik heb daar al ter plekke op gereageerd, maar het lijkt me goed om hier de zaak nog eens naar voren te halen.. Daan voegt mij toe: "blijkbaar geloof jij de Nederlandse media op zijn woord." Maar dat is aantoonbaar onjuist. Dit schrijf ik: "Als ik nog wat naïever zou zijn dan ik ben, dan zou ik hopen dat het hele Trouw-artikel op een misverstand berustte. Als ik nog wat cynischer was dan ik in dit soort zaken ben, zou ik hopen dat Trouw het hele verhaal bij elkaar heeft verzonnen, en mijn woede dus ongegrond is. Maar ik ben niet totaal naïef, en evenmin totaal een cynicus. Ik vrees dat er voor aan het plaatsvinden van een hoogst dubieus onderonsje tussen Wilders en Van Bommel, op initiatief van de tweede, niet serieus getwijfeld kan worden." Ik sluit dus helemaal niet uit dat het Trouw-verhaal niet klopt, ik geloof geen krant op zijn woord - ik vind het alleen in de kern - het gezamenlijke etentje - geloofwaardig, en ik zie dat het door Van Bommel ook in die kern niet wordt bestreden.
Dat laatste is het punt: het etentje tussen de twee, hoe de precieze toedracht ook was, en ongeacht of Trouw onwaarheden spreekt over de exacte gang van zaken. En dat hier sprake is van "pure stemmingmakerij" , zoals Daan zegt, lijkt mij dan ook onjuist. SP-kopstukken die foute dikke plussen uitdelen of verkiezingsbabbels houden met een uiterst rechtse provocateur moeten niet verbaasd opkijken als ze nu eens een keer niet alleen kritiek van rechts krijgen, maar juist ook van links.
Aan kritiekloze steun van linkse mensen heeft een Socialistische Partij minder dan niets, en aan reflexmatig geroep over stemmingmakerij en onbetrouwbare pers zodra er linkse kritiek opkomt, nog minder. Geef mij maar de recht-voor-zijn-raap-reactie op Van Bommel's weblog, nummer 28, door een zekere Jan Noort: "Als enthousiast SPer wil ik graag even kwijt, dat ik uw ontmoeting met Geert Wilders fout vindt. Dit moet een SPer nooit meer doen." Daar voeg ik hier verder niets meer aan toe.
Laten we met Van Bommel's reactie beginnen. Hij ziet het verhaal van Wilders, dat Van Bommel hem een niet-aanvalsverdrag rond verkiezingstijd had aangeboden, als product van "de fantasie van Geert Wilders" , zoals hij zijn stukje noemt. Maar hij zegt ook: "Natuurlijk hebben we tijdens die lunch over de verkiezingen gesproken. Die zouden over enkele maanden plaatsvinden dus dat was een vanzelfsprekend onderwerp." Voor wie dus nog twijfelde of de lunch ja dan nee heeft plaatsgevonden: Van Bommel laat voor die twijfel weinig ruimte, en evenmin over het gespreksonderwerp.
Van Bommel zegt dat hij Wilders niet voor de lunch heeft uitgenodigd. Het was heel anders gegaan: "De lunch was het nakomen van een lang geleden gemaakte afspraak samen een keer een biertje te gaan drinken. Wilders zat toen nog bij de VVD en was gewoon een collega woordvoerder Buitenlandse Zaken. Op zijn verzoek, omwille van de veiligheid, hebben we daar een lunch van gemaakt. Ik heb hem dus niet uitgenodigd daarvoor. Ik begrijp niet dat Trouw met zo'n leugenachtig verhaal de krant van vandaag durft te openen."
Indrukwekkend is zijn verweer niet. Laat dit nu eens van a tot z de juiste toedracht zijn, die Van Bommel hier schetst. Dan rijzen er toch vragen. Waarom moet een biertje pakken met een collega-Buitenlandwoordvoerder bindend zijn, als die collega-buitenlandwoordvoerder inmiddels een kopstuk is van een nieuwe, uiterst-rechtse politieke formatie in opbouw? Dat is toch een heel andere situatie - eentje die vanuit de SP tot het bewaren van een ijzige afstand aanleiding zou moeten geven, niet tot gezamenlijke pilsjes, lunches en wat al niet?
En dan die opwinding over Trouw. Natúúrlijk zijn gevestigde kranten niet te vertrouwen! Ik begrijp niet dat Van Bommel zo naïef kan zijn dat hij veel anders verwacht. En natúúrlijk heeft Geert Wilders, als hem dat uitkomt, een grote fantasie. Dat hij via provocaties links op het verkeerde been probeert te zetten, past in zijn aanpak. Door met hem uit eten te gaan - en het dondert hier niet wie nu wie uitnodigde waarvoor - maak je je kwetsbaar voor zulke provocaties.
Natuurlijk nam ook Wilders een risico. Wat Wilders nu met Van Bommel probeert - een extra kwaadaardige draai geven aan een lunchbespreking - had Van Bommel omgekeerd ook kunnen doen. Maar Wilders calculeerde kennelijk dat een fatsoenlijk man als Van Bommel zoiets nooit zou doen. Wilders calculeerde hierin correct. Wilders zelf kent zulke scrupules kennelijk niet, zo blijkt keer op keer, en ook nu. Wilders had zijn SP-vijand door, maar Van Bommel zijn PVV-vijand kennelijk niet. Een domme inschattingsfout, dat is wel het minste dat je hierover kunt zeggen.
Dan een handvol van de reacties op de toelichting van van Bommel. Daar springt wat mij betreft reactie nummer 24 van Daan er uit. "Een lunch onder tegenstanders is heel normaal onder politici" , zegt hij. Dat klopt - en het is iets waar een partij als de SP zich maar beter aan kan onttrekken. Het maakt de binding tussen politici sterker, het slaat bruggen tussen links en rechts. Dat is iets waar de gevestigde orde steviger van wordt.
Het is deel van een proces wardoor de SP een doodgewone partij wordt, voor wie loyaliteit aan het politieke bestel als zodanig de boventoon gaat voeren, en de loyaliteit aan eigen principes als voorstanders van radicale maatschappijverandering steeds meer naar de achtergrond verschuift. Het is deel van het proces waarin de SP zich laat temmen, het is symptoom van verontrustend gegroeide braafheid. Parlementaire invloed op de voorwaarden van de bestaande orde, daarvan zijn zulke lunches onderdeel.
Daarom was ik eerder al niet blij met een genoeglijk samenzijn tussen Marijnissen en VVD-aanvoerder Rutte om tot procedure-afspraken in het oppositievoeren te komen. "Rutte en ik hebben onlangs een lang gesprek gehad. De verstandhouding is uitermate goed" , meldde Marijnissen in een Metro-interview. Welnu: hun privé-verstandhouding gaat niemand verder wat aan. Maar de beste-maatjes-tegen-Balkenende-uitstraling die Marijnissen hier uitstraalt is een slechte zaak.
"Inhoudelijk staan we natuurlijk ver van elkaar. Zijn we zelfs tegenpolen. Maar we vinden elkaar op een punt als een kritische kijk op Europa. Beiden zijn we tegen de Bosbelasting waardoor ouderen voor hun eigen AOW moeten betalen." Dat de linkse kritiek op Europa haaks staat op die van rechts, en dat iets soortgelijks geldt voor de AOW, raakt hier zoek. "Het is belangrijk dat de oppositie één lijn kan trekken in procedure-zaken in de Kamer." Het is belangrijk dat links zich geen verkeerde bondgenootschappen laat aanleunen, en radicaal in de oppositie tegen héél rechts is. Genoeglijk lunchen met tegenstanders ondermijnt de stevigheid van de SP op dit punt alleen maar verder.
Maar met de eetafspraak tussen Wilders en van Bommel is nog iets heel anders aan de hand. Wilders is niet zomaar een politieke tegenstander die je nog met een zeker vertoon van respect zou kunnen behandelen, als je dat nu perse wilt. Wilders heeft zich losgemaakt van de VVD en vaart steeds meer een uiterst-rechtse koers. Zijn opvattingen en aanpak dragen een fascistische signatuur. Zo'n iemand is niet zomaar een opponent; zo'n iemand is een levensgevaarlijke vijand van alles wat links is.
Zo'n iemand dient op geen enkele manier behandeld te worden als een te respecteren onderdeel van het gangbare politieke proces. Met hem ga je niet lunchen, pils drinken, golfen, bowlen of wat voor sociabele activiteit je verder maar kunt verzinnen. Tegen zo'n iemand voer je meedogenloos campagne, bikkelharde strijd. IJzige beleefdheden zijn daarbij wellicht niet altijd te vermijden, maar daar dient het bij te blijven.
Daan is trouwens ook veel te optimistisch over de zwakte van Wilders. "Wilders houdt geen vrienden over en zakt steeds verder weg" , zegt hij. Was het maar waar. Ja,. hij jaagt andere parlementsleden systematisch in de gordijnen. Maar dat is precies deel van zijn provocatie-strategie: zich profileren als uiterst rechtse rebel tegen een establishment waar hij zelf evengoed deel van uitmaakt. Maar voor elke vriend die hij aan het Binnenhof kwijtraakt, wint hij duizend stemmen in de opiniepeilingen erbij. Zijn isolement in Den Haag heeft als keerzijde: het voorbereiden van een beweging die zich in zijn dwarse imago en zijn racistische demagogie herkent. Zelfs een lunch met van Bommel blijkt deel van zijn strategie om politici, in dit geval Van Bommel, in verlegenheid te brengen.
Daan opent zijn reactie met: "Er zijn belangrijker dingen om je druk over te maken" . Ja, dat haalt je de koekoek. Er zijn altijd wel belangrijker dingen om je over op te winden, dat is van een dooddoener-gehalte van enorme proporties. Het is een manier om de aandacht af te leiden, zo van 'ik vind je kritiek niet leuk maar heb geen goed tegenargument - dus maak ik het onderwerp zo onbelangrijk mogelijk.' Maar de zaak is belangrijk genoeg: de veel te vriendelijke houding van topfiguren in de SP jegens uiterst rechts, en nu jegens Wilders, is voor mensen die racisme en fascisme geen duimbreed ruimte willen geven bepaald geen detail.
Daan heeft ook een reactie op mijn stuk over deze zaak gezet, nummer 3 aldaar. Ik heb daar al ter plekke op gereageerd, maar het lijkt me goed om hier de zaak nog eens naar voren te halen.. Daan voegt mij toe: "blijkbaar geloof jij de Nederlandse media op zijn woord." Maar dat is aantoonbaar onjuist. Dit schrijf ik: "Als ik nog wat naïever zou zijn dan ik ben, dan zou ik hopen dat het hele Trouw-artikel op een misverstand berustte. Als ik nog wat cynischer was dan ik in dit soort zaken ben, zou ik hopen dat Trouw het hele verhaal bij elkaar heeft verzonnen, en mijn woede dus ongegrond is. Maar ik ben niet totaal naïef, en evenmin totaal een cynicus. Ik vrees dat er voor aan het plaatsvinden van een hoogst dubieus onderonsje tussen Wilders en Van Bommel, op initiatief van de tweede, niet serieus getwijfeld kan worden." Ik sluit dus helemaal niet uit dat het Trouw-verhaal niet klopt, ik geloof geen krant op zijn woord - ik vind het alleen in de kern - het gezamenlijke etentje - geloofwaardig, en ik zie dat het door Van Bommel ook in die kern niet wordt bestreden.
Dat laatste is het punt: het etentje tussen de twee, hoe de precieze toedracht ook was, en ongeacht of Trouw onwaarheden spreekt over de exacte gang van zaken. En dat hier sprake is van "pure stemmingmakerij" , zoals Daan zegt, lijkt mij dan ook onjuist. SP-kopstukken die foute dikke plussen uitdelen of verkiezingsbabbels houden met een uiterst rechtse provocateur moeten niet verbaasd opkijken als ze nu eens een keer niet alleen kritiek van rechts krijgen, maar juist ook van links.
Aan kritiekloze steun van linkse mensen heeft een Socialistische Partij minder dan niets, en aan reflexmatig geroep over stemmingmakerij en onbetrouwbare pers zodra er linkse kritiek opkomt, nog minder. Geef mij maar de recht-voor-zijn-raap-reactie op Van Bommel's weblog, nummer 28, door een zekere Jan Noort: "Als enthousiast SPer wil ik graag even kwijt, dat ik uw ontmoeting met Geert Wilders fout vindt. Dit moet een SPer nooit meer doen." Daar voeg ik hier verder niets meer aan toe.
Abonneren op:
Posts (Atom)