zaterdag 27 januari 2007

Hoop in Washington

Vele tienduizenden tegenstanders van de oorlog in Irak houden vandaag een grote demonstratie. Daarmee zetten ze onder meer het in november gekozen Congress onder druk. Bij verkiezingen die maand wonnen Democraten, vooral omdat mensen via een stem daarop hun afwijzing van de oorlog en hun wil om troepen terug te zien komen, tot uiting brachten.

De demonstratie belooft één van de grootste sinds jaren te worden. Gangmaker is United for Peace and Justice (UFPJ), een brede coalitie van 1300 plaatselijke en landelijke actiegroepen en maatschappelijke en politieke organisaties. Daarnaast zijn Win Without War, Working Assets, True Majority, de National Organisation of Women en de RainbowPUSH Coalition betrokken.

De breedte van het protest is opmerkelijk en verheugend - maar gezien de opiniepeilingen waar Bush en zijn oorlog gestaag onder zeeniveau aan het wegzakken is, niet eens verbazingwekkend. De National Organisation of Women bijvoorbeeld is een ultra-gematigde groep. Dat die meedoet, laat zien hoe breed het protest gedragen wordt.

De focus is op de Democratische meerderheid van het Congres. Dat is zowel logisch als problematisch. "Mensen vroegen ons direct na deverkiezing, 'wel, wat gaat het Congres doen?' En we beseften snel dat de echte vraag was: 'wat gaan wij doen om dit Congres onder druk te zetten om te doen wat ze zeiden toen ze verkozen werden?" zegt Lesie Cagan van UFPJ. Die stootrichting, die druk op Congresleden, is op zichzelf zinnig. Het Congres kan de geldkraan dichtdraaien en daarmee de oorlog dwarsbomen.

Maar er is wel een probleem. De Democratische verkiezingszege is te danken aan een breed sentiment tegen de oorlog, en dat weten de Democratische politici dondersgoed. Maar de meeste van hen waren toen ze gekozen werden niet echt tegen de oorlog. Ze waren tegen de manier waarop Bush hem voert, ze wilden een cleanere oorlog, en eentje die wint. Druk op deze lieden is niet zozeer een kwestie van ze aan hun anti-oorlogs-beloften houden, want de meesten niet gedaan. Het is veeleer een poging om ze te laten voelen dat de kiezers van hen een anti-oorlogshouding eisen, dat Congresleden hun houding aan moeten scherpen, de escalatie van Bush niet moeten steunen en dergelijke.

Het is uit veel uitlatingen duidelijk dat Democratische kopstukken na de verkiezingen en de escalatieplannen van Bush inderdaad iets steviger uitspraken tegen de oorlog beginnen te doen. Op 24 januari nam de Senaatscommissie voor Buitenlandse zaken bijvoorbeeld een resolutie in die richting aan. Alle Democraten stemden voor, evenals een Republikein. Die had de resolutie zelfs mede ingediend, een teken hoe diep de verdeeldheid over de oorlog ook aan de top inmiddels is geworden. Maar zolang het Congres de geldkraan niet dichtdraait, kan het Witte Huis doorgaan, resoluties of niet. Zulkew uitspraken zijn precies dat: uitspraken, niet bindend, een gebaar.

Het is dan ook niet juist om de Democratische Partij te behandelen als een wat softere anti-oorlogspartij die soms een zetje nodig heeft. Slechts de breed gevoelde weerzin onder de bevolking, plus het feit dat de VS bepaald niet aan de winnende hand is, heeft delen van de partij doen draaien. Het feit dat de organisatie van de demonstratie een hele reeks Democratische politici op het podium haalt - mensen die als persoon inderdaad critici van de oorlog zijn - is begrijpelijk, maar geeft de Democraten als partij veel te veel anti-oorlogs-credits.

Zeer hoopgevend is de deelname van soldaten in actieve dienst aan de betoging. Jonathan Hutto, onderofficier in de Amerikaanse marine, is bijvoorbeeld spreker op de demonstratie, en verwacht dat enkele tientallen soldaten aan de betoging deelnemen. Hij maakt deel uit van Appeal for Redress, een groepering van 1200 mensen. Deze organisatie - opgezet door Hutto en Liam Madden, sergeant bij de marine, heeft zowel veteranen als mensen in actieve dienst aan boord. De groep wil dat de VS haar soldaten uit Irak terugtrekt. Soldaten tegen de oorlog, veteranen tegen de oorlog, familieleden van soldaten tegen de oorlog -bijvoorbeeld Cindy Sheehan - hebben devredesbeweging in de VS van een ruggengraat en een geloofwaardigheid onder brede lagen van de bevolking helpen voorzien. De deelname van soldaten - hoe weinig nog ook - aan protesten als dit, is van immens belang.

Naast de demonstratie komen en zijn er meer acties. Zo zijn anti-oorlogsmensen bezig met lobbyen bij Congresleden. Americans Against Escalation in Iraq wil hiervoor $ 9 miljoen inzetten en heeft al gesprekken met Democratische kopstukken Hillary Clinton en Barack Obama, geen van beiden principiële tegenstanders van de oorlog trouwens, en dat is zacht gezegd. Dat zulke solide en loyale voorvechters van de Amerikaanse hegemonie in de wereld zullen bijdraaien na een goed gesprek met wat welbespraakte loyalisten valt te betwijfelen.

Steviger werk zal na de demonstratie op gang komen, en dat is maar goed ook. Zo is er het Occupation Project aangekondigd. Hier doen onder andere CODEPINK, Voices of Creative Nonviolence en Veterans For Peace aan mee. Vanaf 5 februari gaat de campagne van start. Het idee is simpel en stevig. In de woorden van Jeff Leys, coördinator van Voices of Creative Nonviolence: "Afgevaardigden en Saenatoren: beloof in het openbaar dat jullie zullen stemmen tegen Zo niet dan bezetten we jullie kantoren. (...) Dit zal niet een enkele actie zijn op een enkele dag. We zullen terugkomen, keer op keer, tot jullie beloven tegen fondsen voor de Irak-oorlog te stemmen."

Soldaten die nee zeggen tegen de oorlog, toenemende ordeverstorende verzetsacties, tegen de achtegrond van een inmiddels heel breed draagvlak voor de eis tot terugtrekking uit Irak - dit soort dingen kan helpen voorkomen dat de grootse demonstratie van vandaag weinig meer wordt dan een relatief incidenteel krachtig gebaar, hoe welkom, nodig en hoopvol dat ook al is. Breedte en zichtbaarheid van protest zijn wezenlijk, maar gaan de oorlog als zodanig niet keren. Continuïteit en steviger drukmiddelen zijn nodig om werkelijk de stekker uit de oorlogsmachine te halen. De dag van vandaag is belangrijk - en smaakt naar meer, veel meer.

Geen opmerkingen: