dinsdag 6 november 2007

Pakistan: bange en heroïsche dagen

Pakistan beleeft bange, maar tevens heroïsche dagen. Bang, omdat Musharaf met zijn noodtoestand in de hand duizenden mensen laat opsluiten en aftuigen door zijn leger en politie. Heroïsch om dat duizenden mensen zich over hun angst heenzetten, de straat op gaan, demonstreren en de klappen van de op hol geslagen dictatuur dapper opvangen met hun lichamen.
De advocaten staan vooraan en betogen met grote felheid, net zoals eerder dit jaar, toen ze met succes een golf van straatprotesten tegen het ontslag van opperrechter Chaudhry aanvoerden. Nu is Chaudhry opnieuw ontslagen. Maar via zijn mobiele telefoon vroeg hij vandaag de Orde van Advocaten van Islamabad op om het volk op te roepen in opstand te komen. Vervolgens werd de verbinding verbroken.

Musharraf lanceerde zijn noodtoestand in antwoord op wat hij zag als twee bedreigingen. Enerzijds de reeks vaan aanslagen door Islamistische groepen, de gewapende strijd die deze groepen in provincies tegen de grens met Afghanistan, maar ook steeds meer daarbuiten, voeren tegen het bewind. Anderzijds de rechterlijke macht die het beleid van Musharaff, en vooral de strijd tegen die Jihadistische bewegingen, dwarsboomt. Om de 'Oorlog tegen Terrorisme' beter te kunnen voeren, is een rechterlijke macht die zich onafhankelijk opstelt tegenover de president en het leger een blok aan het been. Dat was zo ongeveer het verhaal van Musharraf.

De realiteit laat zien dat de verwijzing naar de strijd tegen terrorisme weinig meer was dan een smoes om de opkomst van democratische krachten. De advocaten vormen van die krachten de meest zichtbare uiting. De timing van de noodstoestand was ook opvallend in dit verband: het Hooggerechtshof was aan het bepalen of de herverkiezing van Musharraf tot president, in oktober, wel door de grondwettelijke beugel kon. De beslissing had wel eens negatief kunnen uitvallen voor Musharraf, en dat was hij blijkbaar graag vóór.

Maar er was meer in beweging dan kritische keurige mannen in toga’s. Juist de afgelopen weken en maanden staakten en protesteerden arbeiders in diverse bedrijfstakken. Vlak voor de afkondiging van de noodtoestand lag bijvoorbeeld het luchtverkeer van Pakistan International Airlines stil vanwege een staking. De regering oefende grote druk uit op het bedrijf om de eisen van stakers in te willigen. Vrijdag, de dag voor de afkondiging van de noodtoestand, lag vliegvelden nog plat, de dag erop was de staking afgelopen. Of opkomende arbeidersstrijd rechtstreeks aanleiding was voor Musharraf om zijn staat van beleg af te kondigen weten we niet. Maar de volgorde van gebeurtenissen valt wel op.

Nog iets anders verdient aandacht, en het verschil in aanpak tussen de stedelijke democratische protesten enerzijds, en van de Jihadistische bewegingen anderzijds. Zo worden onafhankelijke en commerciële radiostations in de steden uit de lucht gehaald. Maar het radiostation van een radicale Islamist, Maulana Fazalalah, kan zijn gang blijven gaan. En al die duizenden militairen die nu patrouilleren in Islamabad, karachi en Lahore, om de staat van beleg af te dringen – die soldaten kun je niet tegelijk inzetten tegen gewapende strijders in Waziristan.

Nadat Qadi Hoessain Ahmad de president een verrader noemde, en op een massabijeenkomst in Lahore van 20.000 mensen tot massale protesten opriep, werd ook hij gearresteerd. Deze bijeenkomst was opgezet door Jamaat-i Islami, een Islamistische beweging geleid door Hoessain Ahmad. Eerdere betogingen van deze beweging tegen Pakistans steun aan de VS brachten veel kleinere aantallen mensen op de been. Kennelijk slaagt deze beweging er nu in om een veel breder gevoel van woede onder Pakistan’s bevolking aan te boren en in actie om te zetten, en kennelijk ervaart het bewind dat als veel groter dreiging dan gewapende strijd en aanslagen uit Jihadistische hoek. Er zijn zelfs berichten dat Musharraf overweegt om invoering van de Islamitische Sharia-wetgeving in noordelijke gebieden wel toe te staan.
De vijand van Musharraf heet democratie en arbeidersbeweging, niet terrorisme en Jihadisme. De laatste twee verschijnselen zijn voor het bewind smoezen om de dictatuur gaande te houden en van verkooppraatjes te voorzien. Slechts als Islamisten zich beginnen te gedragen als aanjager brede volksbeweging, zoals Jamaat-i-Islami dat liet zien, ervaart Musharraf ze als een bedreiging die ernstig genoeg is om hard aan te pakken.

Intussen reageren de vrienden van Musharraf met voorspelbare leugenachtigheid. Voorop staat president Bush. Die vertelde dat hij Musharraf had laten waarschuwen dat afkondiging van de staat van beleg "de democratie zou ondermijnen". Dat is nogal grappig, gezien de manier waarop Musharraf aan de macht is gekomen. Van democratie was ook vóór de huidige staat van beleg niet erg sprake. De noodtoestand opende de deur voor een veel hardere repressie. Maar de dictatuur van Musharaff begon op de dag toen hij zijn staatsgreep pleegde, in 1999.
Werkelijk democratisch wordt Pakistan weer als de huidige protesten niet alleen leiden tot het opheffen van de noodtoestand, stopzetting van de onderdrukking en vrijlating van de inmiddels duizenden opgepakte mensen, maar tot de val van Musharraf en zijn autoritaire bewind. Tegen dictatuur is slechts revolutie afdoende.
Analyse van achtergronden vind je onder meer in "Noodtoestand in Pakistan: meer geweld, meer oorlog", door mij geschreven en geplaatst op het weblog van de Internationale Socialisten; daar vind je ook verwijzingen naar andere achtergrondstukken; verder ook een interview met Riaz Ahmad, van de Internationale Socialisten in Pakistan, in "Protesters defy Pakistan's dictator General Musharraf", in Socialist Worker.

Geen opmerkingen: