zondag 15 oktober 2006

De andere hufterigheid

Het hype-woord van de maand is "hufterigheid": bot, beledigend, bedreigend en soms gewelddadig gedrag van mensen tegen politiemensen, hulpverleners, ambtenaren en dergelijke. Minister van binnenlandse zaken heeft een heuse campagne daartegen aangekondigd die op 26 oktober van start gaat.

Zaterdagavond 13 oktober wijdde NOVA er een reportage aan. Dat loog er niet om. Een medewerkster in een ziekenhuis die tegenover erg ongeduldige patiënten in de wachtkamer kwam te staan. Een man die werkte in het wegenonderhoud en bijna dagelijks scheldwoorden naar zijn hoofd krijgt van voorbijscheurende automobilisten. Een mevrouw van de Sociale Dienst die geïntimideerd werd door iemand die een voorschot aanvroeg en dat niet meteen kreeg. Beelden van iemand in een auto die twee politiemense agressief tegemoet trad.

Nu moet je voorzichtig zijn met conclusies trekken uit zo'n enkele reportage. maar ik ben voluit bereid te geloven dat de bovengenoemde incidenten zich zo hebben plaatsgevonden als door NOVA geschetst. En natuurlijk deugt dit soort lompe agressie niet (al waren de beelden van die politiemensen en die agressieve bestuurder wel erg vaag; geen interviews, geen details, van grote afstand genomen; was dit een echt inident of slechts in scene gezet om de reportage extra dramatische impact te geven?).

Maar wat moeten we met zo'n campagne? De minister roept mensen op om vooral aangifte te doen. Ook komen er strengere straffen, als ik de media-aandacht goed begrijp. Maar wat heel erg ontbreekt bij dit alles is, zoals zovaak, context en enig idee van ooorzaken. Agressie komt toch ergens vandaan, zou je zeggen. En als het waar is dat agressie van dit type toeneemt, dan moet daar een reden voor wezen.

We hebben het over bedreigde ambtenaren tegenover boze cliënten. Maar neem nu eens de Sociale Dienst. Als cliënt daarvan ben je overgeleverd aan een regime van botte regels, van een inmenging in je privézaken dat er soms niet om liegt. Dat dit agressie oproept vind ik niet vreemd. In het kader van "fraudebestrijding" mag de Sociale Dienst zo ongeveer alles laten doen waar zelfs terreurbestrijders in de VS tot voor kort nog rechterlijke toestemming voor nodig hadden.

Zo zijn er in Amsterdam de inmiddels beruchte huisbezoeken om te controleren of mensen wel recht op hun bijstandsuitkering hebben. De Gemeentelijke Ombudsman heeft daarover een rapport uitgebracht, gedateerd op 3 juli 2006 (gevonden via de website van MUG). Ik citeer uit haar oordeel:

"- de informatieverstrekking over het huisbezoek: niet behoorlijk;
- de werkwijze tijdens het huisbezoek: niet behoorlijk;
- de besluitvorming op basis van het huisbezoek: niet behoorlijk."

Met kan "niet behoorlijk" natuurlijk ook anders formuleren. Hufterig lijkt me wel een eigentijdse formulering ervoor. Hoe hufterig het er soms toegaat valt in een artikel op Ravagedigitaal uit mei 2005 te lezen. Iemand in Heerhugowaard bijvoorbeeld kreeg al meteen na een huisbezoek te horen : "zo mevrouw, u heeft vanaf heden geen uitkering meer". Twee huisbezoekers zouden zich "intimiderend, onbeschoft en bedreigend" hebben gedragen. Het modieuze h-woord ligt ook hier weer voor de hand. Op een weblog vanuit de Verniging Bijstandsbond Amsterdam, "Informatiepunt arbeid en sociale zekerheid" geheten, staat actuele berichtgeving over dit soort zaken, ook over de juridische strijd rond de huisbezoeken.

Een bijzonder stuitend voorbeeld van ambtelijke botheid vertelt ook sociaal advocaat Jelle Klaas in het septembernummer van De Socialist: een bejaarde mevrouw en meneer, de vrouw nog gehandicapt ook, die in de vroege ochtend met veel machtsvertoon worden gearresteerd en urenlang verhoord omdat ze verdacht werden van samenwonen en dus uitkeringsfraude. Jelle Klaas vertelt vrijwel in elk nummer van De Socialist van vergelijkbare verschrikkingen. Alleen al zijn artikelen maken dat blad de moeite waard (al ben ik natuurlijk, als lid van de organisatie die deze krant uitbrengt, niet echt onpartijdig...)

Dit zijn tamelijk grove voorbeelden, vaak is de officiële bureaucratische botheid veel subtieler. Sowieso is er het contact dat je als eenling met instanties hebt. Alleen al de setting van zo'n ambtelijke instelling, Sociale Dienst, bedrijfsarts, is al intimiderend. En zulke instanties hebben een bureaucratische macht over jou, daar valt individuele hufterigheid nogal bij in het niet, hoe onterecht het ook is om agressie die de bureaucratie oproept af te reageren op een individuele ambtenaar.

Maar de woede achter veel van zulke agressie, die vind ik uiterst herkenbaar. Vorig jaar had ik grote geldproblemen en was zelfs mijn gas en licht een tijd afgesloten. Psychische problemen speelden daar een rol bij. Te laat opgeschrikt door de narigheid probeerde ik eruit te komen. Naar schuldhulpverlening was ik al eens geweest, maar mijn schulden waren... te klein. Bovendien verdiende mijn zaak vanwege de psychische kant een ander soort aandacht. Ik moest maar naar maatschappelijk werk gaan.

Zo gezegd zo gedaan - na weer moed bij elkaar geveegd te hebben, dit soort drempels zijn erg hoog, en niet alleen voor mij. Maar ik werd welwillend aangehoord door een medewerkster. Op een gegeven moment vroeg ze echter waar ik woonde. Bleek ik nèt in de verkeerde straat te wonen, ik viel niet onder team Centrum maar onder Oost... geen sprake van dat ze een uitzondering maakten of zo, ik kon me melden bij Oost. Maar niet meer op dezelfde dag. Wederom moed verzamelen, twee dagen later naar team Oost, weer een aanvardbaar gesprek. maar ikn de nasleep daarvan bleek dat ook zij zich niet geschikt achtten.

Uiteindelijk ben ik via, geloof het of niet, de Sociale Dienst verder gekomen. Maar als mijn psychische problemen iets anders van aard zouden zijn geweest dan ze zijn, dan was een agressieve reactie van mijn kant allerminst onlogisch geweest. En dan had ik natuurlijk opgevoerd kunnen worden in NOVA-reportages over hufterigheid...

1 opmerking:

Maarten Das zei

John Rees legt in Imperialism and Resistance haarscherp uit hoe, door jaren van neoliberaal wanbeleid, de woede en frustratie onder Engelse burgers richting publieke diensten is toegenomen. Hij schetst letterlijk een kopie van wat er nu om ons heen gebeurt in Nederland, inclusief werknemers aan een loket die inmiddels wél achter een glazen scherm hun werk moeten doen, en de overal opduikende borden die waarschuwen vooral geen agressief gedrag te vertonen tegen conducteurs, beveiliginsgbeambten, buschauffeurs, ziekenhuispersoneel etc.

Niet alleen zien we dus hetzelfde gebeuren in Nederland als al langer aan de gang is in Engeland, de oorzaak is ook dezelfde. Steeds meer publieke diensten worden privaat, de directe toegang en benaderbaarheid die hoorde bij deze diensten omdat lokale overheden ervoor verantwoordelijk waren, is weg. Dat voedt de frustratie over grof gedrag en wanbeleid, want burgers staan er steeds machtelozer tegenover.